YouTube-portret: Die Zauberflöte
Die Zauberflöte ‘hangt in de lucht’ deze weken. De NTR ZaterdagMatinee bracht onlangs een concertante versie, De Nederlandse Opera presenteerde donderdag een nieuwe productie en de Vlaamse Opera volgt komende week met een nieuwe enscenering. Daarom een portret in beeld van de hoogtepunten uit Mozarts Singspiel. Met dank aan YouTube.
Die Zauberflöte is de op één na laatste opera die Wolfgang Amadeus Mozart schreef. Het werk ging in 1791 in première in het Freihaus-Theater auf der Wieden in Wenen, het theater van Emanuel Schikaneder, de librettist van het werk.
Schikaneder schreef een kleurrijk sprookje, met een boze koningin, een vogelvanger, een wijze priester, een prins, een prinses, een magisch klokkenspel, een toverfluit en vele andere sprookjeselementen. Tegelijk is het verhaal doorspekt met vrijmetselaarssymboliek.
Die Zauberflöte is een opera die niet één, niet twee, maar vele tophits telt. ‘Der Vogelfänger’, ‘Dies Bildnis’, ‘Der Hölle Rache’, ‘Ach, ich fühl’s’: het werk bevat een zeldzaam hoog aantal aria’s dat bij een groot publiek bekend is geworden en ook regelmatig op concertprogramma’s staat.
In dit YouTube-portret een overzicht van vijf aria’s, gezongen door vijf verschillende personages. Om te beginnen de eerste hit die het publiek bij het horen van Die Zauberflöte onder oren komt: ‘Der Vogelfänger bin ich ja’. Met deze aria introduceert de vogelvanger Papageno zichzelf.
Hieronder de aria uit de mond van Simon Keenlyside. Het fragment komt uit een Londense productie onder Colin Davis.
Niet veel later krijgt de jonge prins Tamino een portret te zien van prinses Pamina, die gevangen zou worden gehouden door de priester Sarastro. Hij is op slag verliefd: ‘Dies Bildnis ist bezaubernd schön’.
Hieronder de aria, gezongen door één van de beroemdste en meest geliefde Tamino’s: Fritz Wunderlich. Het fragment komt van een recital in Salzburg, 1965.
De tweede akte opent met een stuk voor bas (Sarastro) en koor (zijn priesters): ‘O Isis und Osiris’. Hieronder wordt het gezongen door Kurt Moll, in een productie van de Metropolitan Opera uit 1991.
Twee scènes arriveert de opera bij zijn hoogtepunt in letterlijke zin: de halsbrekende aria ‘Der Hölle Rache kocht in meinem Herzen’, waarin de Koningin van de Nacht haar dochter Pamina opdraagt Sarastro te vermoorden.
Hieronder de interpretatie van één van de grootste Koninginnen van de Nacht: Christina Deutekom. Het fragment komt uit 1971.
Het muzikale hoogtepunt voor Pamina laat lang op zich wachten. In de vierde scène van de tweede akte zingt ze haar ‘Ach, ich fühl’s, es ist verschwunden’, een wondermooie, dramatische melodie. Hieronder wordt die gezongen door Gundula Janowitz.
Om niet in mineur te eindigen hieronder als bonus het duetje waarin Papageno eindelijk zijn vurig verlangde vrouw krijgt: ‘Pa pa pa’. Om de cirkel helemaal rond te maken ziet u hieronder de productie uit Londen, met Keenlyside als Papageno en Ailish Tynan als Papagena.