FeaturedOperarecensie

Boris Godoenov groots in details

Muziektheater Hollands Diep brengt de opera Boris Godoenov van Moessorgski in een versie voor klein ensemble maar met grote stemmen. De vocale kant is de grootste kwaliteit van deze productie, die in zijn details prachtig is uitgewerkt maar waarin de grote lijnen soms te dun getekend zijn.

Nanco de Vries als Boris Godoenov (foto: Rob van Herwaarden)
Nanco de Vries als Boris Godoenov (foto: Rob van Herwaarden).

Het verhaal van de Boris Godoenov van Muziektheater Hollands Diep is dat van “het kan eigenlijk niet, maar we gaan het toch doen”. Aanleiding voor het gezelschap om deze keer niet met nieuw geschreven werk maar met een klassieke opera te komen, is de tentoonstelling Koning Willem II – Kunstkoning in het Dordrechts Museum. De vrouw van Koning Willem was de Russische grootvorstin Anna Paulowna. Zo kwam artistiek directeur en regisseur Cilia Hogerzeil op deze klassieker van Moessorgski.

Ook in de verkleinde versie is het voor Hollands Diep een flink project, waaromheen zoals vaker de medewerking van lokale amateurmusici werd gezocht. Voor de voorstelling klinken Russische liederen door het opera Koor Dordrecht. Voorafgaand aan de uitvoering is er een proloog in de tuin van het Dordrechts Museum.

Leonard van Goudoever bewerkte de oorspronkelijk groot bezette opera, die een enorm aantal revisies kende, voor klein ensemble. De zes leden van het Hexagon Ensemble, een pianosextet met klavier en blazers, werden aangevuld met slagwerker Wilbert Grootenboer. Van Goudoever deed dat gewetensvol, met speciale aandacht voor wat hij noemt de “minimal music avant-la-lettre” die Moessorgski componeerde.

Regisseur Cilia Hogerzeil zette in haar aanpak accenten op zowel de maatschappelijke lading en het spel rond de macht met alle intriges die daarbij horen als op de menselijkheid van de vorst en diens worsteling met waarheid en leugen. Ze koos voor een kaal, groot speelvlak, met maar een enkele decorset voor de troon van Tsaar Boris, de cel van de monnik Pimen en de herberg.

Hoe verstandig de keuze was om voor de vocale bezetting echt goede Nederlandse zangers te vragen, bleek bij de première, afgelopen vrijdagavond in het Dordtse Energiehuis. Van de eerste tot de laatste seconde. Nanco de Vries is eminent in de titelrol; hij klinkt krachtig en doorleefd. Zijn Tsaar Boris is majesteitelijk in de grote scènes en diep menselijk in de kleine, met de sterfscène als hoogtepunt. Zijn benadering van de rol is uiterst consequent, zijn vocale kracht de hele avond op hoog niveau.

De zeven musici van het instrumentaal ensemble zitten op het podium, hun geluid waaiert door de hele zaal uit. Als dat al problemen voor de zangers oplevert, dan is dat in elk geval niet te horen, zeker niet bij Jean-Léon Klostermann. Als de intrigant Sjoejski klinkt hij als een slechterik en ziet hij er ook uit als een gevaarlijke speler.

Mark Omvlee (Grigori/Dimitri) moet zijn eerste zinnen liggend zingen, onder de stellage die de cel van de monnik Pimen verbeeldt. Zijn tenor klinkt krachtig en zijn brede theaterervaring bewijst zich in de manier waarop hij speelt en over het podium beweegt.

Jean-Léon Klostermann als Sjoejski en Nanco de Vries als Boris.  (Foto: Rob van Herwaarden)
Jean-Léon Klostermann als Sjoejski en Nanco de Vries als Boris
(foto: Rob van Herwaarden).

Er zijn ook vocale verrassingen in de cast. De Poolse bas-bariton Maciej Straburzynski is in jaren nog veel te jong om de monnik Pimen uit te beelden. Wie op YouTube zoekt, vindt vooral Pimens met een baard die al voor hun geboorte moet zijn gaan groeien. De zanger werd in deze rol niet kunstmatig oud gemaakt en toch is hij uiterst geloofwaardig, door zijn charisma en zijn donkere, dramatische geluid. Straburzynski maakt deel uit van de talentenklas van De Nationale Opera en was recent te zien in Kopernikus.

De andere opvallende vocalist is Jorg Delfos als Feodor, de zoon van de Tsaar. Die rol, bedoeld voor een mezzosopraan, geeft door de casting van een countertenor een heel bijzonder accent aan het donkere, lage klankbeeld van de opera, met vooral mannen- en weinig vrouwenstemmen. Al sprankelde Nienke Otten wel, in haar kleine rol als Ksenia, het zusje van Feodor, samen met de voedster, Elsbeth Gerritsen.

Het is met alle serieuze bedoelingen van de makers uiteindelijk een kwestie van smaak of de instrumentatie naar klein ensemble, geleid door Wiecher Mandemaker, ook werkt. Voor mij deed hij dat wel in de kleinere scènes, die een kamermuzikale intimiteit vragen, of minstens verdragen. In de grote scènes, zeker bij de opening met groot koor, kon het geluid – de combinatie van koor en blazers – me niet erg bekoren. De grote lijnen uit de muziek, die strijkers zo aangenaam kunnen neerleggen, bleven in mijn oren te onderbelicht. Of zijn gewoon niet te arrangeren voor blazers.

In zekere zin ligt daar wel een parallel met de regie. Die scoort hoog en is indrukwekkend in de verschillende scènes. Die hebben steeds een andere locatie, van het Kremlin tot de cel van de monnik en een herberg aan de grens. In de details is regisseur Hogerzeil fenomenaal. Dat blijkt al bij de proloog, die voorafgaand aan de voorstelling in het museum plaatsvindt. Maar net als in de muziek miste ik grote lijnen, onder meer door de trage changementen, die tot irritant gekwebbel op de tribune leidden. Er zijn enkele fraaie decor- en lichteffecten en de kostumering is prima, maar er zou meer vaart mogen zitten in het geheel, al kan dat ook premièreonwennigheid zijn.

Wie het kleine eert in de grote maar tot kleine proporties teruggebrachte Boris Godoenov van Hollands Diep, heeft op de tribune in het Energiehuis een uitstekende avond. De voorstelling wordt nog zesmaal gespeeld. Zie voor meer informatie de website van Hollands Diep.

Vorig artikel

YouTube-portret: Ben Heppner

Volgend artikel

Metropolitan Opera brengt Così in topvorm

De auteur

François van den Anker

François van den Anker

François van den Anker is muziekjournalist. Hij doet verslag van de wereld van opera en lied met interviews, reportages en podcasts.

5Reacties

  1. chris horsmeier
    27 april 2014 at 11:05

    even iets heel anders.
    Heb net zitten luisteren naar Javier Camarena de Mexicaanse tenor die nu zoveel succes heeft aan de Met in La Cenerentola.
    Wat een pracht stem. Hebben de heren van de Opera hier zitten slapen ? ook de Matinee heeft behoorlijk verstek laten gaan.
    Zonde mensen dat dit Amsterdam voor bij gaat.

    Moeten w eweer naar buitenland Keulen , munchen of wenen.
    Helaas helaas

  2. Jos van Dorresteijn
    27 april 2014 at 19:07

    Afgelopen vrijdag was ik aanwezig bij de première van ‘onze’ Boris. En inderdaad wat een geweldige voorstelling.’Onnederlands’ en zeker ‘on-Dordts’, maar een belevenis om mee te maken.
    Vanmiddag (zondag 27 april) ook de proloog in de tuin van het Dordrechts Museum bijgewoond, waar Maciej Starburzynski ook (kort) een deel van zijn Pimen zong, samen met een monnikenkoor. Een haast surrealistische ervaring.
    Cilia Hogerzeil heeft andermaal een prachtproductie op de planken weten te brengen. Complimenten voor haar en alle solisten, musici en alle andere medewerkers. Echt een aanrader!

  3. Simone Beunke
    27 april 2014 at 20:35

    Vanmiddag de tweede uitvoering van Boris waar ik als amateur koorlid aan mee doe. We waren zo’n 7 a 10 minuten eerder klaar, dus de première onwennigheid in de changementen hebben we aardig afgeschud. Nog 5 voorstellingen te gaan. Wij hebben er vreselijk veel zin in om er prachtige voorstellingen van te maken. Komt dat zien.

  4. 3 mei 2014 at 09:30

    Hollands Diep heeft met al zijn gastmedewerkers een topprestatie geleverd. Muziektheater van de beste soort. De voorstelling van gisteravond boeide van begin tot eind.

  5. 4 mei 2014 at 11:03

    Opera Boris Goedonov door Hollands Diep, revolutionair in Russisch –Nederlands opera-land.
    (Shura Lipovsky)

    Moessorgski zou er niet van hebben opgekeken dat zijn grote opera tot een kameropera gemaakt is. Zijn fijnzinnige compositorische werk is in het arrangement van Leonard van Goudoever tot een parel van dramatische expressie geworden, in miniatuur formaat.
    De regie van Cilia Hogerzeil beweegt de massa’s, de volksvertegenwoordigers en de religieuze machthebbers over het podium, maar brengt tevens deze grootse historie tot menselijke proporties, waarbij de worsteling van het individu in een schril contrast tot de massa’s centraal staat.

    Door het naadloos illustreren van iedere nuance in het vocale werk , bewijst het Hexagon ensemble met dirigent Wiecher Mandemaker hoezeer deze kleinschalige formule bij uitstek geschikt is om een beladen onderwerp als dat van Boris Goedonov te begeleiden.
    De prachtige stemmen van de gehele cast, zoals Nanco de Vries (Boris) Maciej Straburzynski (Pimen) en Marc Omvlee (Grigori\Dimitri) hoeven in dit bijzondere geval niet ‘gespierd’ over een groot orkest heen te zingen, waardoor de muzikaal dramatische nuances nog overtuigender en buitengewoon indringend over het voetlicht komen.
    De keuzes van regisseuse Cilia Hogerzeil zijn verrassend en overtuigend.
    Zoals ook de inzet van een countertenor als zoon van Boris (Feodor- door Jorg Delfos) in plaats van een gebruikelijk vrouwenstem, illustreert hoe zwaar de taak van een tsaar komt te wegen op een kind, dat daarvoor nog veel te jong en te onervaren is. (En hoe mooi klinkt een countertenor in dit klassiek Russische repertoire).

    Waar opera nog wel eens moet inboeten op het dramatische vlak ten opzichte van de muzikale belangen, is er in deze productie sprake van een schitterend samenspel. Cilia Hogerzeil heeft, zoals al in eerdere producties, de kans gezien om een bescheiden revolutie te realiseren in opera-land, waarbij een kleinschalige opzet samenvloeit met groots en meeslepend, met subtiele nuances, die juist daarom des te heftiger de innerlijke worstelingen van de hoofdpersoon aan oog en oor doen ontrollen.
    Haar vertolking als beeld uit de Russische geschiedenis van die tijd, geeft op sommige momenten een hallucinerende overeenkomst met beelden van de realiteit omtrent de Russische wereld van vandaag. Hoe aangrijpend.

    Cilia Hogerzeil, die al vele malen niet bestaande opera werken in ons land heeft geintroduceerd, met nieuwe onderwerpen waarvoor zij een script liet schrijven en componisten bereid vond daarvan een opera te maken, heeft wederom een pioniersrol vervult. Nu met een gewaagde dramatische opvatting van een groot operawerk. Zo heeft ze een nieuwe muzikale werkelijkheid durven te tonen, die misschien niet is zoals de traditionele operakenner het gewend is, maar waarin haar kunstenaarschap wederom haar enthousiaste publiek overtuigend heeft weten te bekoren.