New York City Opera vecht voor voortbestaan
Sinds afgelopen zomer verkeert de New York City Opera in zwaar weer. Het gezelschap moest zelfs zijn thuis in het Lincoln Center verlaten en de honoraria van de musici kortwieken. Dat laatste leek de nekslag te zijn, maar naar verluidt heeft het gezelschap deze week toch een uitkomst gevonden.
De New York City Opera speelt al meer dan zes decennia een belangrijke rol in het operaleven in New York. De afgelopen jaren worstelt het gezelschap echter om het hoofd boven water te houden. En sinds de zomer zijn de problemen verergerd.
Om niet ten onder te gaan, moest het gezelschap het David H. Koch Theater in het Lincoln Center verlaten; jarenlang de thuisbasis van de City Opera. In plaats van het prominente theater, dat pal naast de Metropolitan Opera ligt, besloot het gezelschap vanaf dit seizoen in diverse theaters in de stad te gaan optreden.
Maar die bezuiniging was niet genoeg. Ook het aantal producties moest teruggeschroefd worden en de vergoedingen voor de zangers en musici gingen flink omlaag.
Dat laatste ging de American Guild of Musical Artists (koorleden en solozangers) en de American Federation of Musicians (het orkest) te ver. De bonden zeiden zich coöperatief op te willen stellen om het operahuis te redden, maar vonden de bezuinigingen zo drastisch dat ze in verzet kwamen. Zonder deal kan de City Opera het wel vergeten en dus repte de Washington Times begin januari al van het einde van het gezelschap.
Toch gloort er hoop. De New York Times berichtte dinsdag van een overeenkomst tussen het gezelschap en de American Federation of Musicians. Woensdag en donderdag zullen de aangesloten musici naar alle waarschijnlijkheid over de deal stemmen. Met de American Guild is de City Opera nog steeds in onderhandeling.
Ondertussen staat er voor 12 februari een productiepremière van La Traviata gepland. Of de City Opera die deadline gaat halen, is twijfelachtig, maar met de nieuwe ontwikkelingen weer iets waarschijnlijker.