Afgelopen week liet Evelyn Lear op 86-jarige leeftijd het leven. De sopraan had niet de grootste faam van haar generatie, maar haar naam stond niettemin bij alle grote operahuizen gebeiteld. Een portret in beeld van de veelzijdige Amerikaanse. Met dank aan YouTube.

Het feit dat Lear tijdens haar carrière alle drie de vrouwelijke hoofdrollen in Der Rosenkavalier van Richard Strauss zong, zegt genoeg over haar veelzijdigheid. De Amerikaanse – geboren in Brooklyn, New York, en opgeleid in haar geboorteplaats en in Berlijn – bouwde in haar meer dan dertig jaar lange carrière een repertoire op van meer dan veertig zeer uiteenlopende rollen.

Eén van haar belangrijkste wapenfeiten was haar vertolking van Lulu. In 1960 debuteerde ze, als invalster, in de titelrol van Alban Bergs opera. Het was een groot succes, waarna ze de rol op meer plekken zong.

Hieronder een fragment van de opname die Lear bij Deutsche Grammophon maakte van Bergs opera:

Bekend werd Lear ook van de rollen die ze ‘creëerde’ in nieuwe opera’s van hedendaagse componisten. Zo zong ze in wereldpremières van werken van Marc Blitzstein, Giselher Klebe, Werner Egk en Marvin David Levy – een intensieve bezigheid, die haar zelfs vocale problemen opleverde.

Hieronder een fragment uit Reuben, Reuben van Blitzstein, een werk waar Lear net na haar afstuderen aan Juilliard voor gecast werd.

Behalve dit modernere werk zong Lear ook vele ‘klassieke’ operarollen. Bijvoorbeeld Mimi in La Bohème. Hieronder ‘Donde lieta uscì’ uit dat werk (in het Duits):

Of Pamina in Die Zauberflöte. Hieronder ‘Ach, ich fühl’s’:

Een speciale plek in haar repertoire nam Richard Strauss in. Niet alleen vanwege Der Rosenkavalier, maar ook vanwege de vele liederen die ze van hem zong. Daarom tot slot twee Strauss-liederen, ‘Morgen’ en ‘Ruhe, Meine Seele’.

Lear was getrouwd met bas-bariton Thomas Stewart tot zijn dood in 2006. De sopraan overleed zelf op 1 juli in Sandy Spring, Maryland. Ze werd 86 jaar.