Discografie: Franz Schreker
U bent nog even niet van Schreker (en mij) af, want ik wil het ook over zijn andere werken hebben. Zijn discografie is inmiddels (gelukkig!) uitgebreid, dus u snapt wel dat het zeer subjectief gaat worden.
Der Ferne Klang
Van al zijn opera’s houd ik het meest van Der Ferne Klang en Die Gezeichneten. Van de eerste ken ik maar één officiële opname, op Capriccio (60024-2). Er bestaat ook een opname uit Hagen, opgenomen in 1989 en uitgekomen bij Naxos in 2000, maar die ken ik niet.
Net als Der Schatzgräber werd Der Ferne Klang live in Berlijn opgenomen, in 1991. Gerd Albrecht dirigeert een cast van voornamelijk grote stemmen en het resultaat is niet meer dan aardig.
In september 2004 werd de opera bij de ZaterdagMatinee uitgevoerd en de uitvoering (met onder andere Anne Schwanewilms) vond ik zeer bevredigend. Helaas is het niet op de markt uitgebracht.
Die Gezeichneten
Het idee kwam van Zemlinsky: hij wilde een opera maken over een lelijke man en het libretto bestelde hij bij Schreker. Eenmaal klaar met zijn werk viel het Schreker zwaar om afstand te doen van zijn tekst. Gelukkig zag Zemlinsky van de opera af en zo sloeg Schreker zelf aan het componeren.
De titel van de opera is dubbelzinnig. Niet alleen zijn de hoofdpersonen ‘getekend’ (Alviano door zijn monsterlijke uiterlijk en Carlotta door een dodelijke ziekte), ook maakt Carlotta een tekening van Alviano, waarin zij zijn ziel probeert te vangen.
Deze prachtige opera, rijk aan duizenden kleuren en zwoele klanken wordt de laatste tijd steeds vaker op de planken gebracht. In 1990 werd hij in de Matinee uitgevoerd, met een lelijk zingende, maar zeer betrokken en daardoor zeer kwetsbare William Cochran als Alviano en een fenomenale Marilyn Schmiege als Carlotta (Marco Polo 8.223328-330). Het is zeer moeilijk verkrijgbaar, maar het is de enige helemaal complete opname van de opera. Dus: zoeken maar!
In 2005 werd in Salzburg een alom bejubelde productie van Nikolaus Lehnhoff live opgenomen en op dvd (EuroArts 2055298) uitgebracht. Aanvankelijk was ik er niet onverdeeld enthousiast over, al moet ik toegeven dat het allemaal zeer spectaculair en spannend was geënsceneerd.
Ik vond het decor te nadrukkelijk aanwezig en te beladen met symboliek. Ook de eindscène vond ik getuigen van slechte smaak: tegenwoordig heb je heel wat meer nodig dan ontvoerde jonge maagden om te choqueren, dus Lehnhoff liet ze nadrukkelijk jong zijn. Ze zijn niet ouder dan 10 jaar. Het antwoord van de regisseur heet dus pedofilie. Ja, dat komt inderdaad schokkend over.
Maar in vergelijking met de afschuwelijk platte enscenering van Kusej bij De Nederlandse Opera (gelukkig niet opgenomen, wat wel zonde is van de geweldig goede hoofdrol van Gabriel Sadè) is Lehnhoff natuurlijk een held.
Dus toch maar Lehnhoff aanschaffen, want er valt ontegenzeggelijk veel te genieten. Ten eerste is er de muziek zelf, prachtig en zeer erotisch gespeeld door het Berlijnse Deutsches Symphonie-Orchester onder leiding van Kent Nagano. De beelden zijn mooi, de kleuren (met overheersend diep blauw) zijn mooi en de zangers/acteurs, gestileerd naar hedendaagse sterren als Johnny Depp en Tom Cruise, zijn mooi – alles tenslotte draait hier om de uiterlijke schoonheid, en dat weet Lehnhoff met zijn team mooi te benadrukken.
Robert Brubakker is een aandoenlijke Alviano, Anne Schwanewilms een mooie, koele Carlotta en Michael Volle een werkelijk fenomenale graaf Tamare.
Op een box met drie cd’s (Symposium 1271/1272/1273) waarop Schreker te bewonderen valt als dirigent van onder meer zijn eigen werk, staan ook een paar fragmenten uit Die Gezeichneten, opgenomen in 1928, met zijn vrouw Maria in de rol van Carlotta.
Irrelohe
Het verhaal lijkt nog het meest op een heuse horrorfilm. De heren van het kasteel Irrelohe zijn vervloekt. Op hun huwelijksdag worden ze gek en verkrachten een maagd – een vloek die ze aan hun eerstgeboren zoons doorgeven. Alleen de vlammen kunnen de vloek ontkrachten.
Die vlammen komen er, aan het eind, als de mooie Eva (Ingeborg Greiner) de graaf Heinrich (onweerstaanbare Roman Sadnik) boven de bastaard Peter (Mark Morouse) verkiest. Eind goed al goed, maar eerst gaan we huiveren, sidderen en… genieten.
Van de opera bestond al een opname op Sony, in 1989 live opgenomen in Wenen. De Wiener Symphoniker stond onder leiding van Peter Gülke en wellicht is het zijn schuld dat het niet heel erg opwindend klinkt. Ik ben ook niet helemaal kapot van de zangers, maar ik was maar al te blij dat het er was!
Gelukkig voor mij en met mij vele liefhebbers is het operahuis in Bonn aan een heuse Schreker-revival begonnen. In 2010 werd Irrelohe er live opgenomen (MDG 9371687-6) en in 2011 hadden ze er Der Ferne Klang op het programma staan. De première vond plaats eind december en liep tot maart 2012. En als de uitvoering net zo goed was (wat een fantastische orkest hebben ze daar!) dan kan ik alleen maar van harte hopen dat de MDG-mensen het voor ons hebben vastgelegd!
Der Schmied von Gent
Van Schrekerss laatste opera, De Smit uit Gent, had ik een piratenopname uit Berlijn, 1981 in mijn bezit, maar daar was ik niet echt weg van: noch van de klank, noch van de uitvoering. Bovendien was de opera zonder synopsis amper te volgen.
Met smacht zat ik dus op de eerste commerciële uitgave van te wachten en zie: daar is hij dan! De Smit werd in 2010 in Chemnitz live opgenomen en op CPO (777 647-2) uitgebracht. Hulde!
Het is een ‘Grosse Zauberoper’ met een verhaal dat een beetje in de buurt komt van Der Freischütz. Er komt ook een duivel in voor, maar ook de Heilige Petrus en… Alva (het speelt zich af tijdens de tachtigjarige oorlog). En ja, het komt allemaal goed.
Liederen
De onvolprezen Reinild Mees heeft het initiatief genomen en is (uiteraard) zelf achter de piano gekropen om twee cd’s vol met de liederen van Schreker te begeleiden en op te nemen. De zangers Jochen Kupfer, Ofelia Sala en Anne Buter doen eraan mee en het resultaat is werkelijk voortreffelijk (Channel Classics CCS 12098 en CCS 14398)
Ook een echte aanrader is een uitgave van Koch Schwann (3-6454-2), hopelijk nog in de handel, met daarop naast het voorspel voor Irrelohe en ‘Vorspiel zu einer grossen Oper’ een werkelijk onweerstaanbare liedcyclus Vom ewigen Leben, naar de gedichten van Walt Whitman.
Het is fenomenaal gezongen door Claudia Barainsky. Alleen al voor haar, met haar stralende hoogte en enorme tekstbegrip, moet je de cd toch echt hebben. En dan heb ik het nog niet eens over het fantastisch spelende Deutsche Symphonieorchester Berlin. Dirigent Peter Ruzicka snapt precies waar het in de muziek van Schreker over gaat.
Als toetje: één van de prachtigste instrumentale werken van één van mijn geliefde componisten, ‘Nachtstück’, een interlude uit Der Ferne Klang:
5Reacties
De opname van “Der ferne Klang” die in Hagen werd opgenomen en in eerste instantie door Marco Polo werd uitgebracht, is werkelijk fantastisch; vooral de zanger die de rol van Fritz vertolkt, is boven alle kritiek verheven. Deze versie bevat ook geen coupures, in tegenstelling tot de door Albrecht gedirigeerde opname (Albrecht maakt bijna altijd coupures, Joost mag weten waarom).
Het is verheugend dat de Schreker-renaissance, een eeuw na de premiere van “Der ferne Klang,” in vole gang is! Het wachten is nu op een productie en CD-opname van “Der singende Teufel.”
Beste Caspar – De zingende Duivel werd in januari 1989 in Bielefeld uitgevoerd, met o.a. piepjonge Gidon Saks als Pater Kaleidos. De (piraten) opname heb ik, het is alleszins de moeite van het beluisteren waard!
An excellent and extremely valuable discography. I wish it were also available in English for wider dissemination.
Beste muziekvrienden
Ook ik ben een entoesiaste Schreker en Zemlinskyfan en wacht vol ongeduld op een cdopname van Der Singende Teufel.
Groetjes van Jos Billiard
Het is een miniem puntje: de Marco Polo-opname onder leiding van Edo de Waart van “Die Gezeichneten” is helaas niet compleet. Het eerste deel van het laatste bedrijf is achterwege gelaten. Daardoor is het verloop van het verhaal een stuk minder duidelijk, en dat deze coupure “om artistieke redenen” werd aangebracht (zoals in het CD-boekje valt te lezen), raakt kant noch wal.