Achtergrond

Hoofdredactioneel: Ed Spanjaard

De Nationale Reisopera beëindigde dinsdagavond zijn grootse Ring-project met de laatste voorstelling van Götterdämmerung. Een dankbaar publiek beloonde het gezelschap met een lang, enthousiast kletterend applaus. Bij dezen wil ik daar extra handgeklap aan toevoegen voor Ed Spanjaard. Een maestro uit duizenden.

Ed Spanjaard (foto: Reinier van Willigen).

De laatste Götterdämmerung doofde niet alleen het licht uit van het vierjarige project rond Der Ring des Nibelungen, maar ook van de Reisopera in zijn huidige vorm. In 2013 komt het gezelschap weliswaar terug, maar met tientallen werknemers minder. Dat vanwege de enorme bezuiniging die de organisatie vanaf volgend jaar treft.

Terwijl het publiek razend enthousiast applaudisseerde voor de voorstelling, werden er dan ook de nodige tranen vergoten op het toneel. Brünnhilde-vertolkster Kirsten Blanck hield het waarschijnlijk vanwege de ontlading van een laatste voorstelling niet droog, maar bij anderen was het toch vooral de rouw om het onfortuinlijke lot van de Reisopera die de emoties naar boven bracht.

Geheel in mineurklanken gehuld is de toekomst van de Reisopera echter niet. Toekomstig directeur Nicolas Mansfield heeft zeer ambitieuze plannen voor de komende seizoenen. De laatste Reisopera-noot heeft dus nog lang niet geklonken. Hoor daar meer over in een podcastinterview met Mansfield, dat later deze week op Place de l’Opera zal verschijnen.

Om nog iets positiefs te noemen: de wijze waarop de Reisopera een punt zette achter deze periode in zijn geschiedenis was bewonderenswaardig. Wat zegt ik: ronduit glorieus. Het gezelschap krijgt een flinke knauw te verduren, maar houdt met dit fantastische Ring-project het hoofd fier omhoog.

Al bij de première van Das Rheingold in 2009 verbaasde de Reisopera publiek en pers met de kwaliteit die regisseur Antony McDonald en dirigent Ed Spanjaard wisten neer te zetten. En ieder volgend jaar werd die verbazing groter. Die Walküre, Siegfried en nu Götterdämmerung: elke productie ging summa cum laude in première.

Nu het slotstuk van de gehele cyclus tot een einde is gekomen, kun je gerust concluderen dat de Reisopera iets heeft gepresteerd wat niemand ooit had verwacht van een operagezelschap ‘in de provincie’. En met dat wapenfeit heeft het gezelschap zijn naam voor eens en altijd gevestigd in de internationale operawereld – hoe de budgetten er in komende seizoenen ook uit zullen gaan zien.

Grootaandeelhouder in het succes van deze Ring was in mijn ogen – en in de ogen van vele anderen – Ed Spanjaard. Zoals ik schreef na de première van Die Walküre: ,,Ieder woord en iedere emotie op het toneel werd verklankt in de orkestbak. Echt wereldklasse. Als je me aan het einde van de avond had gevraagd of Wagner een toegankelijke componist is, zou ik prompt bevestigend geantwoord hebben.” Voor iemand die niet meteen warm loopt voor een bijna-werkdag Wagner kijken in het theater, is dat een hele uitspraak.

Spanjaards directie voegde veel karaats goud toe aan een Ring die, gezien de locatie en het budget, volgens verwachtingen misschien hoogstens zilver had kunnen scoren. Met zijn fenomenale interpretatie van Wagners magnum opus toonde hij zich tevens een maestro van uitzonderlijke klasse. En dan te bedenken dat hij in de jaren zeventig nog met een stok van onder het toneel van het Royal Opera House de in een kikker veranderde Alberich speelde…

Je vraagt je af waarom er niet meer faam is weggelegd voor deze geweldige musicus. En waarom hij niet al veel meer kansen heeft gehad om Wagner tot glanzen te brengen.

Ik sprak in de pauze met een groot operafan, die vol enthousiasme de loftrompet over Spanjaard stak. Eén zin van zijn verhaal bleef extra bij mij hangen. Hij zei: ,,Spanjaard is de meest onderschatte dirigent van Nederland.”

Ik denk dat daar zeker een kern van waarheid in zit. Maar hopelijk zal dat niet zo blijven. Voor Ed Spanjaard zou ieder orkest een baton en een bok klaar moeten zetten.

 

Vorig artikel

Padmore, Biss brengen heftige Dichterliebe

Volgend artikel

Matinee brengt nieuwe opera Wagemans

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

2Reacties

  1. Hans van Verseveld
    18 oktober 2012 at 12:43

    Zaterdagavond jl. zag ik de Götterdämmerung in Enschede vanuit mijn prettige plaats in de zijloge. Vanaf die plek kun je namelijk heel riant in de orkestbak kijken en maestro Ed Spanjaard aan het werk zien. Vooral tijdens de muzikale tussenspelen is het een feest om te zien hoe de beste dirigent van Nederland het orkest tot superieure prestaties leidt. Natuurlijk had Ed Spanjaard het grote geluk, dat hij fantastische zangers tot zijn beschikking had, met als grootste verrassing de Gunther van de weergaloze Thomas Oliemans, maar het werk valt of staat met de dirigent en zijn orkest en ik hoop toch oprecht, dat men bij De Nederlandse Opera in Amsterdam nou eindelijk eens wakker wordt en deze dirigent een kans geeft.

  2. Pieter K. de Haan
    18 oktober 2012 at 20:40

    Zonder iets ten nadele van Marc Albrecht te willen zeggen moet mij van het hart, dat ik niet heb begrepen en nog niet begrijp waarom hij en niet Ed Spanjaard chef-dirigent van het NedPhO en DNO is geworden. Spanjaard is niet alleen een grote dirigent, hij is ook nog eens van alle markten thuis. Ook ik hoop nu maar dat we hem spoedig als gast bij DNO mogen begroeten.