Epica Angelika in het Muziekgebouw
Angelika Kirchschlagers stem was lekker vol en ‘Milka-romig’, gisteravond in het Muziekgebouw aan ’t IJ. Geen verrassingen, niet gekunsteld, niet geveinsd, gewoon lekker Angelika! En haar pianist Helmut Deutsch begeleidde op zo’n fantastische manier dat zij – wederom – alleen maar zichzelf kon zijn.
In een goed gevulde grote zaal van het Muziekgebouw aan ’t IJ liepen Angelika Kirchschlager, mezzosopraan, en haar begeleider Helmut Deutsch het podium op. De hooggespannen verwachtingen van het publiek waren voelbaar in het bescheiden welkomstapplaus.
Tijdens de eerste liederen uit Heft 1 – die Robert Schumann allemaal componeerde in het jaar 1840, het jaar dat hij zijn geliefde Clara Wieck zou trouwen – gebeurde er eigenlijk weinig. Angelika keek dan ook onwennig toen er na deze eerste cyclus geen applaus kwam. Ze schraapte haar keel, hetgeen ze voor ieder lied herhaalde.
Toen het applaus na ‘Jasminenstrauch’ wel wat op gang kwam, was haar opluchting zichtbaar. Vervolgens pauzeerden Angelika en Helmut kortstondig.
Bij de Gedichte der Königin Maria Stuarda, een laat werk van Schumann uit 1852, kwam de omslag: Helmut Deutsch zette direct een zeer melancholische introductie neer, waardoor een stemmingswissel ontstond. Wás Angelika tot dan toe dat vriendelijke, onzekere lieve meisje geweest, nu veranderde haar houding compleet. Ze rechtte haar rug en hief haar gezicht zodanig op dat ze meteen een koninklijke status kreeg. Angelika maakte zich ‘onzichtbaar’ en daar stond opeens Maria Stuarda.
Ze vuurde haar hartenkreet op ons af: ‘Verstehst du mich nicht?!’ De indringende woorden raakten het publiek en het verdriet was voelbaar. Wat een verbeeldingskracht!
Het lied ‘Soldatenbraut’ wordt vanuit een mannelijk personage gezongen en is daarmee ‘custom-fit’ voor Angelika. Meteen is haar ‘Hosenrollen-ervaring’ zichtbaar. Stoer stapt ze op het publiek af om de laatste zin van het lied even lekker mannelijk in te wrijven. Heerlijk!
Haar stem is compleet in balans en valt nergens uit registers, tenzij zij dat zelf wil en ze het met opzet een duwtje geeft. Het laatste lied voor de pauze, ‘Die Kartlegerin’, is puur cabaret. Alsof ze een heel spannend verhaal aan de allerkleinsten wil uitbeelden. Met het sterk overdreven gezongen ‘O dass war ein harter Schlag!’ en ‘Nein, die Karten lügen nicht!’ overtuigt ze volledig! Nee, Angelika liegt niet!
In de pauze ben ik op zoek gegaan naar vooral jonge mensen om hun meningen te polsen. Waarom komt een jong persoon naar een liedrecital? Wat zijn de verwachtingen en hoe valt het tot nu toe?
Een 24-jarige popzangeres is door haar oom – een liefhebber lied pur sang – meegenomen. Een 35-jarige met ook een muzikale achtergrond was nieuwsgierig naar de interpretatie van Kirchschlager op dit vroege Schumann-repertoire. Ze vindt de programmakeuze te saai voor de sprankelende Angelika. Als laatste vind ik nog een 24-jarige klassiek afgestudeerde operazanger met tijgerschoenen.
De algemene mening is goed. Angelika voldoet geheel aan de verwachtingen van een ieder. Er is technisch niets, maar dan ook niets op aan te merken, maar men zou graag ook een driedimensionale kant van haar horen: een dieper ‘Frauenliebe- und Leben’ bijvoorbeeld.
Na de pauze gaat Angelika ‘gewoon’ verder met de haar toevertrouwde kwaliteitsvoordracht. Ook Helmut Deutsch blijft haar op onverminderd trouwe wijze begeleiden. Zijn aanwezigheid is zo dienend dat hij vanuit die onopvallende positie zelfs opvalt! Angelika’s stem wordt in alle opzichten, in alle registers door hem begeleid, gesteund en opgevangen.
‘Hörst du? Jubelsang erklingt Feiertöne!’ Deze zin in het allerlaatste lied ‘Requiem’ wordt heerlijk ‘vet’ gezongen en vrijwel direct daarna weer zeer beheerst teruggenomen. Met een sidderend laatste akkoord sluit Helmut Deutsch het Schumann-recital van Angelika Kirchschlager lekker af. De kers op de cake is gezet. Het was een heerlijk doch geroutineerd voordrachtsstuk, maar, doet u mij nog maar een stukje!