Levendig Liebesverbot in Leipzig
De Oper Leipzig voert in het Wagner-jaar de drie eerste opera’s van Richard Wagner uit, in samenwerking met de Bayreuther Festspiele. In juli werd Wagners tweede opera, Das Liebesverbot, al een aantal malen uitgevoerd in de Oberfrankenhalle in Bayreuth, een sporthal enigszins vergelijkbaar met Ahoy in Rotterdam. Afgelopen zondag was de succesvolle première in Leipzig.
Wagner componeerde Das Liebesverbot toen hij begin 20 was. Het werk ging in 1836 in première in Maagdenburg, onder leiding van de jonge componist zelf. Het werd een compleet fiasco en van een tweede voorstelling is het tijdens Wagners leven nooit meer gekomen.
De complete titel van dit jeugdwerk luidt: Das Liebesverbot oder die Novize von Palermo. Het libretto is een bewerking door de componist van Shakespeares Measure for measure (Leer om leer). Wagner verplaatste de handeling van Wenen naar Palermo, maar volgt verder vrij getrouw de grote lijn van Shakespeares stuk.
De Duitse stadhouder Friedrich, die bij afwezigheid van de Siciliaanse vorst tijdelijk het gezag uitoefent, wil de losbandigheid van zijn onderdanen aan banden leggen. Daarbij concentreert hij zich op seksuele ‘onregelmatigheden’, al dan niet het gevolg van alcoholgebruik. Door het aanstaande carnaval te verbieden hoopt hij twee vliegen in één klap te slaan.
In zijn ijver om het burgerlijk fatsoen in ere te herstellen gaat hij zo ver dat alle seksuele contacten buiten het huwelijk worden verboden, met als ultieme sanctie de doodstraf. De politie krijgt opdracht om maar direct de gehele rosse buurt van Palermo te ontruimen. Deze inbreuk op het vrije handelsverkeer valt niet in goede aarde en de bevolking protesteert dan ook luid.
Luzio, een beetje een losbol, ziet zijn vriend Claudio weggevoerd worden door de politie. Hij gaat naar het gevang omdat hij een kind heeft verwekt bij een vrouw met wie hij niet is getrouwd. Overigens niet geheel zijn schuld, aangezien haar ouders hebben geweigerd in te stemmen met een huwelijk.
Claudio vraagt Luzio om zijn zuster Isabella, als novice tot een klooster toegetreden, op de hoogte te brengen en te vragen of deze voor hem wil pleiten bij Friedrich. In het klooster praat Isabella met een andere novice, Mariana. Deze vertrouwt haar toe dat ze daar terecht is gekomen nadat haar minnaar en aanstaand echtgenoot, een hooggeplaatste figuur, haar heeft laten zitten. Uiteraard is dat niemand minder dan Friedrich zelf.
Isabella is diep verontwaardigd, zowel over het gedrag van Friedrich als over het lot van haar broer, en onderneemt een reddingspoging. Daarbij maakt ze zo veel indruk op Friedrich dat deze voor haar charmes bezwijkt en belooft Claudio van de galg te redden. Ten prooi aan hormonale opwinding eist hij echter als tegenprestatie dat Isabella zich aan hem geeft, al is het maar voor een uurtje.
Wat volgt is een serie klassieke verwikkelingen met geheime rendez-vous’, gemaskerde personen, verwisselingen en uiteindelijk een apotheose in de vorm van de terugkeer van de heersende vorst. En dat alles op muziek die bepaald niet aan de latere Wagner doet denken. Luisterend krijg je allesbehalve het gevoel dat hier de toekomstige smid van de Ring aan het werk is.
Regisseur Aron Stiehl neemt het werk voor wat het is: een lichte komedie met ‘lekkere’ muziek. Dat leidt tot een enscenering die meer weg heeft van een operette, of zelfs een musical, dan een serieuze opera. En dat werkt uitstekend.
Het toneelbeeld wordt bepaald door een achtergrond met daarop een oerwoudachtige natuurschildering. Op het toneel staan verrijdbare wanden waarop nummers zijn geplaatst, wat de indruk geeft van enorme ladenkasten. Het suggereert de strenge werkelijkheid van Friedrichs regime. Als hij verstrikt raakt in zijn eigen regelgeving, bewegen de wanden naar elkaar toe waardoor hij erdoor platgedrukt dreigt te worden. Hij duwt ze uit elkaar ten teken dat de persoon Friedrich uiteindelijk toch de stadhouder Friedrich de baas is.
De kostumering is nogal bont, met Claudio als uitschieter: hij loopt erbij als een hippie. De gezagsdragers zijn redelijk herkenbaar gekleed, maar de rest van de bevolking ziet eruit alsof het altijd carnaval is. En als het dan echt zo ver is, wordt het nog gekker, omdat alle mannen in vrouwenkleren verschijnen, zelfs politiechef Brighella. De twee novicen dragen overigens normale habijten.
Politiechef Brighella, die bij afwezigheid van Friedrich (altijd te laat, die Duitser) alvast begint met rechtspreken, is een prachtige bas buffo. De van overtreding van het Liebesverbot verdachte Dorella, een animeermeisje, windt hem met gemak om haar vinger, draait in een mum de rollen om en neemt zijn plaats achter de balie in, compleet met grijze pruik.
Later volgt nog een trio van Isabella, Luzio en Dorella, waarin beide dames de arme man met deegrollers bewerken om hem te straffen voor zijn gedrag. Hij heeft de gewoonte om voortdurend iedere vrouw die hem wel aardig lijkt ten huwelijk te vragen en dat geeft problemen als die dat van elkaar te weten komen. De scène eindigt in een ‘musical comedy sfeer’ en als ze afgaat becommentarieert Isabella de gang van zaken met een minachtend “operette”.
De titelrol (Isabella, die Novize) werd voortreffelijk vertolkt door Christiane Libor. Ze werd vooraf geëxcuseerd wegens een verkoudheid, maar daar was niets van te merken.
De twee overige vrouwenrollen waren met Anna Schoeck (Mariana) en Magdalena Hinterdobler (Dorella) uitstekend bezet. En Mark Adler zette een overtuigende Luzio neer, niet zozeer ‘stimmlich’ als wel acterend.
Daniel Kirch kon mij als Claudio minder overtuigen – voldoende maar niet bijzonder. Reinhard Dorn maakte een feestje van zijn optreden als Brighella. Stadhouder Friedrich werd vertolkt door de bariton Tuomas Pursio. Hij zette overtuigend een stijve hark neer die met een natte vinger te lijmen is door Isabella, ook al is ze gekleed als non.
Zoals gebruikelijk in de Oper Leipzig werd de begeleiding verzorgd door het Gewandhausorkest, ditmaal onder leiding van Matthias Foremny. Over kwaliteit in de orkestbak gesproken… Het uitnemende koor stond onder leiding van Alessandro Zuppardo.
Richard Wagner zou versteld hebben gestaan van de kwaliteiten van dit werk, later door hem consequent afgedaan als jeugdzonde. Er is veel van te maken, zo veel zelfs dat het naar verluidt deze zomer werd gezien als het grootste succes in Bayreuth. En dat met inbegrip van de nieuwe Ring van Castorf. Graag volgend jaar een reprise!
1 Reactie
Ik heb de productie in Bayreuth gezien. Inderdaad een opmerkelijk (en onverwacht geestig) werk en heel kleurrijk (letterlijk) gebracht!