Opera: een witte sport?
Arthaus Musik heeft een intrigerende documentaire uitgebracht: Aida’s Brothers & Sisters. Het vertelt het verhaal van zwarte klassieke zangers tegen de achtergrond van hun emancipatie in de samenleving. Naast een wijdse, muzikale impressie is de film vooral een statement. Want is er in de afgelopen decennia nu zoveel veranderd?
De titel van de documentaire is niet alleen erg sprekend, hij wordt ook duidelijk concreet gemaakt in de film. De makers Jan Schmidt-Garre en Marieke Schroeder komen niet zelf aan het woord (er is geen voice over), het zijn de ‘broers en zussen van Aida’ die hun verhaal vertellen. Velen passeren de revue. Artiesten als Marian Anderson, Paul Robeson, Leontyne Price, Shirley Verrett, Betty Allen, Simon Estes en Reri Grist.
Steeds ingeluid door een kort muziekfragment – uitgevoerd door zangers van Opera Ebony, het eerste Afro-Amerikaanse operagezelschap – worden tal van thema’s behandeld. Van luchtiger onderwerpen als typische Afro-Amerikaanse liederen (spirituals) en het wel of niet bestaan van een ‘black voice’, tot politieke en vaak pijnlijke zaken als het baanbrekende werk van Marian Anderson en discriminatie in de operawereld.
De documentaire is geen verhaal van a tot z, maar meer een impressie. Uitspraken van de artiesten worden afgewisseld met veel kleurrijk beeldmateriaal van operaproducties en concerten. Zoals het optreden van Marian Anderson voor het Lincoln Memorial in 1939 en het vele moois dat Leontyne Price op het operatoneel liet horen.
Duidelijk wordt dat iedere zanger onvermijdelijk met zijn of haar huidskleur geconfronteerd is. Of zoals Betty Allen het verwoordt: „Je bent geen zanger, je bent een zwarte zanger.”
Reri Grist, die in bijna al haar rollen de eerste Afro-Amerikaanse vertolkster was, vertelt dat ze nooit aan haar afkomst dacht als ze optrad. „Boris Becker dacht ook alleen maar: ik wil die bal raken. Hij dacht niet aan zijn afkomst. Ik wilde gewoon goed mijn werk doen.”
Het klinkt mooi in de oren: de kunst als een plek waar uiterlijk geen rol speelt. Helaas blijkt uit de levens van de zwarte artiesten dat in de praktijk vaak het tegendeel waar was.
Simon Estes, de eerste donkere zanger die op de Bayreuther Festspiele zong, vertelt hoe een manager hem eens een boekje opendeed over audities. „Als een zwarte en een blanke zanger auditie doen en ze zijn beide even goed, kiezen ze de blanke. Als de zwarte iets beter is, kiezen ze nog steeds de blanke. Als de zwarte véél beter is, kiezen ze de zwarte, maar betalen ze hem minder.”
Misschien lijkt het een voorbeeld van ‘hoe erg het vroeger was’, maar de documentairemakers willen de zaak niet afdoen als een soort historische les. Niet voor niets merkt Estes op dat één van de velden waar de discriminatie het langst voortduurde, de operawereld is. En misschien moet in plaats van ‘voortduurde’ wel ‘voortduurt’ staan.
Hoeveel zwarte zangers zie je eigenlijk op de operatonelen heden ten dage? Natuurlijk kan het zijn dat opera een minder populaire kunstvorm is onder zwarte zangers, maar dekt die verklaring volledig het grote verschil tussen blank en zwart op de bühne?
Aida’s Brothers & Sisters is een documentaire die vol zit met rijk beeldmateriaal, maar die je vooral confronteert met de vraag: hoe kijk je tegen zwarte zangers aan? En hoe doet de operawereld dat vandaag de dag?
Tenor George Shirley: „Kan het je wat schelen dat Zinka Milanov geen Ethiopiër is als ze Aida zingt? Kan het je wat schelen dat Mario del Monaco geen Moor is als hij Otello zingt? Als het je niet kan schelen, waarom zou je je er dan aan storen dat ik een Afro-Amerikaan ben die de rol van een Franse edelman zingt?”
Klik hier voor details van de uitgave. De documentaire is Engelstalig. Er is geen Nederlandse ondertiteling.
3Reacties
Goed is het niet, maar dit is onoverkomelijk. Hoe je het ook went of keert, het uiterlijk telt mee in opera. vaak is een zwarte zanger niet geloofwaardig. Dikke, lelijke, oude, grote, kleine zangers ook niet. Als een zwarte zanger voor het eerst het toneel op komt gaat bij iedereen onbewust een belletje rinkelen. toch?
Het wordt tijd dat we met z’n alle onze vooroordelen eens voorbij stappen en met een openere blik de dingen tegemoet treden, of zwart of dik of klein of dun of lang of whatever.
We vertolken op de bühne mensen in omstandigheden en met gevoelens die elk mens meemaakt, dus waarom niet met/door mensen in alle soorten en maten?
Een wereld vol met allemaal “perfekte” blanke barbie’s & ken’s (om nog maar niet aan de discusse te beginnen wie dan wel uitmaakt wat “perfekt” eigenlijk is…)is ontzettend saai en oninteressant.
Gelukkig zijn we er in alle kleuren en maten!
It’s sad that Leontine Price does not speak in this documentary… (she is still alive!) Or Jessye Norman! In the end the film did not fascinate me nearly half as much as “Opera Fanatic”, even if it’s done in a simular way. Somehow the things the singers tell don’t come across well… and the truly gripping details are lost between too much blabla and uninteresting modern music scenes. You never have the feeling of getting close to the artists.