St. Gallen slaat spijker op de kop met Borgia
Scènes uit een gebroken huwelijk, met een tragische afloop. Zo presenteert het Theater St. Gallen de opera Lucrezia Borgia van Donizetti. Een zeer hedendaagse interpretatie, die vooral muzikaal gezien meeslepend uitpakt.
Lucrezia Borgia is een ‘express opera’, gecomponeerd in amper een maand tijd, direct na de Parijse wereldpremière van het gelijknamige toneelstuk van Victor Hugo in 1833. Het werk is een ongelofelijk blijk van genie, zowel van librettist Felice Romani als van componist Gaetano Donizetti. Zij brachten een stuk ter wereld dat een mijlpaal in de operageschiedenis mag heten, muzikaal en dramaturgisch.
Hoe mooi zou het zijn als er vandaag de dag nog zulke artistieke wonderen zouden voorkomen! Dan zouden de operacritici werkelijk iets hebben om over te schrijven, in plaats van altijd weer te discussiëren over nieuwe regieconcepten en hedendaagse interpretaties van oude, bekende werken.
Daarbij moet ik wel erkennen dat bij iedere nieuwe enscenering juist dat graantje nieuwigheid bijzonder kan fascineren. Dat bewijst het Theater St. Gallen met zijn nieuwe productie van Lucrezia Borgia. Overigens staat deze opera dit seizoen – ongelofelijk maar waar – bij geen enkel ander operahuis op het programma, zover ik kon nagaan. Wat een extra reden is om de productie in de Zwitserse stad te bezoeken.
Regisseur Tobias Kratzer en decor- en kostuumontwerper Rainer Sellmaier, een jong maar op elkaar ingespeeld artistiek duo, richten hun focus geheel op het echtpaar Lucrezia en Alfonso. De steenrijke en machtige echtgenoot onderdrukt het geestelijke en emotionele leven van zijn echtgenote, die zich, gevangen in de dwangmatige rituelen van de door welstandsalcoholisme doortrokken upper class, enkel nog om de liefde voor en van haar heimelijke zoon kommert.
Hiermee slaat het regieduo de spijker op de kop. Dankzij deze interpretatie krijgt het door Donizetti in steen gebeitelde en duidelijk beklemtoonde openingsrecitatief van Lucrezia precies de juiste expressie.
De focus op het echtpaar maakt ook de sleutelscène rondom de eerste vergiftiging van Gennaro in de eerste akte buitengewoon spannend. Tragiek en komedie schuren heel dicht langs elkaar in dit scenische hoogtepunt, geplaatst in de slaapkamer, bij het huwelijksbed, compleet met krantlezen in bed en een kussengevecht. Taferelen en agressies die ieder met een relatie of huwelijk waarschijnlijk weleens meegemaakt heeft.
Dankzij het kloppende regieconcept kunnen de zangers werkelijk geloofwaardige vertolkingen geven. Zo geeft Paolo Gavanelli, de sterbariton in het huisensemble in St. Gallen, een meesterlijke interpretatie van Don Alfonso. De subtiele giftigheid in zijn stemkleuring, zijn onoprechte frasering en zijn krachtige vocale taal passen perfect bij het karakter van de meedogenloze machthebber.
Geheel tegengesteld zet Katia Pellegrino de titelrol van Lucrezia neer. Ze combineert volle, donkere kleuren en scherpe, lichtende hoge noten (tot aan de hoge D toe) met lyrische diepgang en snelle, precieze coloraturen. Een interpretatie van een zeer hoog niveau, doordrongen van een sterke persoonlijkheid en diverse karakteristieken van de Italiaanse zangschool. Zo laat Pellegrino versieringen horen in de stijl van de grote Mariella Devia.
De jonge Anicio Zorzi Giustiniani weet hoe je de aandacht moet trekken. Met fascinerende frisheid en charme vertolkt hij Gennaro, een rol waarmee de mooie huistenor bewijst vocaal en theatraal rijp te zijn voor het romantische belcantorepertoire.
Zijn boezemvriend Maffio is in deze enscenering geen ‘Hosenrolle’, waardoor een kostbare dubbelzinnigheid in deze centrale mannenvriendschap verloren gaat. Allyson McHardy zingt de rol niettemin speels, met prachtig verzorgde diepe tonen en veel gevoel voor ritme.
Het orkest onder leiding van Pietro Rizzo zit in een echte ‘high voltage’-drive, gezien de ritmes en de meeslepende tempi. De musici leveren zo een grote, fundamentele bijdrage aan het succes van de productie.
Een bezoek aan deze Lucrezia is zeker aan te bevelen. En niet alleen omdat de fantastische opera dit seizoen nergens anders te zien is!
Zie voor meer informatie de website van het Theater St. Gallen.
4Reacties
LUCREZIA BORGIA OF DE TAFERELEN EN AGRESSIES DIE IEDER MET EEN RELATIE OF HUWELIJK WAARSCHIJNLIJK WELEENS MEEGEMAAKT HEEFT.
Jip ligt ’s ochtends in bed, met een kater van jewelste dankzij een pittig avondje welstandsalcoholisme. Mokkend van achter zijn krant zegt hij: “Hou nou toch ’s op met dat eeuwige vergiftigen, Janneke, dat wordt nou echt een keer vervelend. Ik krijg er klachten over.” Janneke, pruilend: “Mag ik ook ‘s wat voor mezelf hebben? Denkt er ooit wel eens iemand aan mij? Heb jij enig idee hoe ik de buik vol heb van elke keer weer die met welstandsalcoholisme weggespoelde rituelen?”
Jip heeft geen zin in ruzie en weet heel goed weet waarmee hij Janneke een plezier kan doen. Hij zegt: “Gekkie! Kom ’s hier, lekker ding van me. Zal ik dan je geestelijke en emotionele leven nog eens onderdrukken op een manier die jij altijd zo fijn vindt?“ Janneke krijgt een opgewonden blosje, want ze weet waar dit naar toe gaat en ze wapent zich snel met haar hoofdkussen: “Okay dan! Hier, pak aan Jip!” en ze geeft haar echtgenoot met een kirrend gilletje een ferme zwieper. En dan is ineens het kussengevecht in volle gang, en is alles vergeven en vergeten.
Jip en Janneke. Mensen van nu. Kunnen niet met, maar ook niet zonder elkaar.
Com’è possibile! Als ik de foto’s al zie vergaat mij de lust. Het zal toch niet diezelfde halve zool zijn die de kinderen van Medea achter glas TV liet kijken? Geef mij maar de Naxos DVD met Dimitra Theodossiou (sorry, Basia), opgenomen in Bergamo in 2007, met prachtige kostuums, een goede bezetting en een enscenering waar Donizetti beslist bij geklapt zou hebben.
En voor de CD-liefhebbers is er natuurlijk het meesterwerk van Montserrat Caballé en Alain Vanzo op het Opera d’Oro label, New York, Carnegie Hall, december 1965. (Misschien ook wel ergens op een ‘cloud’ opgeslagen.)
CD-liefhebbers komen ook met Marilyn Horne en Joan Sutherland uitstekend weg (Decca). In dit illustere gezelschap zingen ook ‘onze’ Lieuwe Visser en John Brocheler een stevig partijtje mee.
ehhmmm, what about LEYLA GENCER !!!??!! The one and only. Well… with Caballé 🙂