Les Martyrs: goud in handen van Opera Rara
Les Martyrs, een vrijwel vergeten Franse opera van Gaetano Donizetti, maakte in oktober 2014 een glansrijke comeback bij cd-label Opera Rara. Joyce El-Khoury zingt een perfecte Pauline, Mark Elder dirigeert formidabel.
Les Martyrs begon zijn leven als de Italiaanse opera Poliuto. Het libretto van Eugène Scribe is gebaseerd op het toneelstuk Polyeucte van Pierre Corneille uit 1642 en draagt sterk de levensvisie van de schrijver uit: de wil is een bepalende factor in het leven.
Het was vanwege de keuze van het onderwerp – het leven en de martelaarsdood van de heilige Polyeuctus – dat de censuur ingreep en de première afgelastte. Het verbeelden van de christenvervolging op het toneel was in die tijd in Napels verboden.
Eenmaal in Parijs bestelde Donizetti een nieuw libretto bij Scribe. Hij componeerde er een nieuwe ouverture bij, plus een paar solo’s voor de hoofdrol. Ook veranderde hij de finale van de eerste akte en voegde balletmuziek toe, voor Parijs onmisbaar. Daarbij zwakte hij de romantische verwikkelingen behoorlijk af en legde meer nadruk op het religieuze aspect.
Een voorbeeld: in Poliuto klaagt de titelheld in zijn grote aria aan het eind van de tweede akte over de vermeende ontrouw van zijn vrouw en de hem kwellende jaloezie. “Laat mij in rust sterven, ik wil niets meer met je hebben, je was mij ontrouw”, zingt hij. In Les Martyrs is dat veranderd in een credo (nu aan het einde van de derde akte): “Ik geloof in God, de almachtige Vader, schepper van hemel en aarde…”
Ondanks het aanvankelijke succes verdween Les Martyrs van de tonelen. Daarvoor kwam Poliuto, hoewel mondjesmaat, terug in beeld. Maar die opera werd na 1920 ook nog maar sporadisch uitgevoerd. Een curiosum: in 1942 werd de opera gespeeld bij het bezoek van Hitler aan Mussolini. De hoofdrol werd toen gezongen door Beniamino Gigli.
Dankzij Maria Callas, die de opera in 1960 herontdekte, kwam het tot een kortstondige revival. De opname die zij met Franco Corelli maakte, deed mij echter niets. Het waarom begreep ik pas toen ik de live opgenomen versie met Katia Ricciarelli en José Carreras hoorde. In een opera die als hoofdthema kwetsbaarheid heeft, passen geen grote, dramatische stemmen.
In oktober 2014 heeft het label Opera Rara een studio-opname van Les Martyrs gemaakt. Joyce El-Khoury, duidelijk de voetsporen van Leyla Gencer volgend, is een perfecte Pauline. Ze is dromerig en liefhebbend en vecht als een leeuw (nomen omen) voor het leven van haar christen geworden echtgenoot. Een echtgenoot die ze eigenlijk niet eens liefheeft: in de veronderstelling dat haar voormalige verloofde dood is, liet zij zich aan de protégé van haar vader uithuwelijken.
In ‘Qu’ici ta main glacée’ klinkt El-Khoury zeer breekbaar. Ze weet me tot tranen toe te ontroeren (haar pianissimi!). En ‘Dieux immortels, témoins de mes justes alarmes’, de confrontatiescène met haar doodgewaande geliefde Sévère (een zeer indrukwekkende David Kempster), is hartverscheurend.
Tenor Michael Spyres is een zeer heroïsche Polyeucte. In ‘Oui, j’irai dans leurs temples’ laat hij een perfecte, voluit gezongen hoge e horen.
Het Orchestra of the Age of Enlightenment onder leiding van Sir Mark Elder speelt de sterren van hemel. De drie balletsuites halverwege de tweede akte zorgen ervoor dat de stemming, al is het voor even, wat vreugdevoller wordt.
Alle lof ook voor de perfect zingende Opera Rara Chorus (instudering Stephen Harris). Voor mij is dit zonder meer dé operaopname van het jaar.
Hieronder Poliuto in tien minuten:
Hieronder Joyce El-Khoury over Pauline:
Hieronder Michael Spyres in de cavatina ‘Mon seul trésor’ en de cabaletta ‘Oui, j’irai dans les temples’:
3Reacties
Een aanwinst voor elke opera verzamelaar, dat zeker. Het is natuurlijk de eerste echt goed klinkende complete opname van dit werk.
En dat met goede tot zeer goede solisten.
Maar als je toch de Poliuto opname met Callas, Corelli en Bastianini gewend bent, dan is deze Les Martyrs toch wel saai om naar te luisteren. De spanning, de sfeer, de passie en natuurlijk de grootsheid van de solisten en dirigent.
Ik ben dan ook erg verbaast dat Basia deze opname niet kan waarderen.
Maar ja, smaken verschillen en wat voor de één spectaculair is, kan voor de ander een deceptie zijn.
Ik vind dat je daarom ook altijd zelf een opera opname moet beluisteren.
Een recensie is leuk om te lezen, maar is gewoon een mening van 1 persoon, die best eens een totaal andere smaak kan hebben.
De Poliuto opname met Carreras (CBS, 1989) heb ik ook nog in de kast staan. Toch weer eens uitpakken en beluisteren na het recenseren (vorige maand) van deze wonderschone opera Les Martyrs.
Ik ben het niet in alle opzichten eens met mevr. Jaworski. Natuurlijk is het fijn om deze opera (na de opname met Leyla Gencer) weer eens op CD te hebben en de opname is in veel opzichten geslaagd. Ik ben alleen niet enthousiast over Joice El-Khoury, weliswaar zijn haar pianissimi zeer fraai maar wordt het volume groter, dan is het vaak bijzonder onaangenaam om naar haar te luisteren. (Dat bezwaar had ik ook al bij haar vertolking van Rusalka in de Zaterdag-matinee.) Bovendien vind ik de opname wat “koud”, daarom geef ik de voorkeur aan de Poliuto-versie, ik heb de opname met Katia Ricciarelli en Jose Carreras.