St. Gallen bewijst zich weer met Macbeth
Een nieuwe productie van Macbeth, in een regie van Aron Stiehl en met huisbariton Paolo Gavanelli in de titelrol, bevestigt de kwaliteit van opera’s ‘made in St. Gallen’. Het Theater St. Gallen toont met deze Verdi wederom veel karakter!
Al vaak werd op deze website met veel enthousiasme over St. Gallen bericht. Voor mij is het het beste en meest interessante ‘Stadttheater’ in Zwitserland. Je ziet er de meest boeiende rariteiten en wordt altijd weer verrast door de rijke mix van opera, dans, toneel en musical. Iedere stad kan zich zo’n goed functionerend repertoirehuis wensen.
In St. Gallen kunnen jonge talenten als de Nederlandse sopraan Simone Riksman (in de voorbije jaren huisensemblelid) tot bloei komen, omringd door nieuwe en oude sterren als Alex Penda, Edita Gruberova, Stefano La Colla en nu dus ensemblezanger Paolo Gavanelli.
Geen rariteit, maar wel een voorbeeld van dit ‘St. Gallen-gevoel’ is de nieuwe enscenering van Verdi’s Macbeth. Een voorstelling waarin de muzikale kant zonder meer in orde is. Dirigent Pietro Rizzo weet de donkere, ondoordringbare kleuren van de instrumentale solo’s prachtig samen te brengen met de meeslepende stroom van de gehele partituur. Een prestatie waarin het koor een groot aandeel heeft: van de wervelend syncoperende heksen tot het diepe, requiemachtige ‘Patria oppressa’ schitteren de koorzangers, waarvoor ze beloond worden met een groot applaus.
Minder bevredigend, in mijn oren, is de interpretatie van huisster Paolo Gavanelli in de titelrol. Zijn instrument is warm en harmonisch en zijn frasering is zo elegant dat zijn zinnen over zijde lijken te glijden. Maar hoewel dat muzikaal gezien fantastisch is, is het in dramatisch opzicht niet helemaal gepast.
“Servi meglio il poeta del maestro”, schreef Verdi in een beroemde brief aan Felice Varesi, de eerste Macbeth in 1847. Oftewel: Varesi moest zich eerst en vooral op de tekst en de dichter concentreren, en niet op de muziek. Die zou vanzelf wel volgen. Gavanelli doet het echter andersom. Hij oogst daar overigens wel een groot applaus mee.
De Lady Macbeth van de avond, Mary Elisabeth Williams, heeft geen ‘brutta voce’, maar ze brengt wel een flinke portie charisma en présence met zich mee. Met haar interpretatie vervult ze knap de rol van steunpilaar van de avond. Kracht en heftigheid ontbreken haar niet. En voor haar laatste, haast onmogelijke piani- en pianissimi-noten heeft de regisseur een goede oplossing bedacht: Lady Macbeth verlaat het toneel en zingt achter de coulissen haar slotnoten, op zo’n wijze dat ze nog net te horen zijn.
Het is niet het enige goede idee van Aron Stiehl, die het verhaal naar de jaren veertig van de vorige eeuw verplaatst, in een door de oorlog in beslag genomen Schotland. De Berlijnse regisseur mixt veel lichte humor door de handeling. Zo zijn de heksen weerwolven van de geheime dienst en verschijnt in de vierde akte de huidige koninklijke familie van Engeland, compleet met Kate en kinderwagen, wat een werkelijk grappig element in Shakespeareaanse stijl is.
Jammer alleen dat er afgezien wordt van het laatste koorstuk en dat de opera dus eindigt met de dood van Macbeth. Maar over het geheel genomen geeft ook deze Macbeth weer een sterk ‘St. Gallen-gevoel’: telkens neem je hier weer wat moois mee naar huis.
Zie voor meer informatie de website van het Theater St. Gallen.