Helena Rasker debuteert bij de Royal Opera
Alt Helena Rasker maakt op vrijdag 13 november haar debuut bij het Royal Opera House, als Erna in Morgen und Abend, een nieuw werk van Georg Friedrich Haas. Het is een bijzonder indrukwekkende opera, vertelt ze vanuit Londen. “We hebben tijdens de repetities alle hoeken van onze ziel gezien.”
Direct contact met de componist: dat is iets wat gaandeweg de twintigste eeuw steeds zeldzamer is geworden. De meeste maestro’s liggen al lang en breed onder de groene zoden, waardoor de interpretatie van hun werken een kwestie van historisch onderzoek en traditie is geworden. Zo hoort Bach te klinken, zo speel je Mozart.
Ze bestaan echter nog wel, componisten. Ze staan niet meer in het middelpunt van de muziekwereld – iets waar ze wellicht ook zelf debet aan zijn, gezien hun vaak lastige muzikale taal – maar in de marge van programmeringen zorgen ze nog altijd voor de nodige wereldpremières. Wat uitvoerende musici voor de verandering de mogelijkheid geeft om te overleggen over de noten die ze te zingen en te spelen krijgen.
Helena Rasker is een zangeres die met regelmaat in zulke wereldpremières glanst. Ze werkte de afgelopen jaren met componisten als George Benjamin, Roderik de Man, Robin de Raaff, Michel van der Aa, Peter-Jan Wagemans en Robert Zuidam en zingt nu voor het eerst in een werk van de Oostenrijkse componist Georg Friedrich Haas.
Rasker houdt ervan, van dat directe contact met het brein achter de muziek. In het geval van Morgen und Abend heeft ze al in een vroeg stadium veelvuldig mailcontact met Haas gehad. “We hadden het vooral over de fysiologische eigenschappen van mijn stem. Waar mijn stemovergangen zitten, welke noot ik niet eindeloos kan aanhouden; dat soort dingen. Zo kon hij zich een beeld vormen van mijn instrument.”
Het resultaat was een gloednieuwe operarol, die geheel op haar stem geschreven is. Een uitdagend en ook bevrijdend iets, vindt de alt. “Je zingt zonder voorbeeld. Er is geen vergelijking met voorgangers mogelijk. Dat vind ik uitdagend. Ik duik graag als een soort detective in een nieuwe partituur, zonder de last van een traditie.”
Het leven loslaten
Morgen und Abend is gebaseerd op een roman van de Noorse schrijver Jon Fosse, die zijn boek zelf omwerkte tot een libretto, dat vervolgens in het Duits vertaald werd. “Ik had nooit van Fosse gehoord en zijn boeken zijn in Nederland moeilijk te krijgen. Maar hij is een geweldige schrijver”, vertelt Rasker.
Het verhaal gaat over het leven van de visser Johannes. Het eerste deel, ‘Morgen’, draait om zijn geboorte. Dat deel wordt gedragen door acteur Klaus Maria Brandauer, die de gesproken rol van Johannes’ vader Olai vertolkt. Het stuk gaat vervolgens naadloos over in het tweede deel, ‘Abend’, waarin Johannes sterft. “Maar hij heeft zelf niet door dat hij gestorven is”, zegt Rasker. “Hij wil het leven niet loslaten.”
Het deel ‘Abend’ is vormgegeven als een soort tussenwereld, waarbij regisseur Graham Vick alles een grijstint heeft gegeven. Johannes maakt een aangrijpende strijd door rond het afscheid van het leven, met aan de ene kant zijn nog levende dochter Signe en aan de andere kant zijn al overleden vrouw Erna en vriend Peter.
Rasker zingt de rol van Erna. “Telkens als Johannes zich mij herinnert, materialiseer ik als het ware. Maar ik ben ook constant op de achtergrond aanwezig. Zoals dierbare mensen die overleden zijn altijd in gedachten bij je kunnen zijn.”
De thematiek van het loslaten van het leven heeft de cast niet koud gelaten, vertelt Rasker. “We hebben tijdens de repetities alle hoeken van onze ziel gezien. De strijd die Johannes doormaakt, is erg aangrijpend. Het gaat ook door je eigen ziel. We zaten tijdens repetities soms echt te snikken, of stonden elkaar na afloop huilend te omarmen in de kantine… Gelukkig viel er met Graham Vick ook heel veel te lachen. Dat hadden we wel nodig.”
Bibberend op je stoeltje
Helena Rasker spreekt in superlatieven over de muziek van Georg Friedrich Haas. Al was het bepaald niet makkelijk om haar partij ingestudeerd te krijgen.
Haar voorbereiding begon met het lezen van Fosses boek. “Zo kreeg ik een idee hoe groot mijn rol zou worden en hoeveel tijd ik nodig had om het in te studeren.” Nadat ze de Royal Opera haar ja had gegeven, was het wachten op de eerste noten. “Eerst kreeg ik alleen mijn zanglijn. Die was heel goed; alles kon ik zingen. Je maakt ook weleens mee dat componisten dingen schrijven die echt niet mogelijk zijn.”
Het duurde vervolgens nog een flinke tijd voordat de orkestratie af was, al was Haas sneller dan veel andere componisten waar Rasker mee heeft samengewerkt. “Op een gegeven moment ken je je pappenheimers. Je weet: die is te laat klaar, die haalt het helemaal niet… Maar Haas was relatief snel.”
Het orkest van het Royal Opera House speelde de muziek in de zomer al een keer helemaal door en liet daar een opname van maken. Dat was een meer dan welkome houvast voor Rasker bij het instuderen. Wat onverlet liet dat de eerste repetitie begin oktober erg spannend was. “Maar we zaten allemaal in hetzelfde schuitje. Iedereen zat bibberend op zijn stoeltje. Zelfs de componist wist niet hoe het zou gaan klinken.”
Rasker omschrijft de muziek van Haas als een ‘psychedelisch geheel’. “Het brengt je in een soort zweeftoestand. Het is een geniaal universum in zichzelf. Dat is zo knap: je denkt dat alles al geklonken heeft, en toch weet hij zoiets unieks te creëren. Michel van der Aa is ook zo’n componist. Zijn muziek herken je direct.”
Haas gebruikt veel glissandi en veel microtonen: kleinere toonafstanden dan de gebruikelijke hele en halve toonafstanden. Rasker: “Tussen de tonen die we meestal horen, zitten heel veel frequenties die we niet gebruiken. Haas gebruikt ze wel. En het werkt! Het is echt spectaculair.”
Omdat het Royal Opera-orkest niet zo veel voorbereidingstijd had, moest Haas zijn gebruik van microtonen beperken. Maar sopraan Sarah Wegener, die vaker werk van hem zong, krijgt er heel wat op haar bordje en ook Rasker moet er een paar zingen. “Dat gaat wel richting de grens van wat mogelijk is. Ik heb geen absoluut gehoor, dus je moet echt gaan zitten rekenen en houvast zoeken bij bepaalde instrumenten.”
Met hart en ziel
Op vrijdag 13 november is het zover en zal Rasker haar rol van Erna dopen in de grote zaal van het Royal Opera House. Dat is ook het moment dat zij als zangeres het meeste kan bijdragen aan de creatie van dit nieuwe werk, vindt ze. “Wat aan een papier met zwarte puntjes ontbreekt, is een ziel. Ik kan mijn ziel toevoegen aan een nieuwe rol. Dat is wat iedere partij – ook bestaande partijen – uniek maakt: dat je jezelf eraan verbindt en dat je jezelf probeert over te brengen. Ik ben de mens waar het doorheen moet komen.”
“Moderne muziek is vaak heel moeilijk om technisch in je hoofd en je lichaam te krijgen, maar je moet voorbij dat punt zien te raken”, vervolgt Rasker. “Je partij moet er organisch, geheel natuurlijk uitkomen. Dat is een kwestie van herhalen, herhalen, herhalen. Het moet deel van jezelf worden. Dát is mijn toevoeging aan een nieuw werk. En dan kan het gebeuren dat een componist verbaasd is wat hij zelf opgeschreven heeft…”
Morgen und Abend is van 13 tot en met 28 november vijf keer te zien in Londen. In april en mei 2016 wordt dezelfde productie vier keer opgevoerd bij de Deutsche Oper Berlin, met wederom Helena Rasker in de cast. Zie voor meer informatie de websites van het Royal Opera House en de Deutsche Oper Berlin.
Hieronder een voorproefje van het werk van Haas:
1 Reactie
Heel veel succes in Londen, Helena!