AchtergrondBuitenland

Zes herinneringen aan Harnoncourt

Nikolaus Harnoncourt kondigde zaterdag 5 december aan dat hij een punt achter zijn carrière zet. De 86-jarige dirigent speelde een sleutelrol op het gebied van de historische uitvoeringspraktijk. Een herinnering aan zijn imposante loopbaan aan de hand van zes videoclips.

Nikolaus Harnoncourt (© Marco Borggreve).
Nikolaus Harnoncourt (© Marco Borggreve).

Met een handgeschreven briefje aan het publiek in de Wiener Musikverein, waar hij dit weekend een Bach-programma zou dirigeren, kondigde Nikolaus Harnoncourt het einde van zijn carrière aan. “Mijn lichamelijke krachten dwingen me tot het afzeggen van mijn verdere plannen”, schreef hij.

Harnoncourt (geboren in Berlijn, opgegroeid in Oostenrijk) begon zijn muziekcarrière als cellist bij de Wiener Philharmoniker, waar hij van 1952 tot 1969 actief was. Geniet hieronder van zijn versie van Bachs eerste cellosuite:

Al in de jaren vijftig richtte Harnoncourt een ensemble op (Concentus Musicus Wien) dat op periode-instrumenten speelde en zich richtte op de historische uitvoeringspraktijk. Daarmee was hij een pionier. Hij baande wegen die nu door vele dirigenten en musici bewandeld worden.

Hieronder een concert van Concentus Musicus Wien, met op het programma drie symfonieën van Mozart:

https://www.youtube.com/watch?v=BvVvVwkaVHw

In 1970 maakte Harnoncourt zijn officiële debuut als dirigent, in een productie van Il ritorno d’Ulisse in patria bij de Scala in Milaan.

Hieronder een andere Monteverdi-titel onder Harnoncourts directie: L’Orfeo, geënsceneerd door Jean-Pierre Ponnelle in 1978.

Harnoncourt nam gedurende zijn carrière een breed repertoire onder handen, van de meesters van de barok tot de klassieken, de romantiek en zelfs de Weense operette. Hieronder een korte clip bij een repetitie voor Die Fledermaus:

Harnoncourt dirigeerde vele opera’s, maar ook een groot aantal symfonieën en andere instrumentale werken. In Nederland was hij al sinds 1975 regelmatig te gast bij het Koninklijk Concertgebouworkest, dat hem in 2000 benoemde tot honorair gastdirigent.

Harnoncourt nam op hoge leeftijd bepaald geen gas terug. Hij bleef concerten geven en opnames maken. Ook nu had hij nog veel optredens gepland, wat zijn afscheid extra onverwacht maakte.

Vorig jaar sprak de Oostenrijkse tv-zender ORF met Harnoncourt ter gelegenheid van zijn 85e verjaardag. Hieronder het interview:

Ter afsluiting een inkijkje in Harnoncourts werkwijze. Hij is hieronder te zien in een repetitie van Haydn-aria’s, samen met mezzosopraan Cecilia Bartoli:

Lees meer over Nikolaus Harnoncourt op zijn officiële website.

Vorig artikel

Bartoli en Villazón in het Concertgebouw

Volgend artikel

Cité de l’Opera: Jeroen, Anna en Anne

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

7Reacties

  1. John de Jong
    8 december 2015 at 14:04

    Mooi dat u aandacht besteed aan deze fantastische man. Wat heeft hij, ook in Nederland, veel moois gebracht.

    Wat ik node mis in uw overzicht zijn de drie prachtige da Ponte-opera’s die hij in Amsterdam dirigeerde met het Concertgebouworkest in de bak (met schitterende rollen van onder andere Charlotte Margiono). Kort daarvoor had hij ook Die Fledermaus in Amsterdam gedirigeerd. En als het om vocale muziek gaat, mag zijn baanbrekende bijdrage aan de Amsterdamse passietraditie vanaf midden jaren ’70 niet ongenoemd blijven. Moeilijk te overschatten. Gelukkig heeft hij veel cd’s opgenomen en zijn er ook nog heel veel radio-opnames.

  2. kersten
    8 december 2015 at 21:22

    Ja, @John de Jong, die Amsterdamse Da Ponte-opera`s zijn ook voor mij onvergetelijk. Als Mozartopera-gek had ik indertijd natuurlijk zijn CD-opname van Idomeneo gekocht maar zag er nog niet het revolutionaire van in. Vond het eigenlijk maar wat lawaaierig en met vreemde accenten. Wel vond ik zijn felle recitatieven ongekend spannend. Als eerste was in Amsterdam Don Giovanni aan de beurt, 1988. Ik was dus nogal vooringenomen maar al bij de eerste maat, een ultra-korte knal, van de ouverture, was ik óm: met één slag werd Harnoncourts visie op Don Giovanni duidelijk.
    Dogmatisme was hem vreemd: `Wat ik vandaag zó doe, kan ik morgen wel heel anders doen`. Het lijkt wel een necrologie aan het worden! Ik hoop dat hem nog heel wat goede jaren vergund zijn. En wat zijn tergend trage tempi van de zo wervelende finale van de tweede akte van Le Nozze di Figaro – de laatste van deze Da Ponte-cyclus, 1993, betreft: die heb ik hem inmiddels al lang met liefde vergeven.

  3. Marcel Schouten
    8 december 2015 at 23:04

    Leuk! Fijn ook voor Gardiner dat Harnoncourt er is geweest, wie had hij anders moeten kopiëren…..

    Ik heb hem gezien toen ik pas net studeerde, ik denk eind jaren negentig: in de tweede maat van het werk maat tikte hij af, mopperde wat tegen de eerste cellist, en daarna begon hij opnieuw. Ik denk dat het Brahms is geweest. De man maakte vee indruk. Ik vond het zo sneu voor de cellist, maar die gaf geen krimp :).

  4. Maarten-Jan Dongelmans
    8 december 2015 at 23:44

    Nou, nou, wat een sneer. Gardiner is allesbehalve een Harnoncourt-kloon.

  5. Marcel Schouten
    9 december 2015 at 00:03

    Laat je goede moed niet bederven door een opmerking met een knipoog, Maarten-Jan Dongelmans, zeker niet als die geïnspireerd is op de woorden van een beroemde collega van je. Ik zal het herformuleren op een positieve wijze: hij is een groot inspiratiebron geweest voor velen na hem.

  6. Maarten-Jan Dongelmans
    9 december 2015 at 08:49

    Kijk, dat klinkt toch heel anders Marcel.
    Het zou trouwens weleens interessant kunnen zijn kanjers als Herreweghe, Gardiner en Jacobs aan het woord te laten over de inspirerende invloed van Harnoncourt (en uiteraard Leonhardt en Brueggen, sorry: mijn mobiel pakt de Umlaut niet) op hun eigen carrière.

  7. Tom
    9 december 2015 at 11:25

    Mooi die herinneringen Jordi! Ik heb veel aan Harnoncourt gehad.