Marcon leidt vlotte Vivaldi in Matinee
Wordt het een traditie? Maestro Andrea Marcon leidde afgelopen zaterdag voor de tweede keer binnen een jaar een Vivaldi-opera in de NTR ZaterdagMatinee. Zijn lezing van Catone in Utica was energiek en verfijnd. Een groep uitstekende solisten completeerde het succes.
Het weet mensen nog steeds te verrassen: Antonio Vivaldi schreef ook opera’s. Gelukkig wordt dat deel van zijn oeuvre steeds meer aan de vergetelheid ontrukt. De NTR ZaterdagMatinee draagt zijn steentje bij. De concertserie bracht in juni 2012 de opera Farnace en volgde dat in april 2015 op met La fida ninfa.
La fida ninfa werd uitgevoerd door La Cetra, Barockorchester Basel onder leiding van Andrea Marcon, één van de meest vooraanstaande dirigenten op het gebied van Italiaanse barokmuziek. Dezelfde formatie en dezelfde maestro traden op zaterdag 6 februari aan in het Amsterdamse Concertgebouw voor Catone in Utica.
Vivaldi zette drie libretti van de beroemde Pietro Metastasio op muziek, Catone in Utica is daar één van. Het gaat over de clash tussen de Romeinse senator Cato en Julius Caesar. Cato houdt zich op in de Tunesische stad Utica, in een laatste poging uit handen van Caesar te blijven. De geheime liefde tussen zijn dochter Marzia en Caesar compliceert de situatie echter, evenals de op wraak zinnende Emilia, weduwe van de door Caesar verslagen Pompeius. Gelukkig wordt uiteindelijk ieders leven gespaard en in een kort slotkoor bezingt de cast de liefde en de vrede.
De partituur van de eerste akte is verloren gegaan. In plaats van een reconstructie bij elkaar te knippen en te plakken uit ander Vivaldi-repertoire, kiest La Cetra ervoor het eerste bedrijf te skippen en bij akte twee te beginnen. Tijdens de uit L’Olimpiade geleende sinfonia wordt kort de voorgeschiedenis geprojecteerd, waarna het verhaal in medias res begint, met het ultimatum dat Caesar aan Catone stelt. Goede zet: het brengt direct de spanning erin.
Andrea Marcon leidt het barokensemble uit Basel met een fijn gevoel voor tempo en articulatie. De klank is fris en de spanning verslapt geen moment. De eerste violen springen eruit met hun eendrachtige, organische spel; als één instrument bewegen ze zich door de partituur. Enig minpunt is het volume. Soms overschaduwen de musici de zangers.
La Cetra wordt vergezeld door een puike cast. Sopraan Anett Fritsch verrast me in de rol van Cesare met haar open geluid, spontane voordracht en expressieve versieringen. Mezzo Ann Hallenberg doet er als Emilia nog een schepje bovenop wat coloraturen betreft. Zij is goed voor het meeste vocale vuurwerk.
Roberta Invernizzi (Arbace) wordt eveneens aan veel technische uitdagingen onderworpen, maar haar kleinere volume doet haar kunsten minder goed uit de verf komen. Hetzelfde geldt voor tenor Emiliano Gonzalez Toro in de rol van Catone. Beleving heeft hij genoeg, maar zijn zang komt vaak te mager over. Althans, op het balkon.
Aan volume geen gebrek bij mezzosopraan Francesca Ascioti als Marzia. Indrukwekkend is haar diepe geluid, vaak dominanter dan dat van de machthebbers Cesare en Catone. Carlos Mena laat als Fulvio zijn krachtige countertenor schitteren en completeert daarmee de cast.
Meer nog dan de andere Vivaldi-opera’s waarmee ik tot nu toe kon kennismaken wist Catone in Utica me van begin tot eind te boeien. Een sprankelende ZaterdagMatinee. In 2017 een volgende Vivaldi onder Andrea Marcon?