Operarecensie

Operadagen: Salome tussen de schuifdeuren

Tijdens Operadagen Rotterdam is tweemaal een bewerking van Salome van Strauss te zien. Het stuk wordt gebracht als een act in een Berlijnse nachtclub met een hint naar David Lynch, zo wil het programmaboekje. De werkelijkheid is anders, zo bleek woensdagavond. Meer dan een aardige Salome tussen de schuifdeuren werd het niet.

Scène uit Salome van Christian Garcia-Gaucher. (© Operadagen Rotterdam)
Scène uit Salome van Christian Garcia-Gaucher. (© Operadagen Rotterdam)

Met trefwoorden als Strauss, Salome, Berlijn en Lynch was de Zwitserse componist en regisseur Christian Garcia-Gaucher er gemakkelijk in geslaagd om mijn belangstelling te wekken. Maar Strauss bleek direct al af te vallen. En de rommelige theaterruimte met slechts een paar stoelen – het publiek mocht blijven staan of op de grond zitten – en een klein huiskamerachtig podium, had beslist niet de uitstraling van een nachtclub. Zeker niet eentje waar je Ute Lemper in zou willen laten optreden. Wat overbleef, was het verhaal van Salome en een vleugje Twin Peaks.

Het verhaal van Salome is afkomstig uit de Bijbel en is door Oscar Wilde gebruikt als materiaal voor een eenakter. Als je de muziek van Strauss weglaat, blijft dus een bewerking van het stuk van Wilde over. Evelinn Trouble en Sébastien Grosset schreven nerveuze teksten in het Engels en Frans, waarin de fatale ontmoeting van Salome met de profeet Jochanaan wordt gesuggereerd.

Onder onopvallende begeleiding van elektronische muziek (‘Twin Peaks’) begint een vrouw van achter een kamerscherm te praten en komt na verloop van een paar minuten op. Ze spreekt over iets dat al is gebeurd: “I remember Herodes looking at me, I remember my mother saying: ‘stop looking at her like that’, I remember Jochanaans body, it was disappointing.” En zo gaat dat een klein kwartiertje door, waarbij het spreken geleidelijk overgaat in zing-zeggen.

Salome is wit geschminkt en heeft grote, rode ringen om haar ogen. Haar asblonde haar is geheel in de war, haar witte jurk bevlekt met bloed. Het drama heeft zich al voltrokken: Jochanaan is onthoofd, Salome heeft zijn mond gekust. De schokkerige belichting, waarbij veelal slechts een klein vlak van Salomes lichaam wordt uitgelicht, verhoogt de onwezenlijke sfeer.

Dan trekt ze zich terug en gaat iemand achter een gereedstaande piano zitten. Het is de componist zelf, die later ook de rol van Jochanaan op zich neemt. We gaan nu naar de beloofde nachtclubsfeer. Salome komt na enige tijd van achter een scherm vandaan en mompelt ondeugend: “Thank you for waiting.” Ze is gekleed in een zwarte jurk met split en heeft haar hoofd getooid met struisvogelveren. Nu volgt Salomes song, zegt ze.

Het gaat verder in het Frans. Flarden Gréco, Barbara, Piaf en andere stijliconen van het Franse chanson passeren de revue. Opnieuw worden gebeurtenissen rond de gedoemde profeet naverteld. De componist begeleidt haar op de piano. De solo gaat na enige tijd over in een duet als de componist van zijn kruk komt en, inmiddels geschminkt als een asgrauwe profeet, wat tegen Salome begint te mompelen. We horen teksten als “va t’en” en “fille de Sodom”.

Jochanaan kruipt weer achter de piano, Salome blijft stokstijf stil op het toneel staan. De elektronische muziek zwelt aan, waarbij een sfeer van destructie wordt opgeroepen. De pianist speelt monotone akkoorden bij wijze van live muziek. Na ongeveer tien minuten stopt het geluid abrupt en wordt het donker.

Na weer een verkleedpartij keert Salome terug op het toneeltje, ditmaal met een platte metalen schaal in haar armen geklemd. Ze kijkt verdwaasd naar het publiek, een beetje gegeneerd, zo lijkt het. Ze is opnieuw gekleed in de witte jurk met de bloedvlekken. Gezeten aan een tafeltje speelt ze een klein stukje muziek op een oude platenspeler. We horen een flard van een historische opname van Strauss’ Salome, opdat we vooral niet over het hoofd zien dat wat we beleefd hebben “een radicale bewerking” van deze opera is. Het licht gaat uit, einde voorstelling.

De uit Albanië afkomstige mezzo Ana Naqe wist goed raad met de Engelse en Franse teksten. Ze is een performer van wereldklasse. Opvallend ook hoe ze haar geschoolde operastem kon verruilen voor die van een chansonnière. Pas toen ik haar op internet natrok, kwam ik tot de ontdekking met een heuse operazangeres van doen te hebben.

Zie voor een proeve van bekwaamheid op dit gebied:

Ana Naqe was het enige muzikale lichtpunt in deze bewerking van Oscar Wildes Salome. De rest had naar mijn smaak veel te weinig om het lijf. Dat de voorstelling winnaar is geweest van de Music Theatre NOW Competition zal vooral te maken hebben met het op zich wel originele concept.

Vorig artikel

World Opera Lab brengt Majnun & Leyla

Volgend artikel

Opera meets Jazz opent ZeelandJazz

De auteur

Peter Franken

Peter Franken