Manon Lescaut als Fellini-opera bij DNO
In de regie van Andrea Breth bij De Nationale Opera blikt Manon Lescaut terug op haar leven. Een hallucinerende toestand in een gestileerde enscenering, met Fellini-achtige taferelen, geïnspireerd op de film Casanova. De solisten, onder wie sopraan Eva-Maria Westbroek in de titelrol, spannen zich behoorlijk in.
Andrea Breth is omstreden in haar regiekeuzes. Voor haar Macbeth bij De Nationale Opera (2015) kreeg ze bij de première boegeroep over zich heen en dat was nu ook het geval bij deze Manon Lescaut. Zo’n reactie is altijd kinderachtig, maar ervan opkijken deed ik niet. Breth zet een overgestileerde enscenering voorop, waardoor je meer oog krijgt voor wat er te zien is en minder oor krijgt voor de muzikale emoties. Het melodramatische aspect wordt eigenlijk terzijde geschoven, wat in deze productie overigens niets afdeed aan de zang- en muziekkwaliteiten van de uitvoerenden.
Breths regie van Manon Lescaut is postmodernistisch. Ze maakt gebruik van aspecten uit het surrealistische filmverhaal Casanova van Frederico Fellini. Hierin keert Casonova in een droom terug naar belangrijke gebeurtenissen in zijn leven.
Fellini zet de beroemde, historische figuur haast neer als een idioot die slaaf is van zijn eigen wellust. Dat gaat niet op bij Manon. Zij is een wispelturige jonge vrouw, die in Amiens verliefd wordt op de arme student Des Grieux. Haar broer ziet haar liever trouwen met de oude, rijke Geronte di Ravoir. Manon gaat in eerste instantie met Des Grieux aan de haal, maar kiest later alsnog voor het grote huis en de juwelen van de oude man.
In Parijs verveelt Manon zich en als haar jonge minnaar terugkomt, betuigt ze hem haar liefde. Geronte di Ravoir pikt dat niet en laat haar op verdenking van diefstal van haar eigen juwelen arresteren. Als straf wordt Manon in Le Havre op een schip naar Amerika gezet. Des Grieux wil haar niet verliezen en gaat met haar mee. In Amerika ontsnappen ze uit de gevangenis, om uiteindelijk samen te sterven in de woestijn.
In het eerste bedrijf zie je het koor staan in intrigerende poses, gekleed in het zwart, met driepuntige hoeden en maskers op. Een verteller (student Edmondo) leidt het verhaal in. De belangrijkste personages worden geïntroduceerd. Manon (sopraan Eva-Maria Westbroek) ligt rechts van het podium samen met Des Grieux (tenor Stefano La Colla) op de vloer. De broer van Manon (bariton Thomas Oliemans) ziet er met zijn geplakte haar haast zwakbegaafd uit. Geronte di Ravoir (bas Alain Coulombe) moet het hebben van zijn hoge, grijze kapsel.
Dan duiken nog meer Fellini-achtige figuren op. Er loopt een non rond met een enorme kap en een lilliputter met een hoorn. Een Mefisto-achtig figuur met een kleurrijk kostuum rent achter het evenbeeld van Manon aan en gebruikt haar als speelpop.
Dan komen Manon en Des Grieux tot leven. In hun liefdesduet ‘Vedete? lo son fedele alla parola mia’ maken ze amper contact met elkaar. Een fascinerend dromerig schouwspel, maar tegelijk een verwarrend begin van een melodrama.
Nog meer Fellini-achtige symbolische verwijzingen zie je in het tweede bedrijf. In een immense, witte, kale kamer volgt wederom een parade van figuren, met een narcistische, nichterige dansleraar en een ensemble van als bisschoppen verklede zangers, die om Manon heen dansen. Eén van hen houdt een taart van macarons vast. Het liefdespaar zingt het mooie duet ‘Vieni! Colle tue braccia stringi Manon che t’ama’. Je hoort en ziet ze zingen, maar het is stuntelig geënsceneerd. Een gevoel van liefdevolle overgave straalt het niet uit.
Een bijzonder en goed gevonden Fellini-citaat verschijnt in het derde bedrijf. Een immense container stelt het schip voor. Daarin zit een spelende cellist; een personage weggelopen uit La Strada.
Hoewel het liefdespaar op het eind wel een eenheid vormt, elkaar liefkozend, leidt het woestijndecor (een bobbelig tapijt in een parkeergarage) mij behoorlijk af. Zelfs Fellini had dit niet mooi gevonden.
Het Nederlands Philharmonisch Orkest speelt onder leiding van Alexander Joel grotendeels voorbeeldig virtuoos, maar een enkele maal behoorlijk onevenwichtig. Vooral in het begin ligt het tempo te hoog. En soms speelt het orkest zo luid dat zelfs Westbroek er met haar volle stemgeluid nauwelijks overheen komt. Ook in haar doodstrijdaria zijn er plompe orkestklanken te horen.
Van het grappige spel van Thomas Oliemans als neurotische broer en het kinderlijke gedrag van Westbroek is volop te genieten. Enige malen klinkt bij de sopraan iets te veel vibrato in haar stem, maar dat wijt ik volledig aan het niet emotievol mogen zingen in de hallucinerende scènes.
Stefano La Colla heeft met zijn fraaie, hoge tenorstem wat moeite in de eerste akte om zijn toon te houden. Het is ook een moeilijke partij. Maar met zijn vlakke uitstraling past hij als ‘droomfiguur’ goed in deze bonte, Fellini-achtige opera.
Manon Lescaut is nog tot en met 31 oktober te zien in Nationale Opera & Ballet in Amsterdam. Zie voor meer informatie de website van De Nationale Opera.
89Reacties
BOE!
Mevrouw Breth verklaarde in de NRC dat zij “helemaal niet dacht aan het publiek”. (Aan Puccini ook niet, maar dat ter zijde.) En dan zou boe roepen door het publiek “kinderachtig” zijn? Ik zie dat helemaal niet in. Mevrouw Breth mag zich dan niets van het publiek aantrekken, boegeroep lijkt mij een doeltreffende methode om te laten merken dat het publiek zich wél iets van haar aantrekt.
http://operagazet.be/recensies/recensies-20162017/nl/amsterdam-manon-lescaut/
Weet u wat ik kinderachtig vind? Fellini (citaten) in een opera verstoppen. U bent waarschijnlijk de enige die dat ontdekt heeft. Bravo!
Mevrouw Breth mag nog blij zijn dat ze er met boegeroep vanaf komt. Voor dit soort regisseurs, die onze mooie opera verknallen, zou de actie “tomaat” herhaald moeten worden. Met pek en veren het theater uit.
Bij een Tomaat-actie tegen de Andrea Breth-achtigen sta ik voorop. Het is de taak van een recensent om deze pseudo-intellectuele poppenkast te doorzien.
Keegel maakt er in Opera Gazet terecht gehakt van.
Wat ik in alle commentaren (behalve operagazet) mis is het verplaatsen van het intermezzo van voor de 3e naar tussen de 3e en de 4e akte. Het moest weer zo nodig.
In de inleiding werd uitgelegd dat dit komt omdat in de muziek ‘Amerikaanse sfeer’ of zoiets klinkt. Dat geloof ik graag, maar wellicht wist Puccini toch wel wat ie deed. Het is, meen ik, al de 3e keer dat het gebeurt (Vespri Siciliani en Guillaume Tell dacht ik).
Tevens werd in de inleiding de fascinatie met ‘Casanova’ uit de doeken gedaan. Prachtige film, maar wat dan nog ?
Waar ik echt van schrik is wat Olivier zegt over “helemaal niet dacht aan het publiek”. Nee, dat mag wel betalen en voor de rest mond dicht zeker.
BOE !
Een speciale pluim voor Eva Maria Westbroek , die , ondanks haar afzichtelijke uitdossing en onzin om haar heen ,toch wist te schitteren en te emotioneren !!!!!! Chapeau !
Het getuigt van arrogantie van DNO tegenover haar publiek om dat mens van Breth na de volslagen oninteressante Speler en de afgrijselijke Macbeth terug te halen, om wederom haar zieke regisseurskunstjes te vertonen.
De mooie prestaties van Eva-Maria Westbroek, Stefano La Colla en Thomas Oliemans, die overigens op aanwijzing van mevrouw Breth de hele avond in het rechter hoekje van het 22 meter brede toneel vertoeven, redden deze voorstelling gelukkig muzikaal.
Tijd voor een ander geluid 🙂
https://www.cultureelpersbureau.nl/2016/10/koele-manon-lescaut-nationale-opera/
Joyce Roodnat geeft vandaag in het Cultureel Supplement van NRC HANDELSBLAD een interessant commentaar op de productie van Manon Lescaut. Volgens Roodnat heeft Andrea Breth grote moeite met de parodox waar Manon voor staat: Klaterend opportunisme of volg-je-hart liefde. Breth heeft die in deze regie opgerold en dichtgevouwen net zoals gebeurd is met het schilderij Bosschbrand van Raden Saleh uit de nalatenschap van wijlen Koningin Juliana waar op het ogenbklik zoveel over te doen is. Om Roodnat verder te citeren: Maar Breth heeft geen verweer tegen de kracht van de opera. Die siddert, maar laat zich er niet onder krijgen. Eva-Maria Westbroek vertolkt Manon.Ze acteert haar gedempt en anti-larmoyant-geheel volgens Breths regie. Maar ze is een sopraan als een vulkaan, daar is niets aan te doen. Als ze met die stem van haar Manon zingt, duikt ogenblikkelijk de levenskunst op die Puccini componeerde. Het resultaat? ovatie,ovatie,ovatie.
Het is ook DNO dat er een neusje voor heeft om de verkeerde werken aan de verkeerde regisseurs (en de verkeerde rollen aan de verkeerde zangers) te koppelen. Dat gaat in Brussel en Antwerpen heel veel beter. De Brusselse Jacob Lenz van mevrouw Breth vond ik bijvoorbeeld zeer geslaagd. Laat haar toch wat moeilijk conceptueel Duits werk regisseren en met haar vingers van de klassieke Italianen afblijven. Christoph Loy kan ook prima Strauss doen (en Haendel?) maar met Verdi ging het mis. Konwitschny is wat mij betreft een van de weinige Duitse regietheater regisseurs die succesvol taal- en cultuuroverschrijdend kan werken (la juive, don Carlo, don Giovanni).
Nou, zo aan de ”ik vind dat” reacties/opmerkingen te lezen was het weer een gezellig avondje genieten,het kost een paar centen maar dan heb je ook wat….(of toch niet)? Een dirigent die goed naar de zangers kan luisteren, zich dienstbaar daaraan opstelt en het volume van de begeleiding daarop afstemt is vrij zeldzaam aan het worden…
Nog een recensie.
http://operanederland.nl/2016/10/11/recensie-puccini-manon-lescaut/
Ik vond Westbroek tegenvallen. Weinig subtiel en zwak acteerwerk. Het liet me allemaal tamelijk koud.
Ik heb erg genoten van de decors en de kostuums.
Overigens: al die mensen die roepen dat DNO Breth niet had moeten terugvragen na Macbeth – die ook niet zo slecht was, als sommigen willen doen geloven: de contracten voor Manon Lescaut waren toen allang getekend. Die afspraken worden jaren van tevoren gemaakt. Waarschijnlijk zijn met Breth direct minstens drie opera’s afgesproken. Hoewel niet alles zo dramatisch slecht was, vind ik vooral het gebrek aan affiniteit met de muziek problematisch. Laat ze dus maar niet meer terugkomen.
Verder ben ik erg blij voor de boeroepers dat ze lekker hebben kunnen roepen. Dat luchtte vast op.
Gisterenavond de tweede uitvoering van Manon Lescaut bijgewoond. Inderdaad een duur avondje: kaartje 148 euro + koffie + pauzedrankje en iets te eten maar dan heb je ook wat of toch niet? De perverse regie zat de muziek danig in de weg. Je vraagt je af of deze regisseuse wel van opera houdt. Ze doet alles om de muziek en de zangers te ondermijnen. Ze laat zangers houdingen aannemen waarin het moeilijk zingen is: zittend, gedraaid zittend, liggend.Er gebeurt verder weinig behalve wat malle fratsen die ontleent zijn aan de modeshow van religieuze gewaden uit Fellini’s Roma.Ik zat steeds te denken dat ze de opera net zo goed concertant hadden kunnen uitvoeren zo statisch was het.De laatste twee aktes vielen mee. Gelukkig had de decorontwerper de instructie gekregen achterwanden en zijwanden te gebruiken zodat het geluid in ieder geval de zaal in kwam.Muzikaal viel er veel te genieten alhoewel het zelden vervoerend werd.Eva-Maria Westbroek heeft haar grote stem met het karakteristieke timbre wat minder goed in bedwang maar haar totale inzet in deze slechte omstandigheden zijn bewonderenswaardig. De Des Grieux van Stefano La Colla is zeer krachtig en wat ongenuanceerd maar de partij is ook moordend. Thomas Oliemans zong Lescaut overtuigend maar moest zich van de regisseuse behoorlijk mallotig gedragen. Het orkest speelde goed ondanks de inflexible tempi van Alexander Joel.Het koor in de eerste akte was opvallend ongelijk.
De Süddeutsche Zeitung is enthousiast!
“Männer dürfen alles – und Frauen schickt man in die Wüste: Andrea Breth zeigt in Amsterdam mit Puccinis Manon Lescaut, dass sie derzeit die beste Opernregisseurin ist.”
“Breth setzt auf Auslassungen und verweigert sich einer all(ge)fälligen Aktualisierung. Sie arbeitet im weißen und kalten Bühnenbildraum Martin Zehetgrubers nur mit Abstraktionen und Andeutungen. Und erzielt so keinen unmittelbaren Aha-Effekt, sondern eine untergründige Nachwirkung, die auch die Übermacht der Musikemotionen zunehmend hinterfragt und relativiert.”
“Manon dagegen steht zu ihren Obsessionen. Eva-Maria Westbroek zeigt in ihrem Spiel und mit ihrer gewaltigen, alles Sentimentale verschmähenden Stimme denn auch ein junges, starkes und weltoffenes Mädchen.”
“Stefano La Colla singt mit der sehnsüchtigen Tongebung und mit der hemmungslosen Leidenschaft des typischen, fast schon ausgestorben geglaubten italienischen Heldentenors, der selbst das dichteste Orchestergewimmel tonschön durchdringt.”
“Joel vollzieht elegant und filigran die Genre- und Volksszenen, kümmert sich liebevoll um die von dem überaus elegant singenden und spielenden Geronte (Alain Coulombe) betriebene Beschwörung der Vergangenheit. Aber sobald Liebesgefühle ins Spiel kommen, kennt Joel kein Halten mehr. Dann schwelgt er in ganz großen Klangkaskaden, dann versucht der dem Orchester entströmende Klang, das ganze Haus durch Kraft und Schönheit und Lautstärke zu überrumpeln. Gott sei Dank hat Joel mit Westbroek und La Colla Partner, die durch solche Eruptionen nicht unterzukriegen sind.”
Mevrouw Derks vindt het “tijd voor een ander geluid” – helaas bedoelt zij daar haar eigen geluid mee, dat dermate wezensvreemd is, en weer vol zit met de voor haar traditionele zure en ondeskundige opmerkingen over zangers, dat we het eigenlijk niet serieus kunnen nemen. Dat mevrouw niet is opgevallen dat Puccini’s Intermezzo door de horrorclown Breth VERPLAATST is, zegt genoeg over de deskundigheid van mevouw.
— Joyce Roodnat schrijft, kort samengevat, dat Westbroek een grote in operaland is en Breth een onmachtige dwerg. Dat wisten we al.
— Mark Jans opmerkingen rek ik nog wat uit: laat Breth bij het toneel blijven. Haar opera’s zijn een ramp. Mark-Jan, heb je het fijnzinnige “taal- en cultuuroverschrijdend werk” van Konwitschny in “Salome” gezien? 🙂
— @Jan de Jong: als DNO op bevel van Breth contracten met sopranen kan verbreken (Macbeth), dan kan Breth ook afgeserveerd worden; beter een afkoopsom dan een nieuw misbaksel op de Bühne; zoals Opera Nederland zegt: “Alleen in de kunst en bij DNO is het mogelijk dat een dysfunctionerende employé na zoveel mislukte pogingen opnieuw werk krijgt.”
— @Rudolph: “Je vraagt je af of deze regisseuse wel van opera houdt.” antwoord: NOT. Je mag van haar ook niet van opera spreken, maar het moet “muziektheater” zijn.
— @Leen: de waanzin beperkt zich in Duitsland niet tot het regietheater. Probeer, bijvoorbeeld op Opera Critic, maar eens een slechte recensie te vinden over een “moderne” productie van een Duitse regisseur. “Andrea Breth zeigt in Amsterdam mit Puccinis Manon Lescaut, dass sie derzeit die beste Opernregisseurin ist.” Homerisch gelach stijgt op….
Ik ben het, zoals vaker, met Opera Gazet eens: “”Westbroek redt bloedeloze Manon Lescaut
In grote lijnen is men het in de serieuze pers er wel over eens dat de regie weer een mislukking was. Wat mij wel verbaast is de totaal verschillende beoordeling van tenor Stefano La Colla.
Ik ben het met Opera Gazet eens: “Westbroek redt bloedeloze Manon Lescaut”. En eens met Hans Verseveld: “Het getuigt van arrogantie van DNO tegenover haar publiek om dat mens van Breth na de volslagen oninteressante Speler en de afgrijselijke Macbeth terug te halen, om wederom haar zieke regisseurskunstjes te vertonen”.
“Traditionele zure opmerkingen” ? Nou nou, de potten verwijten toch wel echt de ketels. Ik dacht dat er in deze zee van zuurte toch nog wel plaats is voor die van mv Derks (die trouwens nog de minst zure van allen is)…
“En wezensvreemd (?)” en “ondeskundig”? Ja, da’s waar ook, deze blog is enkel voor deskundigen! Ben ik blij dat ik me hier al lang niet meer in meng! (behalve nu even dan)
@Richard: dank je voor het exact verwoorden van mijn gedachten na het lezen van de review van Derks. Wat ook opvalt in haar recensie is dat ze haar eigen betoog in de conlusie ontkracht. Als er een opera van Puccini is die het in het einde moet hebben van pure vocale power, dan is het Manon Lescaut. Maar daarvoor geen aandacht. Inderdaad dus ook geen aandacht voor het verplaatsen van het intermezzo (prachtig gespeeld!) naar bedrijf 4: waarom ??? Totale verkrachting van Puccini’s idee, maar ja hij was natuurlijk ook maar een prutser.
Het valt me ook op dat de kwaliteit van de reviews zeer wisselend is… een reviewer van de DNO Nozze di Figaro ontging het laatst dat Contessa en Susanna in bedrijf 4 van kostuum wisselen, ik bedoel maar.
Ik heb in de afgelopen 2 jaar 4 nieuwe producties (Rome, London, Munchen) van Manon Lescaut meegemaakt, dit was de 1 na slechtste, ja het kan dus nog erger. Het lijkt me inderdaad logisch dat Breth heeft getekend voor een aantal producties, en als dat aantal 3 is dan ben ik benieuwd of we haar terug zullen zien bij DNO.
Zoals alles in kunst is elke stroming een contra reactie op de huidige toestand. Dat was regie theater ooit ook, uiteindelijk zal ook hier een reactie op komen. Maar, zolang regisseurs het voor het zeggen hebben zal dit nog een tijd op zich laten wachten. Toch zie ik de eerste tekens: in Londen stapt Holten op na verschillende debacles, in Milaan ligt de gloednieuwe Traviata al op de puinhoop, terwijl de oude productie uit het archief gehaald wordt.
Ik heb genoten van de zangkunst, voornamelijk van Westbroek, zij is echt topklasse en daar mogen we trots op zijn.
Laat ik kort zijn:
BRAVO voor deze REGIE en de fenomenale cast! Topproductie!
Ja zeker BRAVO voor topcast, maar zeker niet voor de regie Vreselijk.
Laat deze Mevr. lekker in Duitsland blijven en weer toneel gaan doen van opera totaal geen verstand.
Vond Eva Maria Westbroek te groots van stem voor deze partij, maar schitterend gezongen vooral de laatste akte haar afscheid van het leven Sola Perduta Bandonata vooral het Tutto e finita zo dramatisch kippenvel denk dat er momenteel geen sopraan is die dit zo kan.
De tenor vond ik erg goed eindelijk eens een tenot die zingt en niet schreeuwt. moet alleen niet te veel dit soort partijen zingen dan is de stem gauw kapot.
Maar voorname het orkest geweldig onbegrijpelijk geen applaus na het intermezzo, wat een dirigent zeg waarom is deze nooit eerder bij de opera geweest… Heb de 2de voorstelling van donderdag j.l bijgewoond.
@Jeroen Kwee
Waarom mogen we best trots zijn op mevrouw Westbroek? Zij moet het echt zelf doen. Ik heb wel bewondering voor haar, maar waarom zou ik trots op haar zijn? Ik heb geen enkele bijdrage geleverd aan haar kwaliteiten, noch aan opvoeding of opleiding.
Zondag 16 oktober naar de matinee geweest. Stefano La Colla en Eva-Maria in glorieuze vorm. Het is me al vaker opgevallen: er wordt ’s middags gewoon nog mooier gezongen dan ’s avonds. En verder: tja, die Puccini kon natuurlijk best aardig componeren, maar zo’n intermezzo aan het begin van de 3e akte? Gelukkig hadden ze in Amsterdam in de gaten dat dat aan het begin van de 4e akte hoort :). Maar serieus: je zou willen dat ze Laurence Dale en Gary McCann eens voor een aantal producties zouden gaan inhuren. Maar misschien te provinciaals, Amsterdam?
Geachte heer De Jong, ook ik heb geen enkele bijdrage geleverd aan kwaliteiten, opvoeding of opleiding van Eva-Maria Westbroek, maar waarom zou ik dan, als Nederlandse operaliefhebber, niet trots op haar mogen zijn? Dat zij het echt allemaal zelf moet doen is trouwens ook een misvatting: zij heeft een opleiding genoten en bij mijn weten heeft zij ook nu nog een zangcoach. Ik heb ook geen enkele bijdrage geleverd aan de successen van bv. Rembrandt van Rhijn, Vincent van Gogh, Sven Kramer, Marianne Vos of, om dichter bij huis te blijven, Bernard Haitink of Cristina Deutekom en toch vervullen ook zij mij, als mede-Nederlander, met trots! Daar is m.i. echt niets mis mee.
Klopt helemaal Pieter K.
Ik was het niet van plan, vanwege mevrouw Breth. Maar ja, de muziek is prachtig en zulke goede zangers, mevrouw Westbroek en meneer La Colla voorop… Dus afgelopen zondag toch maar gegaan. Muzikaal zeer fraai, al moest men hier en daar wat op gang komen. Het wel erg schetterende koper aan het begin, in combinatie met het harde toneelbeeld, deed het ergste vrezen, maar het kwam helemaal goed.
Regie en decor lelijk en liefdeloos. Zelfs bij de gemiddelde Action wordt meer zorg en aandacht besteed aan inrichting, aankleding en verlichting.
De inleiding vooraf gaf overigens wel een aardig inkijkje in hoe er tegen deze productie is aangekeken. Puccini had zich gewoon vergist over de plaats van het intermezzo; slechte recensies waren alleen te wijten aan het feit dat de betreffende schrijvers de link met film Casanova van Fellini helemaal gemist hadden; het libretto is een samenraapsel van vier losse stukken en de gaten die aldus in het verhaal ontstaan zijn, zijn bevredigend opgelost door er een hallucinatie/droom van te maken, want dromen, die zijn ook nooit logisch.
En aldus zijn de fouten van Puccini geheel hersteld en de opera is eindelijk zoals die bedoeld had moeten zijn. Poe!
Laten we hopen dat dit het laatste is wat we ooit van mevrouw Breth zullen zien.
Door de vele negatieve reacties op de regie had ik min of meer verwacht gisteren met een soort omgekeerd LuckyTV te maken te krijgen maar dat bleek niet het geval, al had Fellini thuis mogen blijven. Als er dan toch gedroomd, gehallucineerd, geflahbackt of gepreviewd moet worden: dan liever zo fraai en interessant als hier gebeurde dan met die aangeschoten Don Giovanni op weg naar zijn hellevaart onlangs. Van gestileerde, esthetische, minimalistische toneelbeelden ben ik sowieso gecharmeerd, minder `afleidend` als zij zijn van wat voor mij het belangrijkste is: het auditieve element. En ook dit was smullen: la Westbroek in topvorm, een zeer welluidende en vuurvaste Des Grieux, een Oliemans wiens stem nog steeds groeit, en ook verder zeer goede partijen. Niet minder dan perfect was bok en bak, dat dankbaar het applaus na het intermezzo in ontvangst nam. Het mag duidelijk zijn dat de voor opera onontbeerlijke component emotie het volle pond kreeg en dat deze
oog- en oorstrelende productie mij nog heel lang bij zal blijven.
En: ik had maar weer eens ervaren dat ook wánsuccessen uit het verleden geen garantie bieden voor de toekomst!
Ik zie duidelijk de link met Fellini’s Roma maar niet met Casanova. Zie op you tube de hilarische Vatican Fashion Show uit Roma.
Toch was het echt de film Casanova die genoemd werd. Mij zegt het overigens allebei niets, Roma niet en Casanova niet. Toen deze films gemaakt werden had ik koud de kleuterschool achter de rug. Maar misschien kan DNO voortaan een mailtje rondsturen over welke films je eventueel moet bekijken voordat je naar de opera komt, zodat je de regie niet per ongeluk verwart met des Keizers nieuwe kleren.
Eye had een paar jaar geleden een enorme tentoonstelling over Fellini en daar werden op grote projectieschermen fragmenten uit zijn beroemde films getoond waaronder de bekende Vaticaanse modeshow uit Roma met hilarisch commentaar. De nonnen die daar hun extravagante religieuze kleding showen komen bijna exact overeen met de nonnen in de opera.De beeldtaal van Fellini is de afgelopen 40 jaar door veel opera en toneel regisseurs gebruikt. De Fellini films heb ik bij hun première in Nederland gezien om aan te geven dat ik niet op de kleuterschool zat.Trouwens, toen Manon Lescaut in première ging was ik nog niet geboren.
De Opera als quiz! Zie jij de symbolische verwijzingen naar de Fellini films? Ontdek ze allemaal!
Boeiend toch…
Is er ooit een bevredigend antwoord gegeven WAAROM er in een opera naar Fellini moet worden verwezen? Sterker nog waarom moet er überhaupt “verwezen” worden? Probeer met een Puccini-opera eens naar Puccini te verwijzen, en blijf met je arrogante tengels in Manon van het Intermezzo af. Overigens, mijn compliment voor meneer/mevrouw Kersten, die een “oogstrelende” productie had gezien. Bijtend sarcasme, maar dat verdient dit misbaksel van een regie ook.
Ach, ik was eigenlijk vooral geërgerd door het gemak waarmee recensenten (en bezoekers) als domoren in een hoekje werden gezet wegens niet voldoende bekend met het werk van Fellini en de wijze waarop dat in de opera zou zijn teruggekomen cq terugkwam. Waarmee het dus je eigen schuld is als je de productie niet mooi vindt. De productie is namelijk top, je hebt het alleen niet begrepen.
Ik word daar toch wat knorrig van, van zo’n houding.
Ook nu ik inmiddels wat op internet heb rondgestruind: als ik aan deze regie denk, komt vooral het woord ‘misbaksel’ boven.
Geachte Heer de Jong.
Zeker moeten we TROTS zijn op haar,maar niet allen op Eva Maria Westbroek maar op iedereen in Nederland die ons vaandel hoog houdt zoals b,v in de Sportwereld, Kunst,Medici, enz. laten we dan Trots zijn opons kleine kikkerlandje.Deze \mensen doen iets voor hun land.
Van mij mag Eva Maria Westbroek een LINTJE krijgen voor verdienste en daar ben ik dan TROTS op .Heb gezegd DANK U.
Chris
Componisten verwijzen naar andere componisten ( In Mahler 7 zit zelfs een verwijzing naar Manon Lescaut en in het laatste deel verwijzingen naar Die Meistersinger, Die Entführung en Boris Godunov). Beeldende kunstenaars verwijzen naar andere kunstenaars en regisseurs naar andere regisseurs. Het heeft inderdaad een zeker snob appeal om de verwijzingen te herkennen. Wat dat betreft spande Il Viaggio a Rheims de kroon. Wie herkende de meeste schilderijen? Toch wel het schilderij van Sir John Singer Sargent herkent van Madame X ? Het wordt dan inderdaad een soort quiz. Het wil niet altijd zeggen dat de productie er beter van wordt. Deze Manon Lescaut is daar een goed voorbeeld van.
@Chris Horsmeier,
Denkt u echt dat mevrouw Westbroek zo mooi zingt voor haar land? Ik hoop het niet voor haar. lijkt me nogal beklemmend. Ik hoop dat mevrouw Westbroek zo fraai zingt, omdat zij dit talent in haar ontdekt heeft en er plezier in heeft gevonden om dit te ontwikkelen en dat met anderen te delen.
Ik voel zeker verwantschap met haar omdat ik Nederlander ben, en blijdschap om de schoonheid die realiseert, maar trots, dat verdient zij zelf om te voelen door wat zij bereikt heeft. En haar ouders en leraren, die wezenlijk hebben bijgedragen aan wie ze nu is.
Ook bij wetenschappers en kunstenaars denk ik dat er weinigen zijn die gemotiveerd worden door het idee dat zij dit voor hun land doen. Om van sporters, en vooral voetballers, maar te zwijgen. Daar gaat het in de eerste plaats om geld. Heel veel geld.
Met veel genoegen heb ik de analyse van Paul Korenhof op OpusKlassiek gelezen. “Met Manon Lescaut gaat Breth een stapje verder. Ook hier gestuntel, op het dilettantische af, waarbij je je afvraagt of zij de tekst wel gelezen, laat staan begrepen heeft, en ook hier de suggestie van a-muzikaliteit, maar het ergste is dat het totaal de indruk wekt dat zij zich er met een jantje van leiden vanaf heeft gemaakt.”
Lees u allen verder op OpusKlassiek!
Geachte heer De Jong, bij mijn weten heeft in deze discussie niemand beweerd, dat mevrouw Westbroek of wie dan ook zich eerst en vooral inzet voor haar land. Maar is dat nodig om trots op haar te mogen zijn? Kom nou!
@Pieter de Haan
uit de reactie van chris horsmeier:
“Deze mensen doen iets voor hun land.”
Het staat er toch echt.
Persoonlijk vind ik het nogal aanmatigend om trots te zijn op de prestaties of verworvenheden van anderen.
Om te voorkomen dat men nu denkt dat ik mevrouw Westbroek niet waarder, kan ik u gerust verklaren dat ik uitermate blij ben dat wij van haar bijzondere kwaliteiten mogen genieten. Ik hoop zeer dat zij ook weer Wagner komt zingen. Daarin behoort zij werkelijk tot de wereldtop.
Ik heb hetzelfde als de heer De Jong, maat toch is dat gevoel incorrect. EMW is opgegroeid en deels opgeleid in ons land en onze cultuur waar wij, oa door het betalen van belasting, aan hebben bijgedragen. Als EMW opgegroeid was op de Bahamas was ze waarschijnlijk geen zangeres geworden en zo ja, waarschijnlijk niet van die kwaliteit. Dus het land en het klimaat dat er heerst (dat geschept wordt door de inwoners) heeft een (wellicht kleine) invloed op haar prestaties. In ons kleine landje heerst ook een goed sportklimaat, dat Door bevolking, bestuurders en (door ond gekozen) politici geschept wordt. We doen het over het algemeen beter dan bijvoorbeeld België op de Olympische Spelen.
*geeuw* O, sorry!
Een kat in het nauw maakt vreemde sprongen. Volstrekt krankzinnig dat de recensenten en een groot deel van het publiek door DNO als domoren worden weggezet omdat zij Fellini niet herkend zouden hebben. Blijkbaar kan niemand de vraag beantwoorden WAAROM naar de “beeldtaal” (dat is deftig voor “beelden”) van Fellini wordt verwezen.
De regie is en blijft een wanproduct en het is minachting voor het publiek dat DNO nu voor de derde keer de rampzalige Breth naar voren schuift. Ik ben het volledig eens zowel met Opera Gazet (“een van de grootste regiemisbaksels die ooit bij De Nationale Opera hebben plaatsgevonden”) als met Opus Klassiek (“… gestuntel, op het dilettantische af, waarbij je je afvraagt of zij [Breth] de tekst wel gelezen, laat staan begrepen heeft, (…) maar het ergste is dat het totaal de indruk wekt dat zij zich er met een jantje van leiden vanaf heeft gemaakt”).
Geachte heer De Jong, ja, dat staat er inderdaad, maar ik heb dat “doen” opgevat als “betekenen”. De hoogvliegers in sport en cultuur zullen heus niet (primair) tot hun prestaties worden gedreven door vaderlandsliefde, maar die prestaties stralen, bedoeld of onbedoeld, ook af op Nederland en daar mogen ook wij, mede-Nederlanders, best trots op zijn. Ik zie en voel dat niet als aanmatigend.
Prachtige recensie van Paul Korenhof op Opus Klassiek. Ter aanvulling: het koor moest noodgedwongen in de derde akte in de orkestbak zingen omdat de inspectie geen toestemming gaf om het koor liggend op de grond, bedekt met lappen stof te laten zingen. Er lagen nu links op het toneel balen met niet nader te identificeren goederen.
Ik bewaar mooie herinneringen aan de Manon Lescaut uit het seizoen 1983/1984 van de Nederlandse Operastichting met de beroemde Tsjechische sopraan Gabriela Benackova( sorry voor het ontbreken van de juiste accenten) en de Braziliaanse tenor Eduardo Alvares in de regie van Filippo Sanjust, de assistent van die andere beroemde Italiaanse film en opera regisseur Luchino Visconti. Charlotte Margiono zijn we hopelijk ook niet vergeten in deze rol bij Opera Forum in het seizoen 1986/1987. In het Gergiev Festival werd deze opera ook scenisch uitgevoerd (decors en kostuums geleend van Opera Forum?) met de toen beroemde Galina Gorchakova en Vladimir Galuzine.
@ Rudolph,
Nog erger: Links op het toneel lagen balen ,met eronder de figuranten. Die waren niet te zien .
Inderdaad niet gezien. Arme figuranten. Ik hoop dat ze er goed voor betaald werden maar ik vrees van niet.
Klaus Bertisch heeft in zijn portret van Andrea Breth in Odeon een verwijzing en verklaring gegeven voor Fellini. We hadden het dus kunnen weten van Fellini!
“Dat het er niettemin nu en dan Fellini-achtig absurdistisch aan toe zal gaan in Manon Lescaut, valt te verklaren uit de sprongsgewijs aan elkaar geregen gedachten waarmee de titelfiguur geconfronteerd wordt wanneer zij in haar doodsstrijd werkelijkheid en fantasie niet meer uit elkaar kan houden.”
Gisteren hek ik dan zelf de uitvoering van “Manon Lescaut” in de Nationale Opera & Ballet in Amsterdam bezocht. Na alles wat ik er op Place de l’Opera, Opera Gazet, Opera Nederland en Opus Klassiek over had gelezen en gelet op de gedrochtelijke “Macbeth”, die Andrea Brett nog niet zo lang geleden bij DMO had afgeleverd, waren mijn verwachtingen niet al te hoog gespannen. Velen, waaronder ook ik, vonden, dat DNO deze regisseuse niet had moeten laten terugkomen, al was het maar omdat zij toch geen goed meer kon doen. Dat is wat m.i. in veel negatieve recensies en commentaren een belangrijke rol speelt. De enscenering was namelijk in mijn ogen niet top, maar zeker niet zo slecht als door velen is en wordt beweerd. Ik ga die niet uitgebreid analyseren, omdat dat al door anderen is gedaan en ik het daar feitelijk grotendeels mee eens ben, alleen is mijn waardering daarvoor minder negatief dan die van de meesten van hen. Muzikaal vond ik het prachtig. Koor en orkest zongen en speelden voortreffelijk o.l.v. Alexander Joel – halfbroer van Billy – m.i.v. dit seizoen 1e gastdirigent bij de Opera Vlaanderen. De kleine rollen waren adequaat tot goed bezet. Alain Coulombe als Geronte de Ravoir vond ik stimmlich niet uitzonderijk. Thomas Oliemans als Lescaut, Stefano la Colla als Des Grieux en Eva-Maria Westbroek als Manon vond ik formidabel. A.s. zaterdag 22-10 om 19.00 uur wordt de opera uitgezonden via NPO Radio 4! Al met al heb ik weer eens ervaren, dat je je niet te zeer moet laten leiden door recensies, die ook in dit geval weer variëerden van uiterst negatief tot zeer positief, maar je moet openstellen voor wat je geboden wordt om er daarna zelf je oordeel over te kunnen vormen.
Enkele kleine correcties: “hek” moet uiteraard “heb”, “DMO” “DNO” en “uitzonderijk” “uitzonderlijk” zijn. Excuus!
Ben het helemaal met Pieter K. de Haan eens. Ook gisteravond geweest zonder verwachtingen en eigenlijk met enige tegenzin. Maar de voorstelling viel mij best mee. En muzikaal was het genieten. Gelukkig maar want ik heb kaarten voor de Ring des Nibelungen in april/mei in Wiesbaden onder de baton van Alexander Joel.
Het trio Westbroek, La Colla en Oliemans was top.
NOOIT laten leiden door recencies (of commentaren!)!
Dat ligt helemaal aan de kwaliteit van de recensent.Heeft hij of zij een evenwichtig oordeel en onderscheidingsvermogen? Heeft hij of zij voldoende vergelijkingsmateriaal om een oordeel te vellen? Hoe oud is hij of zij? Is hij of zij wel deskundig genoeg om een oordeel te vellen? Als het om opera gaat waarin allerlei kunstvormen samenkomen, heeft hij of zij verstand van film, ballet, beeldende kunst, zang en zangers en hun techniek en muziekdrama? Elke recensent zal zo zijn of haar stokpaardjes en blinde vlekken hebben. Dan is er nog zo iets vaags als smaak. Als je vaak recensies van dezelfde critici leest dan kom je er wel achter hoe betrouwbaar hun oordeel is.
Betrouwbaar, betrouwbaar, zeg je, Rudolph Duppen. Zelfs mijn favoriete beroepsrecensenten, die aan al jouw positieve criteria voldoen en wier mening ik meestal deel, blijken het wel eens vrij grondig oneens te zijn met mij…
(V r i j grondig: opera kent veel facetten, zoals je al opmerkt.)
Ik huldig Stefan Caprasses oordeel: ga blanco d.w.z. zonder vooroordeel naar de opera.
PS Sorry: op de plaats van mijn drie puntjes moet staan: en met elkaar.
Ik waardeer elke mening (als ze met respect voor anderen wordt geuit) en vind elke recencie en commentaar op zich interessant (van de ene al meer dan van de andere) om een idee van een produktie te krijgen maar het is hoe dan ook slechts de persoonlijke mening van één persoon (hoe “deskundig” dan ook) en ik zal me er nooit door laten leiden om al dan niet naar een voorstelling te gaan.
Laten we het nu eens over iets anders hebben.
Is er al iets bekend over de opvolging van Audi??????
Toch nog een keer.
Toevallig was ik naar de (mooie) inleiding van Bertisch en wist ik van Fellini, maar anders zou ik het echt niet raden. En ik snap nog steeds niet wat Casanova daar doet.
Ik ben gek op ‘Moby Dick’, maar dan zet ik nog geen walvis op de buhne.
En wat recensenten betreft,
Ben je het beroep van muziekrecensent niet waardig als je Fellini niet hebt gezien? Moeten gewone mensen die na hun werk naar de opera gaan, maar eerst nog moeten eten zich eerst inlezen in de wereldliteratuur, cinema, kunst en wat ook niet? Moeten ze eerst dikke boeken gaan lezen want anders snappen ze niets? Ze hebben het libretto gelezen, of de synopsis, de meesten kennen de muziek – min of meer – wel… en dan worden ze geconfronteerd met rare fratsen die ze niet thuiskunnen brengen.
De 3 door de heer Shmulik gestelde vragen zou ik, maar wie ben ik met “nee” willen beantwoorden, maar het helpt natuurlijk wél als je wat kennis van zaken hebt, ook op andere terreinen als dat van de opera. Recensenten zouden er naar moeten streven zo objectief mogelijk te zijn. Wat zij vooral niet (zouden) moeten doen is het berijden van stokpaardjes, het vereffenen van oude rekeningen, het botvieren van ressentimenten t.o.v. operagezelschappen en -intendanten en meer van dat “fraais”. Dat schaadt namelijk die objectiviteit alleen maar.
Naar ik begrepen heb gaat het Bertisch en Breth meer om het absurdistische en episodische karakter van de films van Fellini en de overeenkomsten met Manon Lescaut. Absurdistisch: het geloof dat de mens bestaat in een doelloos en chaotisch universum. Manon wordt het slachtoffer van haar eigen impulsiviteit, onredelijkheid en manipulatieve karakter en sleept zichzelf en Des Grieux mee in een existentiële crisis.Het probleem is alleen dat de opera bijna bezwijkt onder dat concept.Daarnaast brengen we Fellini vaak in verband met seksuele uitspattingen en decadentie. Vandaar dat er in de tweede akte oppervlakkige overeenkomsten zijn met Roma waarin een zeer decadente modeshow in het Vaticaan plaats vindt.
Opera liefhebbers zouden eigenlijk grote Fellini liefhebbers moeten zijn gezien het melodramatische karakter van veel van zijn films. E la nave va gaat zelfs over een groep operazangers aan boord van een cruiseschip.
Shmulik: van Moby Dick is al een opera gemaakt. Jake Heggie is de componist.
Nou ja, Manon in Moby Dick setting. Dat kan in het regietheater natuurlijk best! De uiteindelijk vergeefse jacht (op rijkdom of liefde), de droevige verteller (Des Grieux) en de ambergris als het gouden hart van Manon dat toch diep in haar schuilgaat. In beide verhalen komt trouwens een boot voor, waarmee de samenhang tussen Manon Lescaut en Moby Dick afdoende vaststaat. Verder stopt men het koor in een visnet en hangt er een tl-balkje boven voor een zo onaangenaam mogelijk licht. Dan het geheel afblussen met nog wat diepzinnige praat, alles nog een keer goed doorroeren met een kalashnikov, en klaar is uw regie!
Ook de NZZ is enthousiast:
http://www.nzz.ch/feuilleton/buehne/puccinis-manon-lescaut-in-amsterdam-schickt-die-frau-in-die-wueste-ld.123236
@Pieter K. de Haan: Elke recencent en elke commentator heeft onvermijdelijk zijn stokpaardje (de ene al meer dan de andere).
@Maria: De ene produktie van “regietheater” (wat is dat per definitie trouwens?) is de andere niet (vind IK toch). Sommige produkties vind ik ook afschuwelijk, andere -en soms zelfs van dezelfde regisseur- interessant (sorry voor het woord) en zelfs visueel mooi (wat voor mij onbewust meestal sowieso een positief punt is). Zo vond ik bv de Manon Lescaut van Trelinsky in de Munt afschuwelijk, maar zijn Tristan in de Met beklijvend! Maar OK elk operaleger uitrusten met Kalashnikovs wordt op de duur inderdaad ééntonig.
Men kan ook een natuurlijke allergie hebben tegen “regietheater”, wat een goed recht is.
Nu ben ik me warempel weer in die eindeloze discussie aan ’t steken!
Staakt Uw steken niet, Stefan!
Naar Klaus Bertisch moeen luisteren (of hem lezen) om een opera te kunnen begrijpen. Net zoiets als de biografie van een terreinknecht moeten raadplegen voordat je van een voetbalwedstrijd zou kunnen genieten.
Volgens mij zitten er in deze Manon Lescaut duidelijke verwijzingen naar Circus Boltini. Operaliefhebbers zouden eigenlijk echte circusliefhebbers moeten zijn gezien het melodramatische karakter van de circusclown. Ik vermoed overigens dat de regisseuse een diep-innige verwantschap voelt met clowns in het algemeen.
@PKdHaan Wat betreft recensenten: “het vereffenen van oude rekeningen, het botvieren van ressentimenten t.o.v. operagezelschappen” — waar hebt u het over? Heb ik een samenzwering gemist??
@Maria: u snapt hoe het werkt, u is toch geen pseudoniem voor Andrea B.?
Meneer Horsmeier, mits hij carte blanche krijgt, wordt de heer R. Muti de volgende intendant. Dan is het vrees ik gedaan met het jaarlijkse bezoek aan Amsterdam van mevrouw Breth.
Geachte heer Dick, waarom zulke volstrekt overbodige sneers naar Klaus Bertisch, Andrea Breth en Maria? Gebrek aan argumenten? Waar ik het over heb m.b.t. recensenten zal iedereen, die geen vreemde is in Jeruzalem, volstrekt duidelijk zijn. Dat van een samenzwering sprake zou zijn heb ik nergens gesteld of zelfs maar gesuggereerd. Uw opmerking over “de heer R. Muti” raakt ook al kant noch wal. Kunt u ook zakelijk discussiëren? Zo ja, doe dat dan.
Ach, ik voel mij geenszins gesneerd hoor. En Maria is mijn echte naam. Maar toen @Schmulik Moby Dick noemde, zag ik het helemaal voor me. Na drie opera’s gezien te hebben die ten prooi vielen aan mevrouw Breth ken je het concept en de intellectuele praat eromheen wel zo’n beetje en kun je het ongeveer naadloos overzetten naar willekeurig welke setting. Mijn bewondering voor zangers en musici die in dit soort apekool toch overeind blijven is overigens groot.
En ik ben helemaal geen tegenstander van moderne opera of moderne ensceneringen. Maar het moet wel ergens over gaan en liefst ook aangenaam om te zien. Een steriel en kaal toneel met keiharde belichting, zangers die veroordeeld worden tot rare fratsen en hupsen, sorry, maar het deed pijn aan mijn ogen.
@ mevrouw Maria: hoe heer De Haan erbij komt dat ik een sneer aan u uitdeelde, is me een raadsel. Het was juist een compliment omdat u zo prachtig de Breth-apekool parodieerde. Voor een sneer aan het adres van Andrea B. is, zo is inmiddels wel duidelijk, alle reden. Verder, Meneer De Haan beschuldigt recensenten zonder dat hij man en paard noemt, dat is bedenkelijk. En, ten slotte, de naam van de heer R. Muti wordt in De Telegraaf genoemd als mogelijke opvolger van de heer P. Audi.
Ik wil niemand aan het schrikken maken maar ik heb de afgelopen weken tot twee keer toe Peter Sellars bij Het Muziektheater gezien. Weet iemand of hij als mogelijke opvolger van Pierre Audi wordt beschouwd?
Zeg me dat het niet zo is..
Zeg me dat het niet zo is..
Zeg me dat het niet waar is…
Geachte heer Dick, gelet op uw depreciatie van Andrea Breth kon ik uw vraag aan Maria “is u toch geen pseudoniem van Andrea B.?” moeilijk als een compliment beschouwen. Depreciatie hoeft m.i. niet per definitie in sneers te resulteren. Dat ik bedoelde recensenten niet met name noem vindt zijn oorzaak in het volgende. Ik ben ooit – overigens (vrijwel) volledig buiten de openbaarheid – in discussie geraakt met 2 recensenten met als resultaat, dat de ene daarop zijn mailbox voor mij heeft gesloten en de andere mij heeft uitgesloten van de verstrekking van gratis CD’s. Critici staan zelf kennelijk niet zo open voor kritiek. U mag e.e.a. bedenkelijk vinden, hopelijk vindt u het nu ook begrijpelijk. Dat R. Muti in De Telegraaf wordt genoemd als mogelijke opvolger van P. Audi zegt me weinig. Ik heb op deze site al eerder aangegeven waarom mij dat uiterst onwaarschijnlijk lijkt.
Peter Sellars heft ook mooie ensceneringen gebracht (vind ik).
Ik heb zaterdag de radio-uitzending van Manon Lescaut bij Nationale Opera en Balet gehoord. Dat heeft als nadeel dat ik geen enkel zinnig woord over de enscenering van Breth kan zeggen omdat ik die simpelweg niet heb gezien. Wat betreft de zangers heeft het beluisteren van enkel een radio-uitzending als voordeel dat je puur op de stemkwaliteit kunt beoordelen.
Ik vond het een goede, bezielde uitvoering van deze prachtige opera.
Allereerst veel lof voor het Nederlands Philharmonisch Orkest en dirigent Alexander Joel. Ze maakten deze partituur tot een warmbloedig klankspektakel, met als enige minpunt dat het af en toe wel erg veel decibellen waren. Maar als geheel: erg goed gedaan (en een reden om deze opera te gaan zien/beluisteren). Erg goed vond ik ook Stefano la Colla als Des Grieux: een warme stem, waarbij het vibrato gedoseerd werd ingezet. Zeer goed waren ook Thomas Oliemans en Eva Kroon als Un Musico. Met name Kroon maakte grote indruk op mij: een kraakheldere stem met een prachtig geluid!
Minder te spreken was ik over Eva Maria Westbroek. Ik ben een fan van haar maar ze zong deze rol (Manon Lescaut) met zo onvoorstelbaar veel en dik vibrato dat het niet mooi meer was. Natuurlijk, Westbroek weet waar het drama zit, waar ze gas moet geven en waar ze moet inhouden en haar slotaria in akte 4 (Sola perduta) was een machtige apotheose maar als geheel en gezien haar statuur vond ik haar zingen tegenvallen. Vibrato is een manier om te kleuren, niet een saus die vol over het gerecht moet worden gegooid.
De overige rollen waren degelijk bezet maar maakten op mij niet heel veel indruk.
Al met al een mooie avond met een prachtige Puccini ondanks een wat tegenvallende Westbroek.
(Sorry for any mistakes in my Dutch)
Zaterdag avond zelf de uitvoering bezocht. Ik ben muzikaal met Dirk van der Wulp’s analyse helemaal eens. Qua stem veel Westbroek (op hoog niveau) ook mij een beetje tegen. Qua acteerkunst vond ik haar in de 2e & 3e bedrijf sterk, in de laatste iets minder.
Ik vond de regie van Andrea Breth veel beter dan verwacht (naar alle negatieve recensies), vaak ook humorvol, en hier bezonders de Fellini-achtige 2e bedrijf. Echt genoten!
Amsterdam’s Manon surely gets a lot of international exposure:
http://www.nytimes.com/2016/10/26/arts/music/eva-maria-westbroek-in-manon-lescaut.html
Uit The New York Times: Ms. Breth, who began directing opera in 2000 after more than a decade working in the theater, said she resisted creating naturalistic or realistic operas because, as an audience member, she often found it difficult to suspend her disbelief when people started singing on stage.
“I always ask myself when I do opera, ‘Why do they sing?’ ” she said. “I think of opera as musical theater. It’s not realistic to find someone in the desert, who is thirsty and has no energy anymore, singing the most complicated arias shortly before they die.”
Je zou toch denken dat een opera regisseuse de conventies van opera als kunstvorm kent en die accepteert en haar ongeloof opschort. Hier herhaalt ze alle clichés die opera haters altijd ter berde brengen om hun afkeer van het genre duidelijk te maken. Ze accepteert wel dat toneelspelers doen alsof ze karakters zijn in een toneelstuk terwijl het publiek en zij zelf weten dat ze staan ( bij Breth is dat meestal liggen of ongemakkelijk zitten) te acteren. Een theatrale samenzwering. Om nog maar te zwijgen van alle onmogelijkheden in het genre film. Dat opera karakters juist zingen op momenten dat ze in de grootste crisis verkeren is omdat ze overlopen van emoties en dat componisten die emoties stileren in aria’s. Het publiek kan zo op een beschaafde manier zijn emoties kwijt.
?!(Ik sta paf.)?!
Er zijn operaregisseurs die er prat op gaan geen muzieknoot te kunnen lezen. Dat er misschien -van het toneel afkomstige- operaregisseurs bestaan die heimelijk niets van opera begrijpen/moeten hebben: meer dan kwalijk, maar er moet brood op de plank. Maar de unverfrorenheit waarmee mevr. Breth haar opvattingen over opera ventileert getuigt van een niet minder dan affronterend cynisme.
Als men inderdaad zo cynisch denkt over de coventies van een genre (en elk genre heeft zijn conventies), kan men zich inderdaad afvragen waarom men er dan mee bezig is… wat natuurlijk niet uitsluit dat ook zulke regisseurs tot mooie resultaten KUNNEN komen (alles kan) – trouwens (nog eens) de beoordeling van dat resultaat hangt puur af van de subjectieve beoordeling van de waarnemer – zo denk ik er toch over. Over deze Manon Lescaut spreek ik me niet uit, vanwege niet gezien, maar haar Traviata in de Munt vond ik afschuwelijk (en als ik dat al zeg!)…
En hiermee zijn we weer aanbelannd in de top-5 van meest aantal commentaren – waarmee weer eens bewezen is dan betwiste producties het meeste stof tot commentaren geeft
Regisseurs blijken dus niet alleen het publiek te haten maar ook het genre opera.
Met alle respect, mv Roetmans, maar het is niet omdat een deel (!) van het publiek (subjectief, ik blijf erbij) niet van een bepaalde regie houdt, dat dat deel zich ook door die regisseur gehaat moet voelen…
@ Stefan Caprasse zei:
En hiermee zijn we weer aanbelannd in de top-5 van meest aantal commentaren – waarmee weer eens bewezen is dan betwiste producties het meeste stof tot commentaren geeft
Wat zou Place de l’Opera zijn zonder omstreden operaproducties!
Ik ben gisteren naar Manon Lescaut geweest en heb genoten, ook van de regie. Ik vond het een heel goed idee van de regisseur om de eerste drie scenes als reminiscensie op te zetten. Ik vind het ook absurd om deze regie te vergelijken met die van Salomé van Konwinsky, waarin de opera vermoord werd.
@Jan de Jong: Dat zegt U juist! Maar is het hoe dan ook niet veel interessanter als opera stof biedt tot -beschaafde- discussie dan als iedereen het braaf eens is en er verder niet over gesproken wordt?
Afgelopen maandag geweest. ik was onder de indruk van de tenor en de EMW. Ik verbaas me iedere keer weer over het hoge niveau van het Nedpho. Prima dirigent ook. Koor is een zekerheidje: succes verzekerd. Regie zat me niet in de weg, maar voegde voor mij ook (te) weinig toe. Al met al een zeer mooie avond gehad!
Blader ik zojuist door een oud Vriendenbulletin (november ’16), zie ik een reactie van Breth op de boeroepers: die zouden betaald zijn en ze wist precies wie erachter zat?!
Heeft iemand een idee op wie Breth hier doelt?
Mijn idee: de Spoken van de Opera.
Geen idee op wie Mw.Breth hier concreet doelt, maar het is wel een fenomeen wat in opera heel vaak voorkomt. Dit zijn zeker geen opera spoken.
Toen ik als professioneel zangeres mijn eerste internationale schreden maakte gaf Cristina Deutekom mij de wijze raad om als de “claque” die zich in je kleedkamer meldt deze lui gewoon te betalen. Om daar 1/3 van mijn gage voor te reserveren. Als je betaalt roepen ze “bravo” en als je niet betaalt “boe” onafhankelijk van je prestatie. Na de “boe” hoef je daar dan ook nooit meer terug te komen…
Dat zijn maffiapraktijken, mevr. Göetjes! Verschrikkelijk.
Echter, het gaat in dit geval om vermeend betaalde boeroepers, niet om lieden die ‘boe’ riepen omdat Breth ze niet wilde betalen. Toch net even anders. Althans, als Breth correct geciteerd is.