Keenlyside geeft matte Giovanni kleur
Of Michael Grandages enscenering van Don Giovanni een tweede Live in HD-voorstelling bij de Metropolitan Opera gegund had moeten worden, kun je je afvragen. Gelukkig maakte de wervelende titelrolvertolking van Simon Keenlyside zaterdagavond veel goed.
Vrijwel exact vijf jaar geleden kon het mondiale bioscooppubliek van de Metropolitan Opera al eens kennismaken met Grandages lezing van Mozarts Don Giovanni. “Nothing new”, zei hoofdrolzanger Mariusz Kwiecien destijds in een pauzegesprek, en daar is niets aan veranderd.
De productie is helemaal volgens het boekje en doet in dat opzicht componist noch librettist onrecht aan. Maar dat is niet genoeg voor een spannende voorstelling van een werk dat velen al eens eerder gezien hebben.
Ik miste bezieling en karakter. Mozart en Da Ponte schilderen geweldige personages, die je met gemak drie uur kunnen boeien, maar Grandage delfde lang niet al het goud uit de partituur en de tekst. De personenregie verraste vrijwel nergens, de dialogen misten pit en de aria’s waren grotendeels statisch, met Donna Anna en Don Ottavio als park-and-bark-stelletje bij uitstek. Het sobere decor was vooral functioneel.
Bariton Simon Keenlyside wist in mijn ogen als enige aan de matheid van de enscenering te ontsnappen. Na een moeilijke tijd met gezondheidsproblemen markeerde dit optreden, in de voor hem zeer vertrouwde rol van Don Giovanni, zijn terugkeer bij de Met. Vocaal was hij wat vlakker en grover dan voorheen, maar zijn begrip van de tekst was haarfijn als altijd en met zijn acteerwerk spande hij de kroon. Zijn Giovanni was tegelijk begeerlijk en afstotelijk. Ongrijpbaar voor de mensen om hem heen. Te vrijgevochten om voor iets of iemand te buigen. Zelfs met de dood voor ogen bleef hij hardnekkig zichzelf.
Vocaal hadden vooral Adam Platchetka (Leporello) en Matthew Rose (Masetto) veel te bieden. Hun moeiteloze zang en heldere Italiaans waren een plezier voor het oor. Met name Platchetka maakte veel indruk op me, met een stem die in alle regionen klankrijk en trefzeker was.
De donna’s van de avond waren mij een tik te hysterisch. Malin Byström trok in haar poging om de wraakzucht van Donna Elvira theatraal en vocaal uit te beelden de raarste bekken, wat ‘up-close’ op het bioscoopscherm nogal afleidde van haar verder prachtige en krachtige zang. Hibla Gerzmava was beslist geen lijdelijke Donna Anna, zoals je ze vaak ziet, maar beet van zich af met harde, dramatische zinnen. Helaas was er vrijwel geen woord van te verstaan.
Van de stelletjes op het toneel hadden de Masetto van Rose en de Zerlina van Serena Malfi de meeste chemie. Dat was vooral te danken aan de charmante wijze waarop Malfi met haar boomlange partner omging. Daarbij liet de Italiaanse mezzo een aantrekkelijk donker geluid horen; een verfrissende ervaring in een rol die doorgaans door sopranen wordt bezet.
Don Ottavio blijft een rol waar weinig van te maken is. Tenor Paul Appleby kon de technische uitdagingen van zijn twee aria’s goed aan, maar dirigent Fabio Luisi koos voor lamme tempi, zodat de voorstelling telkens inzakte op Ottavio’s moments suprêmes.
Hetzelfde speelde Kwangchul Youn in zijn vertolking van de Commendatore parten. Ik vond Luisi’s tempi in de bloedstollende finale niet consistent, waardoor Youns machtige geluid minder impact had dan mogelijk was geweest. Eén en ander zal ook te maken hebben met de ogenschijnlijke onderwaardering voor het orkest achter het mengpaneel in New York. Te vaak verdwijnt het orkest naar de achtergrond.
Keenlyside was theatraal op zijn best in de slotscène. Hij toonde Giovanni van zijn meest brute, losbandige kant, omringd door een gekleineerde knecht en een groot aantal mooie vrouwen (eindelijk een rake zet van Grandage). Keenlyside liet zien dat Giovanni’s levensstijl niet zomaar een spel was, maar een filosofie, een levensovertuiging. Iets wat hij koste wat kost wilde behouden, zelfs toen het oordeel van de Commendatore het leven uit zijn lijf trok.
Hoewel de andere zangers snel over zijn graf heen stapten en in het weinig fijngevoelige slotensemble een einde aan de opera breiden, was Keenlysides laatste moment de blijvende herinnering bij het verlaten van de zaal. Het was vocaal niet perfect, maar het was bezield en het had karakter. Zo breng je Don Giovanni.
De Live in HD-serie van de Metropolitan Opera gaat op 10 december verder met een live-voorstelling van L’amour de loin van Kaija Saariaho.
5Reacties
Vind te streng; vond prachtig…
Zie dus ook CineMec…
Van die onverstaanbaarheid van Donna Anna niets gemerkt. Woordelijk te volgen zelfs. Ook op de présence van het orkest niets aan te merken. Zie blog.cinemec.nl.
Heerlijke avond gehad. Zomaar Don Giovanni als Don Giovanni – en niet als filiaalhouder van een beddenpaleis, dwaler in het bos, existentiële crisis, hallucinatie, droombeeld of what ever. Wat een traktatie! En niet alleen voor het oog, ook voor het oor een fijne uitvoering. De recensie hierboven is in mijn beleving toch wat aan de zure kant. De recensie op blog.cinemec (waarvoor dank) spreekt mij meer aan. En of er nu te veel Don Giovanni’s en andere Mozart-opera’s zijn de laatste tijd, zoals ik op dit forum las, weet ik niet. De grote zaal van Pathe Haarlem zat, op een paar stoelen op de eerste rij na, helemaal vol. Genoeg liefhebbers dus.
Helaas kan ik het niet eens zijn met Jordi Kooiman. Uitstekend spelend orkest. Prachtige blazers. Vlotte tempi behalve waar dat in de partituur niet voorgeschreven staat.Zangers van zeer hoog niveau. Effectieve en soms verrassende regie en fraaie decors en kostuums. De laatste Don Giovanni van dit niveau hoorde ik jaren geleden in Het Holland Festival onder leiding van Sir John Eliot Gardener.