Macbeth als de aftakeling van geluk
De nieuwe productie van Verdi’s Macbeth van de Staatsoper Hannover focust op de menselijke, intieme kant van de duistere tragedie van Shakespeare. De Georgische bas Shavleg Armasi schittert als Banco en huisster Brigitte Hahn zingt een hartstochtelijke Lady Macbeth.
Het gordijn is al open als we onze plekken innemen in het theater. We zien een smetteloos wit toneel: een decor in de vorm van een halve cirkel met een wit platform, dat met stalen kabels aan het plafond bevestigd is (decor van Volker Thiele).
Als de muziek begint, zien we twee opgewekte jonge geliefden rondwandelen, gekleed in pastelkleuren (kostuums van Olaf Habelmann). De vrouw is zwanger, haar man omhelst haar innig.
Het is een modelplaatje van menselijk geluk, maar eentje die niet langer duurt dan de ouverture. De heksen verschijnen en vernietigen woedend alle hoop op een gelukkig gezinsleven. De tragedie is begonnen.
Dit is de betrokken en down-to-earth-benadering waar regisseur Frank Hilbrich voor kiest bij de eerste opera die Verdi op basis van een Shakespeare-verhaal schreef (in 1847). De motor van de tragedie is bij hem niet het bovennatuurlijke element, maar de politieke ambitie die alle tederheid uit het leven van Macbeth en zijn vrouw veegt. De aftakeling van het geluk dat eens in het verschiet lag overwint.
Nadat de eerste moord is gepleegd, wordt het witte platform op het toneel omhoog getakeld, zodat een volledig zwarte ruimte met weinig meer dan een tafel als steun zichtbaar wordt. Dat tot de essentie uitgeklede toneelbeeld zorgt dat je je volledig op de karakters kan richten. Een positief aspect, al is het soms niet zonder risico, omdat vocale tekortkomingen extra opvallen. Anders gezegd: de zangers staan als naakt op het toneel en kunnen zich niet verbergen achter theatertrucjes.
Dat gevaar wordt vooral duidelijk in de titelrol van Macbeth, gezongen en gespeeld met meer inspanning dan resultaat door Brian Davis. Los van het gebrek aan vloeiende zinnen en helderheid in zijn stem, is zijn begrip van de tekst en de daaruitvolgende muzikale frasering niet altijd even overtuigend.
De carrière van Shavleg Armasi zal niet eindigen in Hannover
Even ben ik bang dat datzelfde opgaat voor de Lady Macbeth van Brigitte Hahn. Haar entree en de beruchte lezing van de brief in gesproken Italiaans doen me denken aan Mari Lyn. Maar gelukkig, het is slechts een kort zwak moment dat ze direct compenseert. Over het geheel genomen is haar vertolking veel stabieler. Ze is bereid zondere reserve uit haar vocale vermogens te putten.
We weten van Verdi zelf dat de sopraan in sommige passages zeer ruwe effecten in haar timbre moet stoppen om de zelfvernietigende ambitie van Macbeth over te brengen. Hahn is zeer gefocust om dit aspect eruit te lichten: niet alleen met grootse, spetterend hoge noten, maar ook met meer gecontroleerde en duistere klanken in de slaapwandelscène.
Als het echter gaat om Verdi’s concept van de ‘parola scenica’ – de woorden van het libretto als het steunpunt en de bron van de dramatische actie – dan moet ik toch vooral het fantastische optreden van de Georgische bas Shavleg Armasi als Banco uitlichten.
Hier hebben we te maken met een zanger wiens carrière niet zal eindigen in Hannover. Zijn vocale potentieel, zijn nauwkeurige gevoel voor ‘italianità’ en zijn bewonderenswaardige behandeling van de tekst hebben zo’n volwassenheid bereikt dat ik hoop dat ook andere theaters hem snel zullen ontdekken. Jammer dat Banco zo snel sterft door de hand van Macbeth!
De muzikale leiding van Lutz de Veer bevat zeer spannende momenten, waarbij fortissimo niet wordt geschuwd. Het grandioze ensemble aan het einde van de eerste akte maakt bijvoorbeeld grote indruk op me door de intensiteit en de hoge kwaliteit die het koor daar toont.
Die ‘drive’ mis ik echter vaak in andere passages. Daar lijkt de dirigent te lang stil te staan bij de slotmaten van de muzikale nummers.
De productie van Macbeth zal elf keer gespeeld worden in een wisselende bezetting. Zie voor de speeldata de website van de Staatsoper Hannover.
Alessandro Anghinoni is correspondent van Place de l’Opera in Berlijn. Hij is Italiaans maar woont sinds 2000 in de Duitse hoofdstad. Hij is vertaler van beroep en schrijft regelmatig over opera. Voorheen voor bladen als Opernwelt, tegenwoordig op zijn blog Operello&Operella.