Lucie Chartin: dé sopraan in Amadeus
Op 15 juni gaat een nieuwe productie van het toneelstuk Amadeus in première. Mark Rietman en Sander Plukaard spelen de antagonisten Salieri en Mozart. De opera’s van Mozart hebben een centrale rol in het stuk, maar slechts één vrouw geeft stem aan al die vocale kunsten: sopraan Lucie Chartin. Na de eerste try-out sprak François van den Anker haar.
Veertig jaar na de première in de Londense West End begint in Den Haag een nieuwe productie van het toneelstuk Amadeus van Peter Shaffer aan een tournee van zes maanden. Theu Boermans regisseert het stuk over de verbeten – maar verzonnen – strijd die componist Salieri voerde tegen zijn jonge, opkomende collega Mozart in het Wenen van de achttiende eeuw. Ook in de versie van De Theateralliantie / Het Nationale Toneel is dat thema de rode draad, waarbij het verhaal wordt voorzien van kleine en grote knipogen naar onze tijd. Boermans zet het stuk in een frisse verf.
Sinds de première in 1979 is Amadeus een succes op het toneel van West End en Broadway. Er kwam een verfilming en ook in de Nederlandse theaters waren er sinds 1980 verschillende producties, waarin bekende namen als Willem Nijholt en Jeroen Krabbé de rol van Salieri speelden. Maar die producties waren zonder live-muziek. De Amadeus die Theu Boermans regisseert heeft een instrumentaal ensemble, een koor en een sopraan.
Voor de muziek in deze productie zochten de makers samenwerking met het Haagse OPERA2DAY. Er kwam hulp van dirigent Hernán Schvartzman als muzikaal leider. Hij coachte ook de hoofdrolspelers voor hun dirigeertaken in de voorstelling.
Katharina Cavalieri
Na drie OPERA2DAY-producties waarin sopraan Lucie Chartin een rol zong – onder meer Ophélie in Hamlet – waren haar vocale kwaliteiten voldoende bekend om haar te vragen voor de rol van Katharina Cavalieri. Die studeerde opera bij Salieri en werd ontdekt door Mozart. Ze zong onder meer in 1782 Konstanze in Die Entführung aus dem Serail. Speciaal voor haar componeerde Mozart de rol van Fräulein Silberklang in Der Schauspieldirektor.
In de verfilming van Milos Forman is Cavalieri een spreek/zingrol, in het toneelstuk van Peter Shaffer zwijgt ze, maar in de productie die nu in première gaat, zingt ze. Lucie Chartin speelt en zingt haar met veel plezier.
De eerste try-out zit erop en snel omgekleed, maar met de schmink nog op de oogleden, gaat Lucie Chartin op weg naar de artiestenfoyer van de Haagse Schouwburg. Het is al ruim na half twaalf als ze vertelt hoe het ging. “Het waren zware repetitieweken met lange dagen en misschien was dat iets te horen aan mijn stem vanavond. Dadelijk hebben we nog notes, er worden nog wat wijzigingen besproken, onder meer omdat bij de generale gisteren en vandaag bij deze try-out bleek dat de voorstelling wat lang is.”
Waarom koos OPERA2DAY je voor deze rol?
“Ze kenden me en zochten voor de rol van Katharina iemand die erg van spelen houdt. Ik heb ooit de ambitie gehad actrice te worden, dus dat sprak me aan. Ze wilden geen zangeres die alleen stijfjes op het podium zingt.
Daarnaast zijn het nogal verschillende aria’s die ik zing. De Koningin van de Nacht, de aria van Konstanze uit Die Entführung aus dem Serail en ‘Porgi, amor’, de aria van de gravin uit Le nozze di Figaro. Bij die laatste aria had ik zelf twijfels. Tegenwoordig zijn we gewend dat die rol door meer lyrische sopranen wordt gezongen. Hernán overtuigde me met het argument dat het in de tijd van Mozart vermoedelijk niet zo was. Toen ik ging studeren, lukte het goed.”
Er is geen dirigent, af en toe dirigeren de acteurs. Hoe krijg je steun van het orkest?
“Eigenlijk volgen de acteurs wat het orkest doet, de leider is Rebecca, de eerste violist. Heel af en toe – als zij niet de eerste tel heeft – geeft een andere musicus het aan. Bij de aria van Konstanze moet ik op de hoboïst letten. We hebben dat heel precies afgesproken. Verder volgen ze mij en hoef ik me geen zorgen te maken over samen zijn. Zo ziet het er het meest geloofwaardig uit.”
Hoe was het werken in een toneelproductie, met regisseur Theu Boermans?
“Theu is een heel muzikale regisseur, hij werkt erg op het ritme en de melodie van de teksten die de acteurs uitspreken. Ik leer veel door daarnaar te kijken. Er zijn verschillen met hoe het bij de opera gaat. Acteurs hebben alle vrijheid om het tempo en de melodie aan te passen als ze spreken, daar wordt constant aan gesleuteld. Wij als zangers hebben dat niet; hooguit kun je iets doen met het tempo. Alleen in mijn verleidingsscène kan ik wat vrijheid nemen in de ornamenteringen. Nog een verschil: gedurende het hele repetitieproces bleven er dingen veranderen, dat zie je bij opera iets minder. Ik heb respect voor de acteurs, die dat allemaal onthouden.”
Er is een orkest, er staat een koor op de bühne, maar jij bent de enige zangeres. Is er voldoende aandacht voor jouw belangen?
“Het stuk is lang, er gebeurt veel. Omdat de operascènes eigenlijk meteen goed functioneerden, hoefden we daar minder naar te kijken en krijgt de tekst van de acteurs vooral aandacht. Die operascènes kunnen zich een beetje onderscheiden van de rest. Het mag hier en daar een beetje cliché, een beetje dikker aangezet worden.”
Wat voor karakter is Katharina?
“Ze is een heel ambitieuze zangeres, die weet dat ze goed is, maar ook erg bezig is om op de juiste mensen indruk te maken: op de keizer, op Mozart. Ze is een beetje opportunistisch. Er zit wel ontwikkeling in haar karakter. Tegen het moment dat ze de aria uit Le nozze di Figaro zingt, is ze klaar met indruk maken en is ze een volwaardige artiest geworden. De aria van de Koningin van de Nacht is daarin het hoogtepunt.”
Je hebt een verleidingsscène die me realistischer leek dan je in opera vaak ziet. Lastig?
“Het zijn vooral heel veel handelingen, je bent heel technisch bezig: een knoopje los, drie stappen naar achter, het decor beweegt ondertussen en je moet op tijd op het bed liggen. Je spreekt met je tegenspeler af hoe je het voor beiden comfortabel houdt. Het moet er spontaan uitzien, maar dat is het allerminst!”
Tule
Regisseur Theu Boermans heeft een imposante carrière als zanger, acteur en regisseur, met de regie van Soldaat van Oranje als een recent en langlopend succes. Decorontwerper Bernhard Hammer ontwierp daarvoor het decor en deed dat ook voor Amadeus. Dankzij Mattijs van Bergen, die de kostuums voor Amadeus ontwierp, kan Lucie Chartin zeggen dat ze wordt gekleed door de couturier die voor koningin Máxima zes outfits creëerde.
Van Bergen vertelde afgelopen week in de Volkskrant hoe hij opdracht kreeg om tien acteurs, twaalf musici en vijftig koorleden plus een sopraan te kleden in kostuums die voor visueel spektakel konden zorgen. In recordtijd kwamen er tweehonderd kostuums. Daarom staat Lucie Chartin in een speelscène op paarse plateauhakken – afkomstig uit een sale van Dries van Noten. Meest bewerkelijk is de jurk die ze draagt voor haar aria van de Koningin van de Nacht. Het is een enorme zwarte japon van tule, waarboven ze een diepzwarte pruik draagt.
Hoe zingt dat?
“Het was even wennen. De jurk bestaat uit meer dan vierhonderd meter tule. Mijn verkleding moet ook nog heel snel; achter de schermen staan drie mensen klaar om me in die jurk te krijgen. Ik kan me er heel weinig in bewegen, eigenlijk alleen naar voren lopen. Ik doe nu, tijdens de try-outs, nog een beetje voorzichtig. Het zal in de loop van de tournee wel makkelijker worden.”
Daarvoor heb je tijd genoeg, deze tournee beslaat een voor operaproducties ongekende serie van bijna tachtig voorstellingen. Wordt dat ooit saai?
“Oh nee, ik heb niets liever dan iets vaak opnieuw kunnen doen. Je wordt langzaam vrijer in je rol, je groeit vocaal en qua spel, en het samenspel wordt beter. Ik heb dit liever dan een productie die maar één of twee uitvoeringen krijgt. Het gekke is: juist omdat het niet erg lijkt als het iets minder gaat – want morgen is er een nieuwe kans – gaat alles goed, want de druk is ervanaf.”
Het is al tegen twaalf uur als cast en crew zich verzamelen in de artiestenfoyer voor de notes, de verbeterpunten van regisseur Theu Boermans. Zijn woorden zijn niet bestemd voor de oren van de verslaggever, maar die hoort hem nog net zeggen: “Beste mensen, volgens mij hebben we goud in handen.” Daarin zou de regisseur weleens gelijk kunnen krijgen.
Amadeus is vanaf 15 juni 2019 te zien in de Koninklijke Schouwburg in Den Haag en het DeLaMar Theater in Amsterdam. Vanaf september volgt een tournee door Nederland. Zie voor meer informatie de website van Het Nationale Theater.