Vox Luminis en Bachvereniging schitteren in King Arthur
Dankzij het beperkte aantal zangers in het ensemble Vox Luminis en musici van de Nederlandse Bachvereniging was het podium van het Amsterdams Concertgebouw niet uitgebouwd in de NTR ZaterdagMatinee van 26 september. Het maximaal aantal bezoekers naar coronanormen kon zich laven aan de schitterende zang en het meeslepende orkestspel in Henry Purcells muziektheater over koning Arthur.
Wie goed inzicht wil krijgen in de hartstocht van de meerderheid der Britten om Brexit door te voeren, moet zich verdiepen in het libretto van King Arthur or the British Worthy. In die toevoeging zit het venijn: de Britse waardigheid. Daar drijft de tekst van John Dryden op, die hij schreef in de periode 1680-1690. Hoofdlijn is de strijd die Arthur, koning der Britten, voert tegen Oswald, de koning der Saksen. Dat laatste volk is ooit Engeland binnengedrongen, maar Arthur heeft zich ten doel gesteld de vreemdelingen terug te jagen naar de overkant van de Noordzee, want ‘no foreign power can lord in a land, sacred for freedom’. Aldus het libretto. Je hoort het Nick Farage en Boris Johnson zeggen.
De belangrijke nevenlijn in het drama speelt zich af rond de persoon van Emmeline, dochter van de hertog van Cornwall. De Saksenkoning wil haar tot vrouw maken, maar zij is al vergeven aan Arthur. De blinde doch mooie Emmeline vormt de aanleiding tot de oorlog.
Het lukt Oswald weliswaar met behulp van zijn tovenaar Osmond om Emmeline te ontvoeren, maar de tegenpartij beschikt ook over een paar gehaaide magiërs, die Arthur beschermen en hem aan de overwinning helpen. Spanning en sensatie beheersen het spel, onder meer als het Britse leger lijkt te worden misleid, en in de tocht die Arthur onderneemt door een geheimzinnig donker woud vol verleidingen, op weg naar de burcht van Oswald.
Bijfiguren gloriëren
Het is wonderlijk dat in deze zogeheten semi-opera de voornaamste personages als Arthur, Oswald en Emmeline spreekrollen zijn. In de uitvoering tijdens de NTR ZaterdagMatinee werden hun teksten en de gebeurtenissen die zij meemaken samengevat en tussen de muzikale scènes voorgedragen door een verteller, de Britse acteur Simon Robson. In zijn tekst bleek echter de uitwijzing van de Saksen vervangen te zijn door een passage waarin Britten en Saksen elkaar in de armen vallen en als Anglo-Saxons één natie willen vormen.
Niet hoofdfiguren maar bijfiguren gloriëren vocaal in dit werk uit 1691. Henry Purcell legde de mooist denkbare melodieën in de mond van Cupido, Venus, de koning van winter Genius, de tovenaars van beide partijen, nimfen, herders en soldaten. Behalve deze solorollen hebben koren een belangrijk aandeel in het spel, met prachtige meerstemmige herhalingen van de solozang.
Met de kloeke en welluidende stemmen van het in België gestationeerde maar internationaal samengestelde zangersensemble Vox Luminis had de leiding van de ZaterdagMatinee het perfecte ensemble gecontracteerd. Het verving de Britse Early Opera Company, die vanwege de coronacrisis niet naar Amsterdam kon reizen. Voor Vox Luminis een mooie kans om dit werk nogmaals in Nederland op te voeren. In 2015 en 2018 kreeg het ensemble met Purcells werk forse bijval tijdens het Festival Oude Muziek. Met het optreden in het Concertgebouw behaalde het een nog fraaier succes door de grotere vrijheid waarmee de virtuoze zangpartijen lumineus werden uitgevoerd en vanwege de levendige presentatie in een enigszins geacteerde opzet.
Dat begon meteen al in de openingsscène, als de Saksen hun goden Wodan, Thor en Freya om de overwinning bidden. Solisten uit het koor traden naar voren op het podium, staken de armen in aanbidding uit en bezongen de offerpaarden om de goden gunstig te stemmen. Als derde dier een hengst ‘gefokt in Friesland’!
Brexit-gevoel compleet
Vele andere scènes met spetterende koorpartijen volgden, zoals de lofzang op de godin Britannia, die uit de zee oprijst en zich vestigt op het goede en welvarende Engeland. Vijftig jaar later (in 1740) schreef Thomas Arne een opzwepende melodie bij de uitdagende tekst ‘Rule Britannia’ van James Thomson. Als derde tophit waarmee ‘the British Worthy’ er werd ingeramd kan gelden ‘God save the King/Queen’ van rond 1745. Met de lofzang op Saint George ‘the patron of our isle’, vol bravoure gezongen door sopraan Kristen Witmer, was het Brexit-gevoel compleet.
Effectief in beeld en geluid was zeker de ‘Frost scene’, een beroemd voorbeeld van uitbeelding van winterse koude. Tegen een achtergrond van het geraffineerd strijkende violenensemble zette bariton Sebastian Myrus zijn bibberzang in. Hij werd ontdooid door de hemels zingende sopraan Anna Dennis als Cupido. Dennis blies met handgebaren warme kusjes naar hem en naar het koor, dat als verstijfd met koukleumarmen over elkaar zong: ‘It is Love that has warmed us.’
Behalve over de waardigheid en de grootheid van Engeland gaat deze semi-opera ook over de liefde. ‘It is I that have warmed ye’, zingt Cupido. In de verleidingsscène in het donkere bos probeert een trio met koor de twijfelende Arthur over te halen zich over te geven aan de geneugten van de liefde: ‘How happy the lover, how easy his chain!’ Maar Arthur trapt er niet in. Hij is gewaarschuwd dat alles in dat betoverde woud illusie is.
Staalkaart
Nikolaus Harnoncourt, één van de vele oudemuziekspecialisten die King Arthur uitvoerde en op cd liet vastleggen, klasseerde dit werk van Purcell als een ‘musical’. Vanwege de combinatie gesproken en gezongen tekst, de volkse sfeer van diverse scènes (met de herders, met de boeren), de humor en de afwisseling van lichte en ernstiger muziek. Inderdaad, Purcell toonde zich een meester in het gebruik van allerlei stijlen.
King Arthur biedt een staalkaart van wat de zeventiende eeuw aan muziektheatrale mogelijkheden opleverde, van Italiaanse monodie (het verbluffende lied ‘Fairest isle’ voor sopraan en continuo, schitterend uitgevoerd door Zsuzsi Tóth en theorbe-speler Fred Jacobs) tot religieuze muziek naar Engelse snit (de verering van de goden der Saksen). Van volkse dansen (de herdersscène) tot krijgshaftige oorlogsmuziek met spetterende trompetten en pauken.
Het viel op dat het hele gezelschap van Vox Luminis en de Nederlandse Bachvereniging niet geleid werd door een dirigent, maar dat de muzikaal leider van de Bachvereniging, de violist Shunske Sato, als ‘Stehgeiger’ aanzette tot een gedreven en dansante expressie. Alle instrumentale groepen blonken uit in kleurrijk en virtuoos spel.
De muzikaal leider van Vox Luminis, Lionel Meunier, zong gewoon in de basgroep mee, met wat simpele handgebaren accenten aangevend. Solistisch trad hij wel naar voren, niet zingend, maar met verrukkelijk blokfluitspel in de herdersscène.
De uitvoering is nog terug te luisteren via ‘Uitzending gemist’ op de website van de NTR ZaterdagMatinee.