Recensies

De Beers Figaro: speels en flink stout

Wat moet je doen met een bijna kapot gespeelde Le nozze di Figaro om de aandacht toch gespannen te houden? De Nederlandse regisseur Lotte de Beer bedacht voor een nieuwe productie bij het Festival d’Aix-en-Provence een speelse enscenering met een flinke scheut commedia dell’arte.

De eerste twee bedrijven heeft Lotte de Beer van een flinke scheut commedia dell’arte voorzien. (Festival d’Aix-en-Provence 2021 © Jean-Louis Fernandez)

De eerste twee bedrijven spelen zich af in een volgepropt decor met een reuzegrote wasmachine in het midden en poppenhuisachtige kamers voor de graaf en de gravin terzijde. Zeer aantrekkelijk om naar te kijken, ook door de pittig uitgewerkte karakters van Figaro en zijn bruid Susanna en hun tegenspeler graaf Almaviva.

Na de pauze in de door Arte Concert gestreamde voorstelling verandert de sfeer drastisch. Dan worden de liefdesverwikkelingen in een strak gestileerd decor niet alleen flink stout neergezet, maar daalt er ook een soort schrijnende triestheid over de personages. Dat betreft met name de gravin. Op een leeg toneel heeft de regie in een ontwerp van Rae Smith een groot barok bed geplaatst, waar de gravin als een eenzame vrouw haar tijd uitzit.

Haar positie is des ter schrijnender omdat het lonken van haar man naar andere vrouwen zich tegelijkertijd rondom dat bed afspeelt. De aria ‘Dove sono’ komt hard aan, mede door het klagende tempo waarin Jacquelyn Wagner haar stil verdriet uitzingt en de tijd die dirigent Thomas Hengelbrock neemt om de laatste regels op de wonderbaarlijk mooie muziek af te ronden.

Klankspel

Lotte de Beer mag dan wel de inventieve regisseur van beeld en handelingen zijn, in deze productie is Thomas Hengelbrock minstens even vindingrijk om de zoveelste Nozze van bijzondere glans te voorzien. Hij zet meteen de toon in de uitwerking van de ouverture. De aankondiging van de dolle dag wordt flitsend en virtuoos gespeeld door het Balthasar Neumann Ensemble. Het zorgt met de gonzende klank in de strijkers en contrasterende kleurrijke blazers voor een heerlijk klankspel in de begeleiding van de stemmen. Meteen al het eerste optreden van Figaro, met kruidige en stoere klank gezongen door Andrè Schuen, levert een sensatie voor de oren op.

Na de pauze daalt een soort schrijnende triestheid over de personages, vooral over de gravin (rechts). (Festival d’Aix-en-Provence 2021 © Jean-Louis Fernandez)

Julie Fuchs speelt Susanna met een zekere nuchterheid, en daar past haar heldere en soepele stem erg goed bij. In het pijnboomduet met de gravin, ‘Che soave zeffiretto’, was het weer Hengelbrock die door kleine vertragingen de spanning en de voorpret van de twee kwinkelerende sopranen bewerkstelligde. Daar onder die pijnboom moet de tragedie van de liefdeskomedie tot ontknoping komen. Die pijnboom groeit op uit het barokke bed als een enorm vertakte en kleurrijke fallus, symbool voor de lusten die in alle personages opborrelen.

Top Nozze

De graaf gaat diep door het stof in de sterk geregisseerde passage waarin hij om vergeving smeekt. Gyula Orendt ontroert in zijn vernedering temeer doordat hij steeds zo’n markant uitgewerkte rol speelt als een vrolijke super lover met kolderieke mimiek en een wendbare stem.

De productie kan ook als een top Nozze worden bijgeschreven door de voortreffelijke vocale bezetting van de vele rollen. De Cherubino van Lea Desandre is een lust voor het oor en zelfs voor het kleine partijtje van Barbarina is met Elisabeth Boudreault een uitstekende stem ingezet.

De opera eindigt met het speelse en stoute karakter van de commedia dell’arte. (Festival d’Aix-en-Provence 2021 © Jean-Louis Fernandez)

Opvallend uitgewerkt is de rol van Marcellina, die met haar Basilio het huwelijksfeest van Figaro met Susanna denkt op te blazen. Een stevige tante die in haar grote tas knotten wol en breipennen meesleept. Monica Bacelli speelt en zingt haar rol met verve. Haar breiwoede groeit in het vierde bedrijf uit tot een rage van ijverige figuranten die komische kleren vol erotische symbolen produceren. Hier keert de regie terug naar het speelse en stoute karakter van de commedia dell’arte.

De productie zou goed passen in de rijke traditie van Amsterdamse Mozart-uitvoeringen. In ieder geval blijvend te horen en te zien op Arte Concert.

Vorig artikel

Klassieke vitamines haal je bij Kroon en Vegter

Volgend artikel

Aangrijpend realisme in nieuwe Saariaho

De auteur

Franz Straatman

Franz Straatman