AchtergrondFeaturedInterviewsNieuws

Het woord is aan Joshua Guerrero

Mario Cavaradossi a voi’….. het woord is aan Joshua Guerrero.

Joshua Guerrero als Mario Cavaradossi. Foto: Marco Borggreve

De Amerikaanse tenor van Mexicaanse ouders Joshua Guerrero, maakt zijn roldebuut als Mario Cavaradossi in Tosca bij De Nationale Opera.

De cipier in Tosca geeft de ter dood veroordeelde Mario de kans zijn laatste woorden op te schrijven. Na een intense repetitieperiode van 5 weken en op de dag voor de première van Tosca (op 12 april), sprak de tenor, die niet van interviews zegt te houden, honderduit.

‘Het ontdekken van een nieuwe rol is een reis, niet alleen van mezelf maar ook van het karakter. Voorafgaand aan een repetitieperiode verdiep ik me in de historie, luister en bekijk talrijke opnames, lees allerlei boeken en bestudeer de partituur. Maar dan laat ik dat los en laat ik mijn emoties op de eerste plaats komen om te voelen hoe die de kleuren van de stem, de invulling van de hele rol, bepalen. Emoties zijn echt alles bepalend. Natuurlijk moet ik dan ook alles zangtechnisch invullen en daarna kan ik pas echt ontdekken wie het karakter is. Het is geen twee-, maar een driedimensionaal proces.’

Wie is Mario Cavaradossi nu, na al de repetities, dan geworden?

‘Mario is een kunstenaar maar geen Bohemien; hij is van goede komaf en daarbij is hij een echt Bonapartist die gelooft in de politieke zaak.

Ik kwam erachter dat hij eigenlijk heel introvert is, niet echt heroïsch maar juist delicaat, een artiest die eigenlijk het tegenovergestelde van Tosca is. Zij is een extraverte diva, hij kan in zijn teruggetrokken bestaan als schilder waardering voor zijn kunst vinden. Zij heeft publieke erkenning nodig.

In het repetitieproces met regisseur Barrie (Kosky) en Lorenzo (Viotti) en mijn collega’s, ontdekte ik dat Mario in de aanwezigheid van Tosca tot leven komt, hij bloeit op, kan zich uiten.

Joshua Guerrero repeteert met Gevorg Habokyan als Scarpia.  Foto: Melle Meivogel © De Nationale Opera.

Hij is tot op zekere hoogte onschuldig, maar is zich heel bewust van de keuzes die hij maakt. Als hij besluit Angelotti (die uit de gevangenis is ontsnapt en een vijand van het regiem is, BvdM) te helpen, weet hij heel goed wat de consequenties zijn en accepteert die.

Het is leuk hoe hij zich ook bewust is van zijn relatie met de koster, die zich meer en meer ergert aan de nonchalante manier waarop hij, Mario, in de ogen van de koster, respectloos met het geloof omgaat. In onze productie is de koster geen oudere buffo-zanger, maar juist een veel jongere man, waardoor de relatie tussen de twee in de kerk, heel anders wordt.

Hoeveel van alle kleuren die hij gevonden heeft voor de hele rol, moet of kan hij in het begin van de opera al aanwenden in zijn eerste aria, Recondita armonia?

‘De aria zing ik heel anders dan gebruikelijk. Ik moest daarvoor mijn tenor-ego opzijzetten en niet denken aan hoe lang ik de hoge Bes aan het eind kan aanhouden. Ik zing de aria nu veel meer als een dagdromer die als artiest de schoonheden bijna filosofisch vergelijkt, de twee vrouwen die hij beschrijft, maar ook schoonheid in het algemeen. Het mocht van Barrie en Lorenzo ook niet sentimenteel worden en het is nu echt de tegenhanger van de laatste aria ‘E lucevan le stelle’ geworden, die echt alleen maar emotioneel is.

Joshua Guerrero als Cavaradossi in de derde akte van Tosca. Foto: Marco Borggreve.

De heroïsche klanken van ‘Vittoria, Vittoria’ zijn iets heel anders en die kleuren zitten helemaal niet in het begin van de opera. Die mag ik dan ook niet gebruiken en het was best lastig om dat los te laten. Geen tenor maniertjes en -ego meer. Ik heb me daartoe laten verleiden door de charmeur Barrie en ben daardoor helemaal gaan geloven is zijn visie op de opera.’

Barrie Kosky repeteert Tosca. Foto: Melle Meivogel © De Nationale Opera.

Barrie Kosky noemt zich in een interview geen regisseur, maar meer een slangenbezweerder. Herken je dat beeld?

‘Ja, hij werkt echt puur op charme. Hij nodigt je uit om samen te eten en te drinken en te werken en hoewel hij mijn eigen inbreng in takt laat, weet hij wel degelijk en precies waar hij wil uitkomen. Hij helpt je zijn visie te ontdekken; hij helpt je de weg naar dat doel organisch af te leggen.

5 weken repeteren is een enorme luxe. Geen “staan en zing”-opera, zoals wel vaak gebeurt met repertoire voorstellingen, waar alle zangers hun eigen ding doen.

Alle ideeën die ik, Joshua, voor de repetitieperiode had, moest ik laten varen. Als je die wel meeneemt doe je geen recht aan de rol. Pas aan het eind van het proces komt Joshua weer kijken, eigenlijk dus naderhand. Ik had deze ervaring ook bij de productie van Manon Lescaut in Frankfurt, met Asmik Grigorian. Wat ik van haar leerde was geweldig en vergelijkbaar met wat ik nu heb doorgemaakt bij deze Tosca. Wij, als hedendaagse zangers, moeten veel meer dan alleen maar zingen. De operawereld is veranderd en er is een hele grote esthetische factor bijgekomen. We moeten écht acteren en dat maakt het moeilijker, maar wel interessanter.’

Hoe is de relatie tussen de twee artiesten, de schilder Mario Cavaradossi en de operazangers Floria Tosca?

Malin Byström als Tosca en Joshua Guerrero als Cavaradossi. Repetitie De Nationale Opera. Foto: Marco Borggreve

‘In veel producties van Tosca die ik live of op televisie gezien heb, geloofde ik de liefde tussen die twee nooit echt. Het was meer en soort feit, zonder reden. Ze zijn verliefd, punt uit. Maar als je die liefde niet pikt, pik je de hele lijdensweg van de twee niet. Bij ons is de verliefdheid enorm. Ze zijn duidelijk nog in de beginfase van hun relatie, smoorverliefd, maar ook elkaar aftastend. Ah, jij doet dit, zit dat zo? Ze ontdekken elkaar, de relatie is nog fris.

Er is een enorme fysieke aantrekkingskracht maar ook nog veel onwennig. Voor mij is het zo, dat het niet hun eerste relatie is en ze zijn nog erg opgewonden over de nieuwe relatie. Ze zitten wel helemaal op hetzelfde niveau, ondanks dat ze elkaars tegenhangers zijn. Zij extravert, hij veel introverter, zij een beetje passief-agressief, hij meer onschuldig. Ik heb ook uit mijn eigen ervaring geput hoewel ik maar één zo’n echt intense relatie gehad heb.

Deze relatie is vol passie, en als je dus die liefde en passie echt accepteert, accepteer je alles wat ze gaat overkomen, van de martelingen tot de dood.’

Het bruggetje naar de gepassioneerde Latino, de Spaans-Amerikaanse lirico-spinto tenor is nu gauw gemaakt. Waarom zijn zoveel tenoren in dit stemvak zo vaak Latijns-Amerikaans? De taal is een eerste, vrij simpele reden, maar wat denk Joshua dat er nog meer achter zit?

‘Ja, de taal is natuurlijk het eerste. De klanken van het Spaans en Italiaans liggen dicht bij elkaar en zorgen voor de goede plaatsing voor het zingen, maar er is de passie die nodig is voor de rollen in dit stemvak. Wij hebben passie of in ieder geval het vermogen om zonder schroom onze emoties te laten zien. Er zijn best tenoren in deze traditie die privé heel ingetogen zijn, maar allemaal hebben we het gevoel dat we zonder problemen, zonder schroom ons op het toneel willen en kunnen uiten.

Daarbij hebben veel van ons een aangeboren muzikaliteit. We zijn opgegroeid met muziek, allerlei soorten muziek. Uit een onderzoek is gebleken dat Latino’s of Latijns-Amerikaanse inwoners in de Verenigde Staten het meest naar muziek luisteren en we houden van schoonheid en we hebben echt ‘soul’ .

Wat is er met hem als mens en als zanger tijdens de pandemie gebeurd?

‘Ik ben iemand van ‘achter de wolken schijnt de zon’. Na een paar dagen wist ik dat dit een heel lange periode zou worden en daar heb ik me snel bij neergelegd. Ik geloof dat alles gebeurt met een reden en ik heb me in boeken, meditatie en gebed gestort. Ik heb meteen besloten niet te zingen, echt helemaal niet. Zeven maanden lang heb ik geen noot gezongen. Dat was op zich natuurlijk best goed om de stem wat rust te gunnen. Maar bovenal heb ik de tijd genomen om te ontdekken wie ik ben; niet alleen Joshua de zanger, maar Joshua de man, de mens en de Joshua met andere identiteiten.

Joshua Guerrero op zijn Twitter account.

Zo ben ik enorm gaan ‘doe-het-zelven’. Ik heb een pergola en nog veel meer dingen in en om het huis gebouwd; ik de heb constructiehelm letterlijk en figuurlijk opgezet. Ik ben weer gitaar gaan spelen, kortom ik heb DE TIJD genomen. Ik ben gaan leven in mijn huis en gaan houden van mijn huis, terwijl ik daarvoor soms een week, twee weken, maximaal drie weken thuis was. Ik heb relaties verbeterd met mijn zus en met een partner en ik heb besloten de carrière te volgen die IK wil. Het belangrijkste wat ik in die periode geleerd heb is, dat ik me wil verbinden met mijn mensen, mijn vrienden, mijn familie.  Hoewel het leven en mijn carrière weer versneld op gang zijn gekomen, blijf ik deze gedachten bij me houden. Ik voel me beter dan ooit te voor, ik weet beter wie ik, Joshua Guerrero, ben.’

Zijn Puccini’s eigen woorden, de laatste zin van in de aria ‘E lucevan le stelle’, dan ook voor hem van toepassing?

‘Bedoel je ‘E non ho amato mai tanto la vita?’ (Ik heb nog nooit zoveel van het leven gehouden. BvdM). Ik wist niet dat die woorden van Puccini zelf waren…wow, .. Ja, als ik nu op mijn sterfbed zou liggen, zouden die woorden helemaal waar zijn.’

 

Vorig artikel

Componist Philippe Boesmans overleden

Volgend artikel

Nederlandse opera artiesten in het nieuws

De auteur

Bo van der Meulen

Bo van der Meulen