Divorce of Figaro over vluchtelingen
Divorce of Figaro neemt vooral de vluchtelingenproblematiek op de hak
Holland Opera brengt dit jaar Divorce of Figaro, een nieuw gecomponeerde opera gebaseerd op het toneelstuk Figaro läßt sich scheiden van Ödön von Horváth, première april 1937 in Praag. De regie is in handen van Joke Hoolboom die ook het libretto voor haar rekening nam. Ik ken het oorspronkelijke toneelstuk niet, maar kreeg de indruk dat ze er tamelijk vrij mee is omgegaan.
Von Horváth schreef zijn werk in de tijd dat er duidelijk oorlogsdreiging in de lucht hing. Vanwege het repressieve klimaat ontvluchtten velen Duitsland waar Horváth woonachtig was. Verhalen over de problemen waarmee die emigrés te kampen kregen inspireerden Horváth tot het schrijven van dit stuk, al plaatste hij het in de context van de Franse revolutie. De adel zocht in groten getale een veilig heenkomen in het buitenland, wachtend tot het revolutionaire vuur weer zou zijn gedoofd.
Het verhaal haakt aan bij Figaro’s Hochzeit, met huize Almaviva als model voor de vluchtende Franse adel. Figaro en Susanna zijn de dag ervoor getrouwd als plotseling het land lijkt te ontploffen. In plaats van op huwelijksreis te gaan nemen ze hun broodheer en diens vrouw mee op een vlucht naar een veilig nabuurland. In het toneelstuk is dat Nederland, een verwijzing naar keizer Wilhelm II. Erg logisch is dat niet, komend uit Frankrijk, maar dat is een kleinigheid.
De problemen beginnen pas goed aan de grens. En daar haakt Hoolboom op spitse wijze in op de actualiteit. Problemen met taal, identiteitspapieren, verblijfs- en werkvergunningen passeren in door droge humor gekenmerkte dialogen de revue. De vluchtelingen spreken Duits, maar om zich verstaanbaar te maken horen we alle betrokkenen ook Nederlandse en Engelse woorden en zinnetjes debiteren. Als Figaro zijn Susanna duidelijk maakt dat ze meer moeite moet doen om in te burgeren stelt hij dat ze Nederlands moet leren spreken, of op zijn minst Engels. Het is allemaal zeer herkenbaar en maakt van het gebeuren nogal voorspelbaar een tragikomedie.
Susanna herkent in haar Figaro niet langer de man die ze had getrouwd. Niet meer op zijn ponteneur staan zoals vroeger, maar met iedereen meepraten in zijn nieuwe barbershop. Ze wijst hem af, laat zich verleiden door een klant, Herr von Cherubin, (Erik Slik) die haar vervolgens een baan als serveerster geeft in zijn nachtclub. Die scène wordt aangegrepen voor een spetterende act van mezzo sopraan Jony Overdijk als geoefend paaldanseres.
Uiteindelijk keert iedereen terug naar het slot van Almaviva waar Pedrillo, een vroegere koetsier, het tot Schloßverwalter heeft geschopt. Maar als blijkt dat hij zijn toeslagaanvraagformulier niet geheel correct heeft ingevuld, moet hij het veld ruimen voor Figaro. Met een op de bekende hit ‘Suzanne’ gebaseerd lied weet deze vervolgens zijn vrouw Susanna weer terug te winnen. Figaro’s divorce is slechts van tijdelijke aard.
Muziek
Het werk is al tweemaal eerder op muziek gezet, maar dirigent en componist Niek Idelenburg koos ervoor zelf de muziek voor deze nieuwe versie van het stuk samen te stellen. Daarbij maakte hij zoveel als mogelijk gebruik van Mozarts muziek voor Le Nozze di Figaro al hoor je sommige aria’s in een zeer verrassende context. Zo zingt de gravin een aria van Cherubino en betreurt Susanna het verlies van haar Figaro op de muziek van Barbarina, die haar speld kwijt is. Met eigen composities vult Idelenburg het geheel aan, grotendeels tonaal met alleen in Susanna’s grote monoloog in de tweede akte een paar dissonanten. Verder veel Sprechgesang in charmant meertalig koeterwaals. Van abrupte stijlovergangen is geen sprake, het komt over als een geheel en dat verdient een compliment.
De enorme montagehal die luistert naar de naam Werkspoorkathedraal biedt veel mogelijkheden tot spelen met de ruimte. De protagonisten blijven veelal dicht bij het publiek dat op een stellage heeft plaatsgenomen. Maar het koor en de kleinere rollen bewegen zich vrijelijk op elektrische voertuigen door de hal. Ik heb nog nooit zoveel scootmobiles bij elkaar gezien. Voor de barbershop heeft men ergens een stel klassieke kappersstoelen op wieltjes opgeduikeld, of gewoon laten maken. Het is een aardig beeld.
Alle zangers zijn uitgerust met een microfoon zodat het geluid goed gemoduleerd kan worden. Tom Gelissen verricht hiermee een topprestatie. Aan het orkest (Carthago Consort) valt echter weinig eer te behalen. Het is gesitueerd op flinke afstand van de tribune en het geluid lijkt als een onbestemde wolk door de enorme hal te dwalen. Sowieso klinkt het orkest als dof gedreun. Alleen als er een solist de kans krijgt, bijvoorbeeld met een trombonesolo, komt het geluid tot zijn recht. Het went wel overigens, je accepteert na verloop van tijd gewoon dat het orkest in deze setting nu eenmaal zo klinkt, maar het geeft wel aan dat de keuze voor een overmaatse hal als speellocatie zo zijn nadelen heeft.
Susanna steelt de show
De hoofdrollen zijn uiteraard voor het jonge stel Figaro en Susanna. Bas-bariton Joris van Baar is een welluidende Figaro die echter in dit libretto aanmerkelijk minder dominant is dan in het stuk van Beaumarchais. Dat geldt niet voor Susanna. In Le Nozze draait de handeling vooral om haar al krijgen de anderen muzikaal meer mogelijkheden om de show te stelen. Ook in deze sequel speelt ze de absolute hoofdrol en Idelenburg benadrukt dat door haar de mooiste muziek te geven. De Canadese sopraan Elisabeth Hetherington grijpt de geboden kansen met beide handen aan. Zowel acterend als zingend weet ze zichzelf het merendeel van de voorstelling in het centrum van de handeling te plaatsen, daarbij alle aandacht voor zich opeisend. Ik vond haar een verrukkelijke Susanna die ik ook graag eens in Le Nozze aan het werk zou willen zien.
De vele andere rollen waren zonder meer goed bezet. Het koor klonk wat amorf, maar dat zal hoofdzakelijk te wijten zijn aan de bijna onmogelijkheid voor een groep rondrijdende zangers de geluidsbalans goed te regelen.
Het werk werd gespeeld zonder pauze en de omstandigheden – zeer warm, harde stoeltjes, twee uur- deden me denken aan de eerste akte Götterdämmerung in Bayreuth. Voor een geoefende Wagneriaan is dat geen probleem, maar met de rest van het publiek had ik wel een beetje te doen. Hulde aan al die bezoekers die in groten getale waren gekomen en zich niet hadden laten afschrikken door de voorspelde hittegolf. Zo werd het een mooie avond met een zeer enthousiast publiek.
Voorstellingen tm 27 augustus in de Werkspoorkathedraal in Utrecht.
Verder lezen, kijken en luisteren
Bekijk de trailer van Divorce of Figaro