Orkaankracht Hérodiade in Düsseldorf
De grand opéra Herodiade van Jules Massenet werd voor het eerst opgevoerd in de Koninklijke Muntschouwburg van Brussel op 19 december 1881. Peter Franken ging naar Düsseldorf voor de premiere van een nieuwe productie van de Deutsche Oper an Rhein.
Hérodiade is een opera op een libretto van Paul Milliet en Henri Grémont alias George Hartmann (samen met Milliet ook librettist van Werther) en gebaseerd op het verhaal Hérodias van Gustave Flaubert. De handeling speelt zich af in het Jeruzalem van het begin van de eerste eeuw, en vertelt het verhaal van de gevangenschap en de dood van Johannes de Doper; dezelfde gebeurtenissen waarop Oscar Wilde zijn toneelstuk Salomé baseerde.
Verhaal
De handeling is complex, maar op hoofdlijnen gaat het verhaal als volgt. Koning Herodes Antipas, vorst van Galilea en Perea, neemt het niet zo nauw met de joodse zeden en gewoonten. Zo heeft hij Herodias, de vrouw van zijn overleden broer gehuwd, naar verluidt zelfs voor diens dood en daarmee inbreuk gemaakt op de bijbelse voorschriften. Sterrenwichelaars, valse profeten en farizeïsche schriftgeleerden trachten hun heilsleer te slijten aan het volk.
Een ervan is de ziener Phanuel die door Herodias wordt geraadpleegd als ze angsten heeft over haar toekomst. Een groot deel van de bevolking is arm en dwaalt rond in vertwijfeling. Het jonge meisje Salome is een van hen, op zoek naar haar moeder in een ontwrichte wereld. Salome werd door haar moeder kennelijk gezien als een storende factor, bijvoorbeeld omdat haar nieuwe echtgenoot iets te veel belangstelling voor haar aan de dag legde. Het meisje is ‘zoekgemaakt’ en heeft zich als groupie aangesloten bij een sekte, die van de rondzwervende guru Jean, beter bekend als Johannes de Doper. En zoals vaak het geval gaat haar bewondering en gevoel van geborgenheid bij de meester na korte tijd over in verliefdheid. Zij bezingt die gevoelens in haar aria ‘Il est doux, il est bon’. Johannes wijst haar af, voor hem gaat het om een grotere liefde, die voor zijn god.
Dood
Na de nodige verwikkelingen komen zowel Salome als Johannes in het paleis van Herodes terecht, laatstgenoemde als gevangene. Herodes heeft Salome een keer gezien maar niet herkend. Sindsdien beheerst ze zijn gedachten, dag en nacht. Herodias voelt aan dat er een andere vrouw in het spel is en is op zoek naar haar rivale. Tegelijkertijd is ze uit op de dood van Jean die haar heeft beledigd wegens haar ontrouw en incestueuze huwelijk met Herodes. Herodes ziet in Johannes een bedreiging maar probeert tegelijkertijd hem voor zijn politieke karretje te spannen. Als echter blijkt dat Salome verliefd is op Johannes is deze sekteleider plotseling een rivaal in de liefde. Dat volstaat om Herodias haar zin te geven, ze vraagt al de hele tijd om zijn executie. Al die tijd heeft Herodias haar verloren dochter niet herkend, of wendt dit voor. Salome wil met Johannes ter dood gebracht worden, hij was haar beschermer en ze houdt van hem. In de kerker komen ze eindelijk tot elkaar en Johannes bekent haar zijn liefde. Na de dood van Johannes komt het tot een confrontatie tussen Herodias en Salome waarbij de dochter haar tegenspeler, die ze verantwoordelijk houdt voor Herodes’ besluit om tot executie over te gaan, probeert te doden. Als Herodias eindelijk bekent haar moeder te zijn steekt Salome in wanhoop zichzelf neer.
De opera werd onder druk van de nog zeer invloedrijke kerk verbannen uit de Parijse theaters en de Aartsbisschop van Lyon ijverde enige tijd voor Massenets excommunicatie. En dat alles vanwege het feit dat de grote profeet uit het christendom ten tonele wordt gevoerd als een man die ontvankelijk is voor de liefde van een vrouw, gemakshalve door de Aartsbisschop neergezet als prostituée. Dat was natuurlijk veel erger dan wat Oscar Wilde en Strauss later met dit personage zouden doen. Zodoende week Massenet uit naar La Monnaie in Brussel. Om de première toch bij te kunnen wonen werden voor zo’n 400 Parijzenaars speciale treinen ingezet.
Grand Opéra
Met zijn liefdesverhaal tegen een historische achtergrond leent het libretto zich voor een compositie in de stijl van de grand opéra. Massenet maakt daar dankbaar gebruik van al is de rol van het koor minder prominent dan in de hoogtijjaren toen Meyerbeer de vaandeldrager van het genre was. Flaubert geeft in zijn verhaal ruim baan aan het oriëntalisme dat ten tijde van de ontstaansperiode enorm in de mode was. Het draait om de wijze waarop door het ‘verlichte’ westen wordt gekeken naar het ‘mysterieuze’ oosten waarbij het daaruit voortvloeiende gevoel van superioriteit zich uit in de opgelegde machtsverhoudingen: kolonisator versus gekoloniseerde.
Het beeld dat men van oriëntaalse vrouwen heeft is hiervan een metafoor. Het is de mannenfantasie van de altijd beschikbare vrouw die overheerst wil worden. Massenet werkt dit uit in de tweede akte van zijn opera door Herodes te tonen ten prooi aan slapeloosheid. Hij blijft maar fantaseren over Salome en om hem tot rust te brengen wordt een ballet uitgevoerd door een stel slavinnen terwijl een jonge Babylonische vrouw hem een speciale drank toedient om weg te kunnen dromen. Met die dansende haremvrouwen krijgt de toeschouwer ruimschoots de gelegenheid met de smachtende vorst toe te werken naar diens natte droom. Men sprak van joie de vivre tijdens de Belle Epoque maar het is natuurlijk gewoon het equivalent van seks, drugs and rock and roll.
De actuele politieke situatie is ook een plekje toebedacht. Frankrijk had de nederlaag tegen Duitsland in 1870 nog lang niet verwerkt en de kroning van Wilhelm I tot keizer van Duitsland, notabene in Versailles, maakt de vernedering van het joodse volk dat onderworpen is aan het Romeinse gezag zeer herkenbaar. De komst van een Romeins legertje in Jeruzalem onder leiding van consul Vitellius staat bijna model voor de intocht van Wilhelm als tijdelijke bezetter.
Belle Epoque
De nieuwe productie van regisseur Lorenzo Fioroni die op zondag 27 mei in Düsseldorf in première ging toont al deze aspecten op overtuigende wijze. De handeling is geplaatst in de Belle Epoque en het interieur van het restaurant Le Train Bleu en een loge in het Palais Garnier worden door decorontwerper Paul Zoller rijkelijk benut. Voor het overige is het vooral een leeg toneel dat door middel van bepaalde accenten het beeld van een woestijn oproept. In de meeste scènes loopt iedereen er bij in kostuums einde 19e eeuw met dien verstande dat Phanuel er uit ziet als woestijn kluizenaar en Jean en Salome eigentijds gekleed zijn. Hij als dominee in burger met een baard, zij als rugzaktoerist. De haremvrouwen en die Babylonische dame die Herodes een drug toedient zijn uiteraard schaars gekleed in de stijl van ‘ondeugende’ foto’s die in Massenets tijd zo populair waren. Ze mochten er wezen, maar dit geheel terzijde.
Johannes wordt in de derde akte voorgeleid en wat volgt is een parafrase op de hoorzitting van Jezus bij Pilatus, met inbegrip van het volk dat de dood van de sekteleider eist. Hij vormt een bedreiging van de lieve vrede. Nu Vitellius de joden het recht op gebruik van de tempel heeft toegezegd en beloofd heeft de status van de hogepriester te zullen respecteren, zit niemand meer op een opstand te wachten.
De enscenering is hier plotseling zeer eigentijds met het volk in tokkie uitmonstering. Later wordt ook een elektrische stoel in gereedheid gebracht. Salomé slaagt er in haar grote liefde in zijn dodencel te bezoeken en na lang aandringen geeft hij toe. Net als ze liggen te rollebollen wordt hij gehaald: zijn ure is gekomen.
Herodias heeft korte tijd een actrice als dubbelganger. Die van Herodes loopt de gehele voorstelling in diens kielzog en moet vermoedelijk diens zielenroerselen extra aanschouwelijk maken. Voor Salome was ook een actrice op de bühne, zij het om een andere reden. Sopraan Luiza Fatyol had (vermoedelijk na de Klavierprobe) een ongeluk gehad en zong met haar linkerarm in het gips en met een mitella langs de zijkant, zonder lessenaar overigens. Lotte Zuther acteerde de rol, vrij verdienstelijk maar zoiets blijft behelpen natuurlijk.
Cast
Mezzo Ramona Zaharia gaf een zeer krachtige vertolking van de titelrol, zowel in haar spel als haar zang. Haar immer geile echtgenoot die de grip op zijn privéleven net zozeer kwijt is als op zijn heerschappij als vazalvorst kreeg gestalte in de persoon van bariton Bogdan Baciu. Hij leverde eveneens een prima prestatie: die twee echtelieden waren aan elkaar gewaagd. Daarbij had ook hij goede dubbelganger, de acteur Andreas Bittl. Het tweede koppel werd gevormd door Salome en Jean. De onfortuinlijke Luiza Fatyol was werkelijk voortreffelijk als Salome. Groot bereik, mooi timbre, goed in staat wisselende emoties in haar voordracht te leggen. Tenor Sébastien Guèze kwam in vergelijking nogal monochroom over.
Aardige bijrollen waren er voor de bas Luke Stoker als Phanuel, de bariton Vitellius (een lookalike van Wilhelm II) en sopraan Verena Kronbichler als de Babylonische haremdame. De kleinere bijrollen waren adequaat bezet. Het koor en extrakoor onder leiding van Gerhard Michalski evenals het kinderkoor maakten er toch wel een echt grand opéra van. Voor extra effect kwamen ze regelmatig via zijdeuren de zaal in het zongen dan tussen de toeschouwers.
Oordopjes
De Düsseldorfer Symfoniker stonden onder leiding van Sébastien Rouland. Er werd uitstekend gemusiceerd. Een goede weergave van de partituur en natuurlijk met een rol voor de saxofoons, het nieuwtje van die tijd. Een minpunt was in mijn beleving het geluidsniveau. Met uitzondering van Fatyol zong iedereen voortdurend luidkeels en speelde het orkest op orkaankracht. Als me zoiets in de bioscoop overkomt tijdens een voorstelling uit de Metropolitan Opera loop ik de zaal uit om de geluidstechnicus te laten waarschuwen. Volgende keer neem ik oordopjes mee.
Verder lezen, luisteren en kijken
Een video die en kijkje geeft achter de schermen tijdens de repetities van Hérodiade.
Mooie kostuums voor Herodiade te zien in deze video.
In 2015 besprak Lennaert van Anken een Le Cid van Massenet in de Opéra Garnier in Parijs.