YouTube-portret: Nicolai Gedda
Tenor Nicolai Gedda overleed op 8 januari, 91 jaar oud. Het nieuws kwam deze week naar buiten. Gedda’s carrière strekte zich over ruim vijftig jaar uit. Jaren waarin hij de wereld verbaasde met de schoonheid van zijn stem en zijn ongekende muzikaliteit. Een portret in beeld. Met dank aan YouTube.
Nicolai Gedda had een stem van goud. Perfect gecontroleerd, met blinkende hoogte. De muzikaliteit droop van zijn optredens en opnames af en stilistisch bevond hij zich op eenzame hoogte. Niet het minst door zijn perfecte beheersing van zijn talen. Hij was maar liefst zeven talen machtig: Zweeds, Russisch, Engels, Duits, Frans, Italiaans en Latijn.
Het was die combinatie van intellect en muzikaliteit die Gedda deed uitgroeien tot één van de grootste tenoren van de afgelopen eeuw. Volgens sommigen was hij de meest opgenomen tenor aller tijden.
Harry Gustaf Nikolaj Gädda werd geboren in Stockholm. Zijn ouders konden hem niet onderhouden, waarna hij door zijn vaders zus Olga Gädda in huis werd genomen. Zij trouwde later met Michail Ustinov, een cantor in de Russisch-Orthodoxe Kerk. Het echtpaar voedde Gedda tweetalig op: in het Zweeds en in het Russisch.
Gedda begon te werken als bediende in een bank in Stockholm, maar op een gegeven moment gaf een cliënt hem de kans om een studie zang te volgen bij Carl Martin Öhman (die ook Jussi Björling ontdekte).
In 1952 maakte hij op 26-jarige leeftijd zijn debuut bij de opera van Stockholm, in de rol van Chapelou in Le postillon de Lonjumeau van Adolphe Adams. Hieronder een fragment van een film van die opera.
Gedda kwam kort na zijn debuut onder de aandacht bij de beroemde, machtige platenproducent Walter Legge, die zocht naar een Dmitry voor een opname van Boris Godoenov. Gedda was de eerste auditant. “Hij zong de bloemenaria uit Carmen zo teder en toch hartstochtelijk dat ik bijna tot tranen werd bewogen. Hij deed de moeilijk rijzende toonladder en eindigde met een heldere en schitterende Bes”, schreef Legge later in Walter Legge: Words and Music.
Hieronder zingt Gedda de bloemenaria uit Carmen.
Het duurde niet lang voordat Gedda internationale aandacht kreeg. In 1953 stond hij al op het toneel van het Teatro alla Scala in Milaan (als Don Ottavio in Don Giovanni), in 1954 volgde de Opéra Garnier in Parijs en in 1957 betrad hij voor het eerst het toneel van de Metropolitan Opera in New York, als Faust in de gelijknamige opera van Charles Gounod.
Hieronder zingt hij de beroemde Faust-aria ‘Salut, demeure chaste et pure’, in een Parijse productie van de opera van Gounod uit 1975. Hier was hij dus al vijftig jaar.
In de 26 jaren die volgden, zong Gedda 28 rollen bij de Met. Hij ontpopte zich als een zeer veelzijdige zanger. Verdi, Mozart, Donizetti, Rossini, Offenbach, Tsjaikovski, Puccini, Massenet, Bizet: hij zong van alles. En uiteraard niet alleen in New York, maar ook in andere beroemde operasteden.
Befaamd was zijn vertolking van de titelrol in Massenets Werther. Hieronder de aria ‘Pourqoui me reveiller’ – onmisbaar in een portret van Gedda.
Van een heel ander kaliber was Gedda’s vertolking van Arnoldo uit Rossini’s Guillaume Tell. Hieronder zingt hij ‘Asile hereditaire’, gevolgd door ‘Amis, amis’. In het fragment is ook iets te horen van zijn verbazingwekkende hoogte.
Gedda zong naast opera ook veel liederen, in tal van recitals. Een voorbeeld daarvan hieronder. De tenor zingt een Russisch lied van Malashkin.
Gedda bleef tot op hoge leeftijd doorzingen. Zo nam hij in 2001 nog de rol van keizer Altoum (Turandot) op en zong hij in 2003 een Mozart-rol voor een opname.
Hieronder (ook weer als blijk van zijn veelzijdigheid) een fragment van een concertante opvoering van Candide van Leonard Bernstein in 1989, met de componist zelf op de bok. Gedda was hier al ruim de zestig gepasseerd, maar krijgt er nog steeds een paar hoge bessen uit.
18Reacties
Weer een groot man die heengegaan is. Ik heb hem één maal live gezien bij een liedrecital in de Munt…
@Stefan. Net als U heb ik hem maar één keer live gehoord in een liederenrecital in Het Concertgebouw in Amsterdam. Misschien hetzelfde programma dat hij in De Munt uitvoerde. Het programmaboekje heb ik nog wel maar ik heb het niet bij de hand.In het kader van Het Holland Festival van 1961 vertolkte hij de hoofdrol in Benvenuto Cellini van Berlioz o.l.v. Georges Prêtre in De Stadsschouwburg van Amsterdam.
De eerste keer dat ik hem hoorde was meteen op mijn (of eigenlijk: mijn vaders) eerste aangekochte opera-integrale opname op LP: CARMEN onder G. Prêtre met oa Maria Callas.
ja ik heb nicolai Gedda gezien in Benvenuto Cellini was mooi met o.a Antoinette Tiemessen ook zo ondergewaardeerd hier destijds.
heb hem ook gehoord in Les Pecheurs de Perles concertant in Utrecht was toen al op leeftijd.
En een groot operettezanger. https://youtu.be/UUc7SfUD3Ag
Uiteraard, Olivier Keegel. Zoals toentertijd nagenoeg alle grote persoonlijkheden onder de grote operazangers zich allerminst te groot voor operette achtten.
En niet te vergeten zijn formidabele Nadir in Utrecht in 1988 tijdens de KRO operaconcerten reeks: samen met Henk Smit en Faye Robinson leverde Gerda en onvergetelijke vertolking. Nu weer te beluisteren op Radio 4 archiefopnamen, een absolute aanrader!
en met een neus ook voor onbekend repertoire: Die Opernprobre van Lortzing, Der betrogene Kadi van Gluck, Der Schauspieldirektor van Mozart, Die Zwillingsbrueder van Schubert,Abu Hassan van Weber. Deze Kurzopern werden 2012 door EMI heruitgebracht. Alleszins de moeite waard!
En dat herinner ik me nu pas weer zijn fenomenale optreden in de Matinee op de Vrije Zaterdag in La Dame Blanche van Boieldieu op 28 november, 1964. Ik heb het door hem gesigneerde programmaboekje voor me.
Nicolai Gedda was vocaal en stilistisch een grootheid met een prachtige, èchte tenorstem. Ik heb hem meerdere malen live mogen meemaken, en dat over een periode van zo’n 36 jaar! Benvenuto Cellini in K&W 1961, Parelvissers concertant in Utrecht, een operetteconcert met Deutekom, een schitterend recital in de Robecoserie, en in Wenen 1970 in La Bohème en Rigoletto.
Over zijn beröemde LP met Franse aria’s las ik in een advertentie:”When a tenor hits high C, it’s unusual, when a tenor hits high D, it’s Nicolai Gedda”! Zijn hoge F in de opname van I Puritani met Sills is ongeëvenaard, luister maar op Youtube! Perfect voorbereid en in voix mixte (vergelijk met Pavarotti’s falset….. Tegenwoordig kunnen veel lichtere tenoren die hoge F wel zingen, het wordt bijna gewoon, maar in mijn ogen deed niemand het zó als Gedda. Zijn dood stemt weemoedig, maar de herinneringen blijven.
Ja werkelijk een groot artiest die zijn populariteit in de Duitstalige landen ook wist vast te houden via regelmatige televisieoptredens als Das Sonntagskonzert en Anneliese Rothenberger gibt sich die Ehre.
geachte heer Laceulle.Helemaal mee eens ook zijnBenvenuto Cellini gezien en de concertante parelvissers in Utrecht operetteconcet met Deutekom emn daar gaat het nu net om weet dsat er een opname is van Ipuritani van hun maar kan er niet aankomen helaas zoek al jaren .
Dat kan toch niet zo moeilijk zijn, ik zie zelfs 2 verschillende!:
http://www.operapassion.com/cdald2131.html
of
https://www.amazon.com/Bellini-Puritani-Florence-December-1970/dp/B006ZPTGFY
@ C. Horsmeier: volgens mij is deze opname van 20 december 1970 uit Florence nog steeds leverbaar via Amazone, ook als streaming. Dirigent is Riccardo Muti.
dank u ga direct kijken.
Over de doden niets dan goeds, maar zijn Pinkerton en Don José op de Callas opnames heb ik altijd bleek en irritant huilerig gevonden.
Natuurlijk, Gert-Jan, geen enkele zanger, zelfs Gedda niet, is altijd op alle fronten feilloos. Héél lang geleden, draaide Paul Korenhof op radio 4 een fragment uit Le postillon de Lonjumeau met Gedda. Ik schreef hem dat ik Gedda daarin nogal hoekig vond, zeker
vergeleken met John van Kesteren. In zijn antwoord viel hij me niet
af en zegde me toe de volledige opname met Van Kesteren binnenkort
te zullen uitzenden. Altijd aangenaam benaderbaar, Paul Korenhof, net als bv. Hein van Eekeren.
Huilerig, zeg je, Gert-Jan, dat vond ik Gedda zelfs ook wel eens. Ik geef toe dat ik hem destijds vooral bewonderde om zijn veelzijdigheid en stijlvolheid maar hij bezet bij mij intussen al heel lang zijn dik verdiende plaats onder mijn toptenoren!
Jaarlijks, in de veertigdagentijd, beluister ik de uitvoering van de Matthäus Passion olv Wolfgang Gönnenwein met solisten als Theo Altmeyer, Franz Crass, Teresa Zylis-Gara, Julia Hamari, Hermann Prey en Nicolai Gedda. Ongetwijfeld valt er van alles op te merken over de interpretatie van deze Matthäus. Ik ben geen expert. En ja, ik geniet ook van de uitvoering van Paul McCreesh. Maar de solisten bij Gönnenwein zingen zó ongelofelijk goed! No. 25 ‘Oh Schmerz!’, no. 26 ‘Ich wil bei meinem Jesu wachen’, no. 41 ‘Geduld! Geduld!’, gezongen door Gedda zijn de mooiste uitvoeringen die ik ken. Gedda evenaart hier Fritz Wunderlich, naar mijn bescheiden mening. Nogmaals, ik ben geen deskundige, maar wel een liefhebber van een goede lyrische tenor.