FeaturedOperarecensie

Oliemans geeft verbluffend Schubert-recital

De tweede avond van het ‘Schubert-liederen Minifestival’ van de Robeco Zomerconcerten was de avond van Thomas Oliemans. Ieder lied, of het nou acht of tachtig regels besloeg, was bij hem een kunstwerkje, vlekkeloos en meeslepend gezongen. Sopraan Sarah Fox viel er helaas bij in het niet.

Thomas Oliemans (foto: Marco Borggreve).

Het ‘Schubert-liederen Minifestival’ is een idee van de bekende liedbegeleider Malcolm Martineau. Met zes verschillende solisten brengt hij in drie concerten tal van liederen van Franz Schubert ten gehore. Allemaal liederen uit de jaren 1815 tot 1817.

Na de prachtige tenor Robert Murray op maandagavond te hebben gehoord, had het tweede concert wederom een verrassing in petto. Ik had veel positieve verhalen over Thomas Oliemans gehoord en mocht al diverse malen van zijn zang genieten, maar dat hij tot zulke verbluffende dingen in staat was, kwam toch onverwachts.

Oliemans zong de liederen als het vertellen van een verhaal: heel natuurlijk, heel vloeiend en vooral ook heel tekstbewust. Ieder woord klonk logisch, van de eerste tot laatste. Er was gewoon geen speld tussen te krijgen. Geen noot viel uit de toon, geen moment viel de spanning weg.

Achter zijn meeslepende vertolkingen ging een vocale precisie en nuance schuil van heb ik jou daar. Zijn tempi, dynamiek en klankkleuren waren perfect afgestemd op de tekst, regel voor regel.

Daarnaast ken ik maar weinig zangers die gezegend zijn met zo’n rijke stem. Zijn bariton is mooi en tot alles in staat in alle registers, van een krachtige bodem tot een hemels rondzingend plafond. De manier waarop hij bijvoorbeeld zijn kopstem benutte in ‘Der Tod Oscars’ deed je adem stokken.

Malcolm Martineau.

Sopraan Sarah Fox, die de andere helft van de liederen voor haar rekening nam, viel helaas in het niet bij Oliemans, al vond ik dat ze dat grotendeels aan haarzelf te wijten had. Waar Oliemans de spanning continu vasthield, doorbrak zij hem juist door bijvoorbeeld te zware accenten, te luidruchtige medeklinkers en uit de toon vallende klinkers. Het ‘voelde’ niet lekker, waardoor ik moeilijk meegenomen kon worden door de muziek.

Pas helemaal aan het einde kwam ze enigszins op dreef, met ‘Rastlose Liebe’ en ‘Vedi quanto adoro’. Daar sprak ze klare taal. Mischien nog niet allemaal even fraai, maar wel overtuigend.

Gelukkig telde de pracht van Oliemans voor twee, dus erg teleurgesteld kon ik niet zijn over de Britse zangeres. Bovendien hield pianist Martineau met zijn enthousiaste begeleiding het niveau de gehele avond lang hoog. Hij speelde alsof hij de liederen kon dromen.

De conclusie van dit zeldzaam mooie recital mag wat mij betreft luiden: zoek de agenda van Oliemans op en zorg dat je hem te horen krijgt. Voordat hij alleen nog maar op de allerhoogste tonelen te horen is.

Het slotconcert van het ‘Schubert-liederen Minifestival’ vindt plaats op vrijdag 23 juli. André Morsch en Sophie Bevan zullen dan diverse liederen voor hun rekening nemen. Zie voor meer informatie de websites van het Concertgebouw en de Robeco Zomerconcerten.

Vorig artikel

Angela Meade: de nieuwe Norma?

Volgend artikel

José Carreras maakt rentree bij La Scala

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

2Reacties

  1. Basia Jaworski
    22 juli 2010 at 01:07

    Inderdaad.
    Ik ben al “op leeftijd” en vaak blasé, maar wat Thomas vanavond liet horen is werkelijk buitengewoon!
    Ik was ontroerd.

  2. Laura
    22 juli 2010 at 13:42

    Thomas Oliemans was gisteravond inderdaad verbluffend: wat een stem, wat een aandacht voor de tekst en wat een zeggingskracht! Prachtig! Ook ik was ontroerd.