Studeren op Bernstein in Den Bosch
De Amerikaanse componist/dirigent Leonard Bernstein zou komende zomer honderd worden. Hij haalde dat niet, maar zijn muziek is vooralsnog onsterfelijk. Een nieuwe generatie zangers studeert deze week op zijn repertoire tijdens de IVC Bernstein Masterclass. François van den Anker doet verslag.
Sinds afgelopen zaterdag klinkt het in Den Bosch af en toe naar de Upper West Side van New York en naar Parijs als er muziek uit West Side Story en Candide wordt gezongen. De jonge deelnemers aan de Bernstein Masterclass die het Internationaal Vocalisten Concours (IVC) organiseert, werken onder leiding van zeer ervaren collega’s aan het vocale repertoire dat Bernstein de wereld naliet en dat zijn glans nog lang niet verloren heeft. Amerikaans, mainstream, soms mierzoet, maar onder meer door de dynamiek en de taal lastig om te zingen. Dat ontdekken de jonge talenten.
Op de website van het IVC staat een video waarin master Roberta Alexander herinneringen ophaalt aan Bernstein als presentator van klassieke muziek op tv en als de man die haar via de telex van raad voorzag toen ze zijn liederen opnam, samen met pianiste Tan Crone. De plaat wordt binnenkort heruitgegeven. In het filmpje zit ook een fragment van een duet dat Roberta Alexander in 1991 zong met tenor Bruce Sellers tijdens een gala voor de Nederlandse televisie.
Zo’n 27 jaar later zitten de twee naast elkaar op het podium van het Theater aan de Parade in Den Bosch. Het is woensdag, de dag van het openbare deel van de week vol coaching en training. Onder de deelnemers zijn vijf sopranen, drie mezzo’s, één alt, twee tenoren en drie baritons, die solo’s en ensemblestukken instuderen. Zangtechniek, interpretatie en rolpresentatie krijgen veel aandacht. Professionele videocamera’s leggen de werksessies vast, zodat de deelnemers ze nog eens terug kunnen kijken. Ze zullen ook op het online platform van het IVC verschijnen.
A boy like thát!
Als het IVC een aparte concoursafdeling voor masters zou beginnen – de leeftijdscriteria moeten er iets voor worden opgerekt – zou sopraan Roberta Alexander een dikke kans maken op de gouden medaille. Helemaal indachtig het moderne adagium ‘hard op de inhoud, zacht op de relatie’ loodst ze, met de andere masters, de studenten door het veeleisende repertoire van Bernstein. Ze gebruikt humor om haar boodschap over te dragen, maar kan ook streng zijn op de vocale prestaties.
Het eerste duo, mezzosopraan Agata Schmidt en sopraan Jenny Stafford, opent de middag met ‘A boy like that/I have a love’ uit West Side Story. Bernstein componeerde – zoals dat in de genen van alle Amerikaanse componisten lijkt te zitten – de nodige schetter en tetter, maar ook beeldschone melodieën, die het publiek ook in 2018 diep raken. De gloedvolle vertolking door de twee kandidaten illustreert dat meteen; master Alexander houdt het niet droog en moet even schakelen voor ze commentaar kan geven.
Dat commentaar is er volop. Onder meer over de taal. Bernsteins taal is Engels en dat lijkt makkelijk, maar is het niet. “A boy like that”, de tekst van de mezzo, vraagt aandacht. De Poolse Agata Schmidt – op de website van haar management staat ze bij de alten – komt er in de rol van Anita vocaal goed uit, maar de uitspraak kan beter, vinden de masters. “That, thahhht, thááát, je moet de woorden bijna uitspugen”, is het advies.
Naast de lage partij van Agata is de Maria van Jenny Stafford hemels hoog. Ze zingt prachtig, maar het mag van master Sellers niet té mooi worden. Het moet Bernstein blijven, het is geen Mahler. “Don’t switch to ‘Urlicht’”, houdt hij de zangeressen voor.
“Isn’t it a beast of a language”, vraagt Sellers retorisch aan de solisten en aan de zaal. Niet alleen een goede uitspraak is van belang, bij West Side Story speelt ook de vraag van het accent. Je hebt een keuze: Engels met of zonder Puerto Ricaans accent, vindt Sellers, maar dat moet je wel consequent doen.
What’s wrong with him?
Als tweede kandidaat staat bariton Berend Eijkhout er alleen voor. Zijn lied ‘To what you said’ uit de minder bekende cyclus Songfest is op een tekst van Walt Whitman. Na wat aanwijzingen uit de partituur zijn de masters zeer tevreden, maar de zanger is dat duidelijk niet. Roberta Alexander schakelt de zaal in: “What’s wrong with him?” De boodschap komt aan, en met meer zelfvertrouwen zingt hij nog eenmaal het lied.
Met de waarschuwing “fasten your seatbelts” kondigen de masters het stuk aan waarmee Ariana-Esmée Skverer optreedt. De Nederlandse coloratuursopraan, met Amerikaans-Argentijnse roots, studeerde aan de Fontys Hogeschool in Tilburg. Cunegondes aria ‘Glitter and be gay’ uit Candide is een mini-opera vol wisselingen in tempo en sfeer. Haar eerste vertolking is nog wat voorzichtig.
“Dit is een satire op de negentiende-eeuwse opera”, leggen de masters uit. Er mag meer melodrama in, het mag groter. “Theatrical on steroïds”, dat moet het volgens Bruce Sellers zijn, dus “camp it up!” De tips helpen en een volgende start bevalt de masters beter. De twee ervaren zangers stellen de jonge sopraan gerust: “Als je dit stuk in een productie doet, geeft de dirigent je alle ruimte met die coloraturen. Jij bepaalt en het orkest volgt.”
Rigoletto
De derde master tijdens de Bernsteinweek is de Amerikaanse dirigent Ryan Bancroft. Veel jonger dan zijn collega-docenten, maar niet minder scherp. Terwijl de vijf zangers het podium betreden, vergelijkt hij het kwintet ‘Tonight!’ – dat uitroepteken moet erbij volgens de dirigent – met het kwartet uit Rigoletto. Vanaf zijn plek voor het podium dirigeert Bancroft en geeft hij aanwijzingen. “Ze hebben geluk dat ik geen zanger ben, ik ga niet in op de zangtechniek”, zegt Bancroft tegen de zaal. Hij kent alle details uit de muziek en kan precies aangeven waar de filmversie afwijkt van de musical West Side Story.
Zonder enscenering, kostuums, dans en decor toont de concertante uitvoering door de vijf solisten heel precies aan hoe complex de muziek van Bernstein is en hoe veeleisend. De jonge solisten werken vol overgave aan het repertoire, de zaal leeft en neuriet soms mee.
Aan het einde van de Bernsteinweek krijgen de jonge talenten een groot podium. Op vrijdagavond 26 januari in het Theater aan de Parade in Den Bosch en op zaterdag 27 januari in Nationale Opera & Ballet in Amsterdam geven de deelnemers presentatieconcerten. Zie voor meer informatie de website van het IVC.