Les Huguenots tijdens Die Wende
Kort na ‘Die Wende’ in Duitsland haalde de Deutsche Oper Berlin een geslaagde productie van Die Hugenotten van Meyerbeer van stal. In 2013 werd de voorstelling (opnieuw) op dvd uitgebracht. Peter Franken zag zowel de historische uitvoering in Berlijn als de dvd-opname. Een bespreking.
In 1987 ging bij Deutsche Oper Berlin een nieuwe productie van Meyerbeers bekendste opera Die Hugenotten in première, in een Duitse versie, geregisseerd door John Dew. Vier jaar later programmeerde het Berlijnse huis dit werk als zomerbespeling. Zo kort na de hereniging van Duitsland werden veel toeristen in Berlijn verwacht en Meyerbeers tweehonderdste geboortejaar vormde een mooie aanleiding om juist deze productie te hernemen.
Ik bezocht de voorstelling op 30 augustus 1991, de eerste van drie waarbij opnamen werden gemaakt. Jaren later verscheen hiervan een dvd, die in 2013 opnieuw werd uitgebracht. In 1987 was de wereld nog in twee kampen gescheiden, iets wat in Berlijn zeer aanschouwelijk was gemaakt door middel van de Muur. Vier jaar later was alles anders, maar de herinnering aan de gespleten Duitse samenleving was nog zeer levend. Een stuk van de Muur met daarop gekalkt ‘Ein fester Burg ist unser Gott’ was voor elke toeschouwer nog zeer herkenbaar.
Regisseur John Dew ontwikkelde zich in de jaren negentig tot een fenomeen op het gebied van Franse opera’s die op de achtergrond geraakt of zelfs vergeten waren. Na zijn productie van Die Hugenotten voor de Deutsche Oper Berlin ensceneerde hij voor het Theater Dortmund een hele reeks, waarvan ik Les Troyens, La Juive en Louise zag. Voor Julien, het volstrekt in de vergetelheid geraakte vervolg op Louise, had ik een kaartje, maar ik was uiteindelijk verhinderd om naar Dortmund af te reizen.
Groot ballet
Het is wel erg makkelijk om het fenomeen grand opéra af te doen als de tegenhanger van de opéra comique, dus een groot ballet in de derde akte tegenover een werk met gesproken dialogen. Een grand opéra voldoet in principe aan de volgende kenmerken.
Het werk is doorgecomponeerd van begin tot eind en wordt dus niet onderbroken door dialogen. Er is sprake van een episch verloop in vijf bedrijven en het geheel wordt aangekleed met koor- en balletscènes. In de derde akte vindt altijd een groot ballet plaats. Er wordt steeds een sociaal-historisch thema behandeld vanuit een realistisch oogpunt. De grand opéra kiest voor wat betreft haar thematiek niet langer voor de mythologie of de antieke geschiedenis. De dramatische handelingen worden geplaatst in het iets recentere verleden, met een voorkeur voor de middeleeuwen of de zestiende of zeventiende eeuw.
Het eerste bedrijf laat de toeschouwer kennismaken met de protagonisten en de historische, maatschappelijke verhoudingen waarbinnen zij gebonden zijn. In het tweede bedrijf is sprake van ontwikkeling; de plot tekent zich af, om in het derde bedrijf zijn definitieve vorm te krijgen. In een groot ballet kan worden gedaan alsof er niets aan de hand is, maar dit kan ook juist worden gebruikt om het onthulde conflict te becommentariëren of na te spelen. De vierde akte behandelt de gerezen crisis en de slotakte toont de vaak dramatische afloop.
Iedereen beledigd
Les Huguenots speelt zich af aan de vooravond van de Bartholomeusnacht op 24 augustus 1572, het slotakkoord van tien jaar godsdienstoorlogen waarin katholieken en protestanten elkaar in Frankrijk naar het leven stonden.
Tegen het einde van de middeleeuwen was West-Europa goed beschouwd geworden tot een totalitaire maatschappij op christelijke grondslag. Daarin werd de koers bepaald door de Rooms-Katholieke Kerk, een religieus machtsinstituut dat veel weg had van een multinationale corporatie, erop gericht om door middel van simonie en verkoop van aflaten zo veel mogelijk geld uit de gemeenschap te kloppen. De reformatie was zodoende niet slechts het gevolg van een inhoudelijk verschil van inzicht, het was een revolutie die van deze multinational weer een geloofsgemeenschap wilde maken. Dat biedt een verklaring voor de felheid waarmee de strijd werd uitgevochten.
De zus van de koning, Marguerite de Valois, probeert door het arrangeren van een huwelijk beide partijen met elkaar te verzoenen. Dat heeft van doen met het gegeven dat godsdiensttwisten vooral onder de heersende klasse werden uitgevochten. Wordt daar de vrede hersteld, dan zal ook het gewone volk wel weer tot bedaren komen. Hiertoe moet de graaf de Nevers zijn verloving met Valentine Saint-Bris verbreken, zodat Raoul, een protestantse edelman, met haar kan trouwen. Raoul denkt echter dat er een spelletje met hem wordt gespeeld en wijst het voorstel af. Iedereen beledigd, een verzoening is verder weg dan ooit.
Het huwelijk van Nevers met Valentine vindt alsnog plaats en de katholieke edelen smeden plannen om hun protestantse collega’s in Parijs een kopje kleiner te maken, want ‘God wil dat’. Als Valentine na de nodige verwikkelingen met Raoul in het strijdgewoel verzeild raakt, wordt ze door haar eigen vader gedood, die er blindelings van uitging dat die onbekende vrouw ook wel protestant zou zijn.
Stefan Soltesz
De opname van de voorstelling in Berlijn laat een moderne setting zien. Voorspelbaar speelt de scène aan het hof van Marguerite de Valois in Chenonceaux zich af bij een zwembad met hofdames in bikini en Valois als diva in badpak en zonnebril. Andere decorbeelden suggereren de toestand in Berlijn van voor 1991: een muur die een woonblok in tweeën splijt, verlaten huizen, kale gevels zonder ramen. Oost en West, katholieken en hugenoten.
Het werk is flink gecoupeerd, met name in het derde bedrijf. De dvd heeft een looptijd van ruim tweeënhalf uur. Niettemin is deze productie van John Dew zeer aan te bevelen. Hoewel er betrekkelijk onbekende zangers aan het werk zijn, is de opname muzikaal beslist bovenmodaal.
Richard Leech is de enige met een grote reputatie en hij zet een solide Raoul neer. Angela Denning is een schitterende Marguerite en Lucy Peacock een fraaie Valentine. Opmerkelijk is het optreden van Camille Capasso als de page Urbain, die heimelijk verliefd is op zijn koningin. In mannenkleren en met een snor is hier wel erg nadrukkelijk een ‘Hosenrolle’ van gemaakt. Capasso haalt alles eruit dat er voor haar inzit, aandoenlijk en komisch, maar muzikaal voortreffelijk.
De muzikale leiding is in handen van Stefan Soltesz; verrassend om die ineens terug te zien als veertiger. Ik zou hem later regelmatig meemaken in Antwerpen en Essen. Goed beschouwd is dit de enige opname die echt de moeite waard is. Het kostuumdrama dat in Sydney werd opgetuigd ter gelegenheid van het afscheid van Joan Sutherland blijft er muzikaal duidelijk bij achter.