Achtergrond

Vroege Mozarts: Mitridate, Re di Ponto

Als jonge tiener begon Wolfgang Amadeus Mozart al opera’s te componeren. Ze groeiden niet uit tot de tijdloze kaskrakers die hij op latere leeftijd creëerde, maar zijn niettemin de moeite waard. Peter Franken neemt vijf vroege Mozarts onder de loep. In deel één: Mitridate, Re di Ponto.

Het ontstaan

Mozart was slechts 14 jaar toen hij de opdracht voor Mitridate kreeg.

In 1770 werd Mozart door zijn vader Leopold meegenomen op een reis door Italië met het doel daar bekendheid te verwerven en ergens een aanstelling te bemachtigen. Dat laatste lukte uiteindelijk niet, maar de expeditie leverde wel een opdracht voor het schrijven van een opera op. Dat werd Mitridate, re di Ponto, op een libretto dat door Vittorio Cigna-Santi een paar jaar eerder was geschreven voor de componist Quirino Gasparini, wiens Mitridate in 1767 in Turijn in première was gegaan.

De 14-jarige Mozart moest niet alleen laten zien dat hij in staat was een dergelijke grote opdracht uit te voeren, maar tegelijkertijd de onvermijdelijke vergelijkingen met Gasparini het hoofd bieden. De cavata van Mitridate, ‘Se di lauri il crine adorno’, moest hij een aantal keren herschrijven, omdat stertenor Guglielmo d’Ettore er niet tevreden mee was. Uiteindelijk ontstond een hybride van Gasparini’s en Mozarts werk.

Op 26 december 1770 vond in Milaan de première plaats en ondanks dat het werk goed werd ontvangen, verdween het daarna uit zicht. Naar verluidt werd het pas twee eeuwen later voor het eerst weer uitgevoerd, in Salzburg.

In 1992 stond deze vroege Mozart op het programma bij De Nationale Opera in een regie van Pierre Audi, met Bruce Ford in de titelrol. Opmerkelijk genoeg werd de rol van Sifare niet vertolkt door een sopraan, maar door de tenor Richard Croft. Zijn broer Farnace kwam voor rekening van de countertenor Jochem Kowalski.

De opera

Mitridate is een klassieke opera seria en omvat slechts één duet en een slotkoor, dat eigenlijk een kwintet van de solisten is. De overige 22 nummers zijn vaak zeer lange aria’s, waardoor er in totaal ruim drie uur muziek moet worden uitgevoerd.

Ook al zijn we die stijlperiode voorbij in 1770, de muziek, woorden, kostuums, decors, gebaren en regie waren nog steeds grotendeels onderworpen aan de stilistische principes van de barokopera. Hierdoor komt het werk eerder over als een proeve van bekwaamheid in een reeds lang bestaand genre dan als een poging tot vernieuwing. Maar goed, de jonge componist heeft een mooi stuk werk afgeleverd en laten zien dat hij zich kon meten met concurrenten waarvan de reputaties reeds lang gevestigd waren.

Drie uur is wel erg lang voor een werk dat een verhaal vertelt in korte recitatieven, waarna één van de deelnemers aan het gesprekje minutenlang zingend gaat herhalen wat er gezegd is. Het wordt al gauw eentonig, temeer daar er nauwelijks een lagere stem te horen is. In dat opzicht was die bezetting van Croft zo gek nog niet.

De plot

De handeling heeft betrekking op de gebeurtenissen aan het einde van de regeringsperiode van Mitridate, die heerste over een koninkrijkje in Klein-Azië en zich de Romeinse republiek lange tijd van het lijf wist te houden. Zijn zoon Farnace heeft zich echter al geschikt in het onvermijdelijke; hij heeft contact gezocht met de vijand en zal na de dood van zijn vader genoegen nemen met de status van vazal. Mitridate ziet zich echter als gelijkwaardig aan Rome: hij wil optrekken naar die stad en het Capitool in brand steken. Dat levensdoel eenmaal vervuld, zal hij sterven in de as van dat gebouw.

Sifare is de jongere broer van Farnace en staat buiten deze intrige. Maar evenals zijn broer is hij verliefd op de jonge bruid van zijn vader. Deze Aspasia is weliswaar nog niet met Mitridate getrouwd, maar wordt al wel behandeld als koningin.

Mitridate stuurt na een verloren slag met de Romeinen het bericht de wereld in dat hij is gesneuveld, om te zien wat zijn zoons in politiek opzicht zullen doen. Dat ze ook achter zijn nieuwe vrouw aanzitten, is echter een verrassing. Na de nodige verwikkelingen wil hij hen beiden wegens verraad ter dood brengen, maar vooral door toedoen van Ismene, de versmade verloofde van Farnace, komt het uiteindelijk toch weer goed. Zij is de enige die in dit mijnenveld van jaloezie en intrige haar verstand en gevoel kan laten samenwerken. Mitridate berooft zich van het leven na weer een verloren slag en de jongens zetten de strijd voort. In Vivaldi’s Farnace zien we de oudste broer weer terug.

Kijken en luisteren

In 1993 stond Mitridate op het programma van het Royal Opera House. Een opname van de productie werd in 2008 op dvd uitgebracht door Opus Arte.

Het toneelbeeld is eenvoudig maar kleurrijk. Er gebeurt bijzonder weinig en om de aandacht vast te houden, heeft decor- en kostuumontwerper Paul Brown alles uit de kast gehaald. Hij laat de personages flink opvallen. Behalve Ismene lopen alle hoofdfiguren in een kostuum met wijd uitstaande rok, zoals een achttiende-eeuwse mantua. Bij de vrouwen is het een jurk. De kostuums zijn zeer rijk gedecoreerd en met motieven die zowel Europees als oosters aandoen. Zelfs een vleugje kabuki en Chinese opera valt erin te herkennen. Figuranten voeren een werveldans uit, derwisjen avant la lettre. Rood is de overheersende kleur en het algehele resultaat is een bewijs dat je met kostumering heel wat kunt bereiken. Goed te weten nu er de komende jaren in veel theaters bezuinigd zal moeten worden.

Bruce Ford zingt evenals in Amsterdam de titelrol. Door zijn acteren en intonatie weet hij het onprettige karakter van Mitridate goed tot uiting te laten komen, mooi gezongen ook. Sopraan Ann Murray vertolkt de rol van de jongste zoon Sifare, die zijn liefde voor Aspasia beantwoord weet, zonder daar iets mee aan te kunnen. Het haalt hem wel de gram van zijn broer Farnace op de hals, prettig onsympathiek vertolkt door countertenor Jochen Kowalski.

Aspasia is een prachtige rol van Luba Orgonasova, maar het mooist zijn toch de momenten dat Ismene zich met de handeling komt bemoeien. Lilian Watson maakt er een aandoenlijk oprecht personage van en het is heerlijk om naar haar te luisteren.

Na Mitridate volgden de gelegenheidswerken Asciano in Alba en Il sogno di Scipione. Mozarts volgende grote opera Lucio Silla zou pas twee jaar later komen. Daaraan is de volgende aflevering in deze serie gewijd.


Lees ook de andere delen in deze serie:

Vroege Mozarts: Lucio Silla
Vroege Mozarts: La Finta Giardiniera
Vroege Mozarts: Il re pastore
Vroege Mozarts: Zaide

Vorig artikel

De Munt annuleert speelreeks Carmen

Volgend artikel

In de zalen: lockdown, kapsalons, Figaro

De auteur

Peter Franken

Peter Franken