Marcel Sijm gaat met Sweeney de diepte in
Een musical op het repertoire van een operagezelschap: dat zie je niet ieder seizoen. De Nederlandse Reisopera waagt zich vanaf 5 september aan Sweeney Todd van Stephen Sondheim. Marcel Sijm, een regisseur die van alle markten thuis is, doet de regie. “Een musical in de oorspronkelijke taal en met een vol orkest, dat zie je niet meer in Nederland.”
Als ik binnenkom in de repetitieruimte van de Reisopera in Enschede, is Marcel Sijm druk bezig de nodige regiehandelingen te demonstreren in de winkel van Mrs. Lovett, de ‘partner in crime’ van Sweeney Todd in Sondheims gelijknamige thriller-musical. Vandaag draait de repetitie vooral om het ‘sound environment’ dat geluidsontwerper Wil-Jan Pielage op de achtergrond van de voorstelling zal monteren. Geluiden van wind, storm en andere elementen moeten het verhaal, ook tijdens de gesproken dialogen, verlevendigen.
Sijm is tevreden met de vooruitgang. Maar of er een moment komt dat hij echt kan zeggen: nu is het af? “Iedereen moet genoeg van je hebben en zeggen: ‘Ik doe het nu zelf.’ Dan, als ik niks meer mag zeggen, ben ik goed bezig.”
Regisseur Marcel Sijm was eerder te gast bij de Nederlandse Reisopera voor Der Freischütz en Snow White. Ook bij andere gezelschappen regisseerde hij veel opera, maar daarnaast werkte hij ook aan kinderproducties, musicals, jazzvoorstellingen en vele andere stijlen en genres. “Onlangs heb ik nog poppentheater gemaakt rond Thelonious Monk. Een stuk over een beroemde jazzpianist, voor volwassenen, met poppen: daar word ik wild van. Waarom? Omdat ik niet weet hoe het moet. Ik zoek producties waarbij ik denk: hoe moet ik dit ooit aanpakken? Daarmee kan ik mezelf voortdurend vernieuwen.”
Met Sweeney Todd neemt Sijm zijn tweede grote musical onder handen. Eerder regisseerde hij Chess van Tim Rice, in samenwerking met dirigent Jeroen Sleyfer, die ook nu bij Sweeney van de partij is.
Waarom een musical doen bij een operagezelschap?
“Musical is eigenlijk lichte, Amerikaanse opera. En wat wij in Nederland vaak opvoeren, is nog weer een hele lichte variant daarvan. De musicals met zeer romantische en eenvoudige storylines hebben in Nederland een eigen publiek gewonnen, maar de ‘betere’ musicals, met veel materiaal dat ook operaliefhebbers zal aantrekken, worden niet opgevoerd. Ze zijn te complex en te duur.
Ik kan wel zeggen dat Sweeney Todd de beste musical ooit is, maar toch was het in 1993 voor het laatst dat die hier te zien was. Ik vind het daarom knap dat Nicolas Mansfield (intendant Nederlandse Reisopera, JK) ervoor kiest om zijn repertoire te verbreden en het operapubliek kennis te laten maken met dit tussengebied tussen opera en musical.
Voor mij persoonlijk is het leuk dat ik bij de Reisopera veel aandacht kan geven aan het sublieme, het abstracte, het fantastische dat in de muziek zit. Veel meer dan bij commerciële producenten, waar het vooral om geld verdienen gaat. Ik kan hier met musical de diepte in gaan. Bovendien: een musical in de oorspronkelijke taal en met een vol orkest, dat zie je niet meer in Nederland.”
Hoe kwamen jullie tot de keuze voor Sweeney Todd?
“Dat was al lange tijd een ‘gimmick’ tussen Dale Duesing en mij. We hadden al heel lang het idee dat we ooit samen Sweeney Todd wilden doen. Toen Dale gevraagd werd voor de rol, was het dus kat in ’t bakkie.
Met Dale hebben we de hoofdrol helemaal gedekt. Hij is één van de beste zangers die ik ken en heeft voor deze rol een kaliber waar je als regisseur alleen maar van kunt dromen. Met hem kunnen we het stuk recht doen.”
Je hebt een stuk en je hebt een perfecte hoofdrolspeler: hoe ga je dan verder?
“Dat was een reuzeprobleem. We hadden een Mrs. Lovett nodig die met twee voeten naast deze Sweeney kon staan. Iemand met sterkwaliteiten. En geen operazangeres, want Sondheim schreef deze rol niet voor een operazangeres. Zelfs de besten lukt het niet. Nee, het moest een comédienne zijn, een echte actrice. Maar er zijn niet zo veel artiesten in Nederland die kunnen acteren én zingen.
Uiteindelijk kwamen we bij Sanne Wallis de Vries uit. De eerste werksessie ging heel goed en daarna heeft ze heel hard gestudeerd op de ongelofelijk moeilijke partituur die haar rol heeft, zodat ze mee kon komen met de operazangers.”
De andere rollen zijn bezet met zowel operazangers als musicalzangers. Gaat dat goed samen tijdens het repetitieproces?
“In tegenstelling tot acteurs werken opera- en musicalzangers beiden van buiten naar binnen. Ze leren eerst de tekst en gaan dan verder ‘naar binnen’ toe, de diepte in. Dat ging fantastisch samen.”
Betekent de inzet van musicalzangers dat er versterkt gaat worden?
“Ja, dat moet wel. Maar ik houd van versterken. Veel huizen zijn te groot om te kunnen nuanceren. Met versterking kan dat wel. En onze oren zijn eraan gewend dat de stem wat opgetild wordt. Bovendien hebben we een hele goede geluidsdesigner. Voor mij geldt eigenlijk dat alles wat kan helpen om een voorstelling goed te maken welkom is.”
Hoe gaat je regie er uitzien? Ga je het helemaal anders doen? Of houd je je aan het origineel?
“Geen van beide. Ik probeer simpelweg een artistieke vertaling te vinden van de wereld van Sweeney Todd. Pas toen ik al tien jaar theater maakte, vroeg iemand me een keer: in welke periode speelt de voorstelling zich eigenlijk af? Ik had me daarvoor nog nooit met die vraag beziggehouden. Ik zoek eerder naar wat past bij de sterke kanten van de artiesten met wie ik werk. Ik moet de performers, designers en mijzelf de ruimte geven, zodat wij het verhaal kunnen vertellen in onze eigen taal. Het is mijn taak om te zorgen dat al die mensen die hun ding doen met elkaar iets te vertellen hebben.
Daarom heb ik ook geen standaard werkwijze. Ik heb natuurlijk wel mijn eigen smaak en stijl, maar ik wil elk stuk nieuw benaderen en het stuk de vorm laten dicteren. Je moet een werk niet in een vorm dwingen omdat je nu eenmaal zo gek bent op die vorm.
Bij Sweeney Todd voelden we dat de structuur zo vaststond dat we in onze productie eigenlijk alleen maar de wereldpremière kunnen herhalen. Wel willen we het minder donker maken. Alle Sweeney Todds zijn donker en gruwzaam, op een Dickensachtige manier. Maar wij willen óók de bonte en wilde kant van Londen laten zien, zodat je het werk toch opnieuw gaat bekijken.”
Wat probeer je te bereiken met je producties?
“Uiteindelijk een stuk entertainment. Dat begrip is lang veronachtzaamd, maar ik heb het over entertainment van een hele hoge kwaliteit. Verder wil ik troost brengen. Dat is bij dit werk op het eerste gezicht misschien wat lastig, maar uiteindelijk handelen Sweeney en de andere karakters uit liefde. Daar is mijn ingang.
Mensen hebben vaak een hard bestaan. Ze moeten om zes uur ’s morgens op en hebben een dag waarin van alles gebeurt. ’s Avonds kunnen ze dan in het theater rust vinden. En troost, entertainment en verdieping. Niet zozeer op intellectueel vlak, maar eerder op creatief en emotioneel vlak. Ik probeer het intellect uit te schakelen. Niet in het maakproces, maar wel in de beleving.
De tijd dat de regisseur als ‘de grote romantische ziel’ zijn ei legde voor het publiek is wel voorbij. Het is onze taak om het publiek te ‘vermaken’. Ik hoop dan ook een zo groot mogelijk deel van het publiek te bereiken. Ik wil iedereen iets meegeven.”
Sweeney Todd wordt van 5 september t/m 17 oktober elf keer opgevoerd in verschillende theaters in Nederland. Zie voor meer informatie de website van de Nederlandse Reisopera.