Discografie: Salome
Na de desastreuze productie van Peter Konwitschny in 2009 is Salome vanaf 9 juni terug op het toneel van De Nationale Opera, in een nieuwe regie. Tijd voor Basia Jaworski om haar discografie van Richard Strauss’ opera te herzien en te updaten.
Er zijn van die opera’s die veel verbeeldingskracht van de toeschouwer vereisen. Salome bijvoorbeeld. De puberale heldin is slechts 15 jaar jong, maar Richard Strauss geeft haar zeer heftige noten te zingen. Je moet er een stem van een Isolde voor hebben, maar je moet ook kunnen overtuigen als jong en aantrekkelijk ding. En je moet uit de kleren…
Dat laatste hoefde van Strauss aanvankelijk niet. De zangeres die in 1905 bij de wereldpremière in Dresden de rol van Salome zong, Marie Wittich, was nogal zwaarlijvig. Maar Aino Ackté, een in die tijd zeer populaire Finse sopraan en een zeer aantrekkelijke vrouw, wist Strauss te overtuigen dat zij de enige echte Salome was. Ze nam balletlessen en bereidde de rol met de componist zelf voor. Haar eerste Salome zong ze in 1907 in Leipzig en daarmee werd ze de allereerste zangeres in de geschiedenis die de ‘Dans van de zeven sluiers’ zelf uitvoerde.
Londen (1910, onder Beecham), Parijs en Dresden (onder Strauss) volgden, en zo zette Ackté de standaard neer, waar niet veel zangeressen tegen zijn opgewassen. Niet dat ze de striptease helemaal uitvoerde: onder de sluiers droeg ze een huidkleurige body, die naaktheid suggereerde.
De allereerste die helemaal naakt van onder de sluiers tevoorschijn kwam – althans op de bühne – was waarschijnlijk Josephine Barstow. Eerst in Sadler’s Wells in Londen in 1975 en kort daarna bij de Staatsoper in Berlijn, in de productie van Harry Kupfer die in 1994 ook te zien was bij De Nationale Opera in Amsterdam:
Een ander punt waar menige regisseur en sopraan moeite mee kunnen hebben, is het karakter zelf. Is Salome daadwerkelijk een gevaarlijke verleidster en naar seks hunkerende nymfomane? Of is ze een gewone puber, op zoek naar liefde en genegenheid? Of een verwend meisje, dat opgroeit in een liefdeloze omgeving waar men meer om geld en uiterlijk vertoon geeft dan om wat dan ook? Wellicht is ze een slachtoffer van de driften van haar geile stiefvader, die moeite heeft met haar ontluikende seksualiteit, en gelooft ze in haar naïviteit dat de ‘heilige man’, met zijn mond vol normen en waarden, haar daadwerkelijk kan helpen? Waarna ze op wraak zingt als hij haar afwijst Moeilijk.
Wat te doen met Jochanaan? In het libretto staat nadrukkelijk dat hij jong en aantrekkelijk moet zijn, maar vind eens een bas-bariton met een grote stem en een autoritaire uitstraling die ook nog eens voldoende aantrekkingskracht heeft op een mooie, door de mannen bewonderde en begeerde prinses. Het blijft tobben.
Cd’s
Christel Goltz (1954)
Deze opname is misschien niet de beste Salome uit de geschiedenis, maar bijzonder is het zeer zeker. Zodra je gewend bent aan het scherpe monogeluid, gaat er een totaal nieuwe klankwereld voor je open, één die zijn weerga niet kent. Ik zou uren kunnen luisteren naar de klankrijkdom en de kleuren van de Wiener Philharmoniker. Alleen al daarvoor zou ik deze opname niet willen missen!
Dirigent Clemens Krauss behoorde tot de kring van Strauss-intimi. Hij dirigeerde een paar premières van Strauss-opera’s en dat is te horen.
Christel Goltz is een uitstekende Salome. Zelfbewust, weinig naïef en zeer krachtdadig. En wat een stem! Julius Patzak (Herodes), Margareta Kenney (Herodias) en Hans Braun (Jochanaan) zijn niet echt bijzonder, maar de door Anton Dermota met smacht en traan gezongen Narraboth maakt veel goed. (Naxos 8111014-15)
Birgit Nilsson (1962)
Deze opname heet legendarisch te zijn, maar hij heeft mij nooit kunnen bekoren. Ook de interpretatie van de titelrol door Birgit Nilsson is nooit aan mij besteed geweest. Nilsson heeft een stem waar je u tegen zegt, maar zij is nergens verleidelijk, erotisch of naïef.
Eberhard Wächter overschreeuwt zichzelf als Jochanaan en Waldemar Kmentt is als Narraboth een grote vergissing. Wat overblijft, is de spannende directie van Georg Solti. (Decca 4757528)
Montserrat Caballé (1969)
Montserrat Caballé? Werkelijk? Ja, werkelijk. Haar eerste Salome zong Caballé in Basel in 1957. Ze was toen nog maar 23 jaar oud.
Salome was ook de eerste rol die ze in Wenen zong, in 1958, en ik kan u verzekeren: ze was één van de allerbeste Salome’s ooit. Zeker op de opname die ze in 1969 maakte onder de zinderende leiding van Erich Leinsdorf. Haar prachtige stem, met de toen al aanwezige fluisterzachte pianissimi en fluwelen hoogte, klonk niet alleen kinderlijk, maar ook zeer bewust seksueel geladen. Een echte Lolita.
De door Sherrill Milnes zeer charismatisch gezongen Jochanaan heeft de uitstraling van een fanatieke sekteleider en Richard Lewis (Herodes) en Regina Resnik (Herodias) completeren de voortreffelijke cast. (Sony 88697579112)
Caballé als Salome in 1979:
Hildegard Behrens (1978)
Deze opname koopt u voornamelijk vanwege Narraboth. Wieslaw Ochman klinkt zo waanzinnig verliefd en zo verschrikkelijk wanhopig dat je werkelijk medelijden met hem krijgt. Ook de Herodias van Agnes Baltsa is niet te versmaden: haar vertolking van de rol behoort tot de beste die ik ken. José van Dam is een zeer autoritaire Jochanaan: een echte prediker en missionaris, waar weinig aantrekkingskracht van uitgaat.
Hildegard Behrens’ Salome vind ik weinig erotisch. Met haar toen nog lichte lyrische stem klinkt ze als een verwend kind dat boos wordt als ze haar zin niet krijgt. Daar is wel iets voor te zeggen, zeker omdat Behrens een onvoorstelbaar goede stemactrice is. Alles wat ze zingt, is letterlijk te volgen. Hier heb je geen libretto bij nodig.
De echte erotiek vindt u in de orkestbak: Herbert von Karajan dirigeert zeer sensueel. (Warner Classics 50999 9668322)
Cheryl Studer (1991)
Ik realiseer me dat velen van u het niet met mij eens zullen zijn, maar voor mij is Cheryl Studer de allerbeste Salome van de laatste vijftig jaar. Althans op cd, want ze heeft de rol nooit compleet op de bühne gezongen. Als weinig anderen weet ze het complexe karakter van Salome weer te geven. Luister alleen maar naar haar vraag: “Von wer spricht er?”, waarna ze zich realiseert dat de profeet het over haar moeder heeft en ze op een verbaasde, kinderlijk naïeve manier zingt: “Er spricht von meiner Mutter.” Meesterlijk.
Bryn Terfel is een zeer viriele, jonge Jochanaan (het was, denk ik, de eerste keer dat hij de rol zong), maar het allermooiste is de zeer sensuele, breedklankige directie van Giuseppe Sinopoli. (DG 4318102)
Dvd
Teresa Stratas (1974)
Voor Teresa Stratas lag Salome, net als voor Studer, niet binnen haar stembereik: haar stem was daarvoor te klein en zou nooit boven de zware orkestklank kunnen uitkomen. Maar een film, ja, dat kon wel, zeker omdat ze een echte actrice was, waar de camera bijzonder van hield.
Haar portrettering van de prinses in de film die Götz Friedrich in 1974 voor de tv maakte is onvergetelijk. Als een erotische slang kronkelt ze met haar prachtige lijf over de grond, maar haar mooie ogen spreken van onschuld. Wel straalt ze een zekere kilte uit, wat wellicht de schuld van de gefilmde perfectie kan zijn. Want perfect is de film zeer zeker, je kunt wellicht zelfs van één van de meest geslaagde operaverfilmingen ooit spreken.
Toegegeven: sommige scènes (en zeker de make-up) doen een beetje gedateerd aan, maar wat is het allemaal spectaculair! De decors en kostuums zijn zeer realistisch; je waant je in een door Herodes geregeerd Judea. Op geld werd duidelijk niet beknibbeld.
Bernd Weikl is een schitterend zingende, aantrekkelijke Jochanaan (jammer alleen van zijn bespottelijke pruik) en Astrid Varnay is een klasse apart als de huiveringwekkende Herodias. Wat die vrouw aan gezichtsuitdrukkingen ter beschikking heeft, is onvoorstelbaar, en je vergeeft het haar dat haar stem inmiddels helemaal versleten is. Eigenlijk past dat ook bij de rol.
En ja: Stratas gaat uit de kleren. Na haar prachtig sensueel uitgevoerde dans valt ze totaal uitgeput naakt op de grond. (DG 0734339)
Hieronder de laatste scène uit de film:
Maria Ewing (1992)
Ook Maria Ewing is een zeer aantrekkelijke Salome. Ook zij heeft haar uiterlijk mee en met haar verongelijkte gezicht, pruilende mond en wijd opengesperde grote ogen kan ze zonder moeite voor een teenager worden aangezien. En ze kan zingen ook.
Jochanaan wordt gezongen door de zeer aantrekkelijke, slechts in een minuscuul slipje geklede Amerikaanse bariton Michael Devlin. Van zijn spieren ben ik bijzonder onder de indruk, van zijn stem minder. Toch: de erotisch geladen spanning tussen hem en Salome is om te snijden. Dat is theater!
Kenneth Riegel is wellicht de beste Herodes in de geschiedenis. Zijn blikken zijn geil en zijn stem klinkt wellustig, maar ook zijn angst voor de profeet is bijna fysiek voelbaar. Adembenemend.
De 25 jaar oude Royal Opera House-productie van Peter Hall, de toenmalige echtgenoot van Ewing, is zeer traditioneel. En ja, ook Ewing gaat voor ‘full monty’. (Opus Arte OA R3108 D)
Maria Ewing in de dans van de zeven sluiers:
Nadja Michael (2007 en 2008)
Er zijn onlangs maar liefst twee verschillende dvd’s met in de hoofdrol Nadja Michael verschenen: uit de Scala (2007, regie Luc Bondy) en uit Covent Garden (2008, regie David McVicar). Beide producties zijn zonder meer goed, al vind ik de versie van McVicar veel spannender.
De regie van Luc Bondy is nogal traditioneel en eigenlijk zeer simpel. Zijn setting is minimalistisch en de kleuren zijn donker, maar het binnenvallende licht van de alomtegenwoordige maan is zonder meer prachtig.
Iris Vermillion is een, ook visueel, zeer aantrekkelijke Herodias. Herodes (een werkelijk voortreffelijke Peter Bronder) is niet meer dan een klein en miezerig mannetje. Falk Struckmann (Jochanaan) weet met zijn stem zeer zeker indruk te makken, maar oogt te oud en te vadsig. (Arthaus Musik 107323)
Hieronder de trailer van de productie van Bondy:
McVicar gaat voor een beetje kinky en sado-maso (denk aan Salo van Passolini), maar verwacht geen zinloze porno en/of zinloos geweld, zoals bij Bieito of Kusej. Daar is McVicar een veel te goede regisseur voor. Hij choqueert niet om te choqueren. De sfeer is vanaf de eerste maat zeer dreigend en de spanning is om te snijden. Michael Volle beschikt over een zeer erotische bariton en zijn Jochanaan is sensueel en afschrikwekkend tegelijk. (Opus Arte OA0996D)
Hieronder de trailer van de McVicar-productie:
Bij Bondy is Salome een beetje een gothic teenager, gek op gruwelverhalen en op zoek naar sensatie. En naar liefde. Bij McVicar is zij een jongvolwassene. Mooi en waardig. Met nek en schouders boven de meute uitstekend. En echt wanhopig. En nee: ze gaat niet uit de kleren. In beide producties eindigt de dans buiten beeld en in beide producties wordt de suggestie gewekt dat Herodes kreeg wat hij wilde. Hier kunt u uw eigen fantasie gebruiken.
Ljuba Welitsch (1949)
Welke Salome u ook kiest, er is er één waar u absoluut niet omheen kunt: Ljuba Welitsch. De opname die ze in 1949 onder Fritz Reiner maakte, meteen na haar sensationele debuut in die rol bij de Metropolitan Opera, is nooit meer geëvenaard. (Sony MHK 262866)
Op YouTube kunt u Welitsch ook in de laatste scène van de opera horen in een opname uit 1944 onder Lovro von Matacic:
Of in een opname uit 1948 onder Herbert von Karajan:
6Reacties
Helemaal eens met Basia. Om Ljuba Welitsch als Salome kan je niet heen. Basia noemt alleen de drie finales die in de studio zijn opgenomen. Inderdaad fenomenaal! Maar haar optredens onder Reiner in New York in 1949 en 1952 zijn ook bewaard. Op die van 1949 horen we Welitsch in volle glorie in de totale rol. De opname uit 1952 is ook de moeite waard maar je hoort daar dat het verval van die geweldige stem al had ingezet.
Wederom bedankt voor een mooie discografie Basia. Klasse!
Cheryl Studer was inderdaad een schitterende Salome. Ik herinner me haar optreden met het (K)CO o.l.v. Chailly in de slotscène uit deze opera.
Hierbij een interessant interview van Peter van de Lint in Trouw met Gatti over Salome. Interessant wat hij zegt over balans. Hij noemt regisseur Ivo van Hove zeer muzikaal. We zijn benieuwd.
https://www.trouw.nl/cultuur/amsterdam-warm-bad-voor-nieuwe-chef-dirigent-van-concertgebouworkest~aa42520a/
Excuus: Peter van der Lint uiteraard.
Als ik moet kiezen tussen Behrens en Studer, dan kies ik voor Behrens voor haar welsprekendheid, sensualiteit en inlevingsvermogen.