AchtergrondBinnenkortFeatured

Massimo Cavalletti is klaar voor hoofdrollen

Hij was bij De Nationale Opera al te zien als Ford in Falstaff en Marcello in La bohème, nu volgt zijn eerste titelrol: Gianni Schicchi in Gianni Schicchi. Bariton Massimo Cavalletti (39) vindt het een prachtige nieuwe ervaring, die geheel past in de transitie die hij in zijn carrière doormaakt. “Ik ben bijna 40, ik wil wat nieuws proberen.”

Massimo Cavalletti. (© Dario Acosta)

Over hun accommodatie hoeven gastsolisten bij De Nationale Opera (DNO) niet te klagen. Massimo Cavalletti heeft pal tegenover het operahuis een stekje gevonden, in een fraai, smal grachtenpand aan de Amstel. Vanuit de woonkamer zou hij bijna kunnen zien of de repetitie al begint.

Het is zaterdag en Cavalletti heeft bizarre dagen achter de rug. In minder dan een week tijd reisde hij op en neer van Amsterdam naar Parijs, waar hij later dit seizoen zijn debuut maakt als Rossini’s Figaro, en vloog hij van Amsterdam naar Madrid voor een benefietconcert in het Teatro Real. Hij is net weer terug op Nederlandse bodem en zit redelijk uitgeput op de sofa. Al houdt hij een wakend oog op zijn MacBook. “Ik handel in aandelen, dus ik moet voortdurend op de hoogte blijven van de laatste ontwikkelingen. Het is als een tweede job, ik neem het zeker serieus.”

Het andere opvallende rekwisiet in de woonkamer is de partituur van Gianni Schicchi, een eenakter waar Cavalletti zich inmiddels zo’n anderhalf jaar in verdiept. De titelrol is nieuw voor hem, maar hij had er al langere tijd een oogje op. “Ik kom zelf uit Toscane, dus de setting in Florence spreekt me aan. Verder voel ik me heel comfortabel in de rol en bij de taal van Puccini.”

Amsterdam is in Cavalletti’s ogen een perfecte plek om zijn roldebuut te maken. “De repetitieperiode is lang en grondig, en er zijn hier altijd acht of negen voorstellingen. Dat is goed voor een nieuwe rol. Je hebt er minstens vijf nodig om erin te komen. En daarna nog twee à drie andere producties.”

De grootste vaderrol

Gianni Schicchi is een karakter uit La divina commedia. Dante plaatst hem in de achtste kring van zijn ‘Inferno’, daar waar de bedriegers in diepe kloven leven en heftig lijden. Puccini’s librettist Giovacchino Forzano was een stuk genadiger en bracht Schicchi met humor en zelfs sympathie tot leven, uitgaand van een commentaar op Dantes meesterwerk.

Schicchi wordt door de familieleden van de net overleden Buoso Donati ingeschakeld om diens testament, waarin de gehele familie weggelaten is, te wijzigen. De familie kijkt neer op Schicchi, die een nieuwkomer is in Florence, dus Schicchi is er niet zo happig op om te helpen. Maar hij wordt door zijn dochter Lauretta overgehaald (‘O mio babbino caro’) en verzint een list: aangezien verder nog niemand weet dat Buoso gestorven is, doet hij zich als de rijkaard voor, laat de notaris komen en herschrijft het testament. So far so good. Hij laat echter de ezel, de molens en het huis – de meest waardevolle items – aan zichzelf na. De familie is ontzet.

Massimo Cavalletti: “Gianni Schicchi is liefhebbend, maar ook sterk.” (© Dario Acosta)

“De familie van Buoso is enkel uit op geld”, vertelt Cavalletti. “Ze komen één voor één naar Gianni toe om hem om te kopen. Daarbij bieden ze hem heel weinig aan. Het staat in geen enkele verhouding tot de waarde van het testament. Alsof je tegen mij zou zeggen: ik geef je een paar tientjes, geef mij dan dit appartement. Gianni merkt dat hij gezien wordt als een slaafje en denkt: als ik zo behandeld word, neem ik voor mezelf wat ik nodig heb.”

Cavalletti ziet Schicchi vooral als een vader. “Het is de grootste vaderrol van Puccini. Schicchi doet alles uiteindelijk voor zijn dochter Lauretta, zodat hij haar de bruidsschat kan geven om met Rinuccio te trouwen. Hij probeert zijn dochter te beschermen en is trots op de liefde tussen haar en Rinuccio. Hij is liefhebbend, maar ook sterk. Voor mijzelf is het een mooie test om op het toneel vader te zijn, iets wat ik in het echte leven nog niet ben.”

Het Amsterdamse publiek zag Cavalletti in Falstaff ook als vader (Ford, de vader van Nannetta) maar dat was toch anders, vindt de bariton. “Ford heeft één of twee momenten met Nannetta, maar wordt verder vooral geportretteerd als echtgenoot. Schicchi heeft in het verhaal geen vrouw – ze is waarschijnlijk overleden – en heeft vele mooie momenten met zijn dochter.”

Money factor

Bij DNO wordt Gianni Schicchi niet gebracht als deel van Il trittico, maar als combi met Eine florentinische Tragödie van Zemlinsky. Cavalletti heeft begrip voor die beslissing. “Het produceren van de gehele drieluik is heel duur voor een operahuis. Je hebt veel goede zangers nodig en doordat je met drie verschillende verhalen te maken hebt, is het een enorme job. Toch gaan de drie opera’s van Il trittico perfect samen. Voor een dirigent is het ook een geweldige ervaring. Ik hoop dat ik Gianni ooit in de volledige trilogie kan zingen, al weet ik niet of ik dan ook Michele in Il tabarro voor mijn rekening zou nemen.”

“Gloger weet hoe je een komedie moet brengen”

De Puccini/Zemlinsky-tandem is niet nieuw; eerder bracht de Scala in Milaan dezelfde double bill. Cavalletti vindt dat er veel voor te zeggen is. “De werken hebben veel met elkaar gemeen. Ze stammen uit dezelfde periode, ze zijn beide gesitueerd in Florence en ze draaien om hetzelfde idee: dat geld en seks mensen gek maken.”

Cavalletti werkt in Amsterdam samen met regisseur Jan Philipp Gloger. “Zijn productie brengt Schicchi naar onze tijd, maar niets gaat verloren. Gloger weet hoe je een komedie moet brengen. Daarbij heeft hij alles met elkaar verbonden. Overal zit een verband tussen, ook tussen Zemlinsky en Puccini. De money factor wordt heel goed uitgewerkt. Het ziet er allemaal geweldig uit. Zo heb ik een prachtig kostuum voor als ik me als Buoso verkleed. Die mantel komt ook terug in Eine florentinische Tragödie.”

Origineel

Voor Cavalletti was een belangrijke reden om naar Amsterdam te komen de mogelijkheid om met dirigent Marc Albrecht te werken. “Ik hoorde hem toen hij bij de academie van de Scala, waar ik zelf ook gestudeerd heb, een productie van Hänsel und Gretel leidde. Die voorstelling was van een zeer hoog niveau. Toen dacht ik: ik wil met hem werken.”

“Albrecht kiest voor een interessante aanpak”, vertelt de bariton. “We laten alle tradities buiten beschouwing en proberen de partituur zo fris mogelijk te brengen, door Puccini’s ideeën zo exact mogelijk te volgen.”

“Als ik met Busati’s stem grappen maak, dan moet ik ook echt een andere stem gebruiken”

Cavalletti slaat de partituur open en laat zien hoe gedetailleerd de opmerkingen van Puccini zijn. Bij bijna elke maat staan aanwijzingen. Toch zijn er in de decennia na de wereldpremière in 1918 veel tradities ontstaan die afwijken van de wil van de meester. “Er zijn veel plekken waar uitvoerders wat anders geïnterpreteerd hebben dan wat er staat”, zegt de zanger. “In de jaren vijftig en zestig hadden veel zangers bijvoorbeeld meer aandacht voor zichzelf dan voor de partituur.”

Albrecht, het Nederlands Philharmonisch Orkest en de cast doen een poging om terug te gaan naar het origineel, al is dat niet makkelijk, want de tradities wegen zwaar, vindt Cavalletti. “Maar als ik met Busati’s stem grappen maak, dan moet ik ook echt een andere stem gebruiken, zoals Puccini schrijft. Het moet realistisch zijn, anders overtuigt het niet. Als Puccini schrijft dat iets met verbazing gezongen moet worden, dan moet je dat in je stem kunnen horen.”

Cavalletti: “Ik wil wat nieuws proberen, meer Verdi-titels.” (© Dario Acosta)

Hoofdrollen

Voor Cavalletti luidt Gianni Schicchi een nieuwe fase in zijn carrière in. Hij wisselde onlangs van agent. Hij verliet zijn agentschap in Zürich en ging in zee met Alessandro Ariosi. “We zijn bijna even oud en hebben een heel ander soort relatie dan ik met mijn manager in Zürich had. We spreken Italiaans en zijn via WhatsApp voortdurend met elkaar in contact. Hij is bovendien een specialist in het Italiaanse repertoire.”

Cavalletti wil graag nieuwe, ‘rijpere’ rollen aan zijn repertoire toevoegen. “Ik zing nog steeds veel Bohèmes, maar niet meer zo vaak als voorheen. Ik ben bijna 40, dus geen jonge bariton meer. Ik wil wat nieuws proberen. Meer Verdi-titels bijvoorbeeld. Volgend seizoen zing ik de Conte di Luna in Il trovatore in Florence. En later misschien Giorgio Germont in La traviata?”

Seizoen 2017/2018 is voor Cavalletti van groot belang. Naast zijn debuut als Schicchi zingt hij voor het eerst in Parijs (“sinds de start van mijn carrière droom ik daarvan”) en maakt hij in New York zijn opwachting als Enrico Ashton in Lucia di Lammermoor.

“Eindelijk een lyrische belcantorol”, zegt hij over de rol van Enrico. Tot nu toe had hij bij de Metropolitan Opera slechts beperkt de kans om te schitteren, nu staat hij voor het eerst echt in de spotlights. “Enrico is één van de belangrijkste belcantorollen voor mijn stem. Ik heb een aria en twee grote duetten. Het is een kans om te laten zien dat ik klaar ben voor hoofdrollen.”

Gianni Schicchi en Eine florentinische Tragödie zijn van 11 tot en met 28 november te zien in Amsterdam. Zie voor meer informatie de website van De Nationale Opera.

Vorig artikel

Opera in de media: week 45

Volgend artikel

Haitink leidt Mahler- en Wagner-liederen

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

4Reacties

  1. Mauricio
    7 november 2017 at 18:35

    Cavalletti maakte zijn debuut in Nederland in de NTR ZaterdagMatinee in december 2006 als Jake Wallace in La fanciulla del West olv Edo de Waart.

  2. c.horsmeier
    10 november 2017 at 10:36

    ja dat was toch die met Eva Maria Westbroek die dalend van de trap leunig naar beneden kwam en de halve zaal in shock??
    Was mooie uitvoering

  3. Mauricio
    10 november 2017 at 11:13

    Klopt!

  4. Rudolph Duppen
    10 november 2017 at 13:18

    Daar was ik ook bij. Van de shock kan ik me niets herinneren wel de schitterende uitvoering.Ik behoorde kennelijk tot de andere helft van de zaal.