Van Wanroij maakt debuut als Contessa
Sopraan Judith van Wanroij maakt vanavond haar roldebuut als La Contessa in Le nozze di Figaro. Ze staat voor het eerst in een scenische productie van de Opéra Royal de Wallonie in Luik. Na een lastig begin vanwege griep en verkoudheid heeft ze er nu echt zin in. “Je kunt alle kanten uit met de gravin.”
Een prettig operahuis, een bekende en vertrouwde dirigent en haar roldebuut in een mooie productie: sopraan Judith van Wanroij heeft het naar haar zin in Luik. Op woensdag 4 april was de generale repetitie. Net voor die aanving, vertelde ze over de aanloop naar haar eerste Contessa en hoe ze besloot om de uitnodiging van de Opéra Royal aan te nemen. “Ik ga altijd eerst naar mijn zangcoach Margreet Honig en vraag haar mening. Ook deze keer hebben we de rol uitgebreid doorgenomen. Haar advies was: prima rol voor je, doen!”
Dat de komende vijf voorstellingen van Le nozze di Figaro extra spannend zijn, ligt aan de conditie van haar stem, die te lijden heeft gehad onder een verkoudheid, een griep en bronchitis, vertelt Judith via Skype. “Mijn stem werkt op het ogenblik niet helemaal mee. Ik was eind februari in Toulouse voor twee uitvoeringen van Orfeo ed Euridice van Gluck. Daar voelde ik dat het vocaal niet goed zat. Ik heb vanuit Frankrijk Margreet gebeld voor advies. ‘Rust nemen’, was haar opdracht. Dat kon niet meteen: Toulouse moest doorgaan. Dat was niet makkelijk. Het publiek heeft niks te maken met hoe je je voelt en oordeelt naar wat het hoort. Daar word je op afgerekend en dat is soms hard.”
Meteen daarna stond ze in de prestigieuze Wigmore Hall in Londen voor een concert met Les Talens Lyriques en daarmee was de grens voor dat moment meer dan bereikt. “Terug in Nederland heb ik tot mijn grote spijt een aantal concerten moeten afzeggen, dat kon niet anders.”
Helemaal perfect is haar stem nog niet, maar ze gaat door. Voor Judith van Wanroij is opgeven geen optie. “Ik heb net voor ons gesprek even in het gebouw van de Opéra ingezongen. Het probleem is dat ik mezelf niet goed hoor en dat is eng. Maar ik bedacht net: ik ga het doen, ik heb er echt zin in, het is een superleuke productie!”
Nare nasmaak
Dirigent Christophe Rousset, die in Luik niet zijn ensemble Les Talens Lyriques, maar het orkest van het operahuis dirigeert, vroeg Judith voor de rol. “Als Christophe een opera gaat doen, verbeeldt hij in zijn hoofd welk stemgeluid hij bij een bepaalde rol wil horen. Die stem kiest hij uit de groep van zangers die hij kent, en daar behoor ik gelukkig ook toe. Hij is heel loyaal naar zijn zangers.”
De dirigent zal vanuit de bak ook de recitatieven begeleiden. “Die recitatieven zijn best lang en door zijn begeleiding op de pianoforte maak je echt samen muziek. Hij snapt goed wat zangers nodig hebben.”
In Le nozze di Figaro moet de Contessa d’Almaviva aanzien hoe haar man het aanlegt met andere vrouwen. De komische opera van Mozart en Da Ponte schetst een haarscherp beeld van de mensen in de ‘betere kringen’ tegenover die in de ‘onderklasse’ in de zeventiende eeuw. De gravin klaagt in haar aria ‘Porgi amor’ en vraagt: “Geef me mijn geliefde terug, of laat me sterven.” Later volgt ‘Dove sono i bei momenti’, waarin ze vol melancholie achterom kijkt naar betere tijden.
Judith is met veel plezier in het karakter van haar rol gedoken. “Je kunt met de gravin alle kanten uit. In deze productie van regisseur Emilio Sagi, een Spanjaard die veel in de Verenigde Staten heeft gewerkt, kan ik allerlei verschillende karakterelementen laten zien en dat is heerlijk. De gravin is in wezen een triest figuur. In deze enscenering is ze jong en mooi gekleed, maar ze valt voortdurend buiten de boot. Ze is geen dienster, dus in de lol van Figaro en Susanna – haar leeftijdsgenoten – kan ze niet meegaan. Er is geen ruimte voor haar ware emoties.”
“Als ik het libretto lees, houd ik daar steeds weer een nare nasmaak aan over. Mijn man in het verhaal, de graaf van Almaviva, is zo’n ontzettende lul. Je zal er maar mee getrouwd zijn! De gravin zit gevangen in dat huwelijk en in die situatie duikt Cherubino op, een puber die op alles en iedereen verliefd wordt en de gravin weer even laat voelen wat uit haar leven is verdwenen: liefde en lust.”
“Het toneelbeeld is Spaans, compleet met flamencodansers en castagnetten. Dramatische momenten wisselen zich af met hele kluchtige. In de opera, en zeker in deze enscenering, zitten naast de triestheid van de gravin veel komische momenten met leuke onderonsjes. We hebben als zangers voortdurend iets te doen op het podium. Voor ons vliegt de tijd. We vragen met ons verhaal natuurlijk wel veel van het publiek. Dat moet aannemen dat de graaf in de verkleedscène zijn eigen vrouw niet herkent…”
Dramatisch moment
In de grote, melancholieke aria ‘Dove sono’ staat Judith van Wanroij even alleen op het podium, als eenzame gravin. “Als ik eerlijk ben: ik hoef niet zo nodig het middelpunt te zijn. Die melancholie in de tekst en muziek voel ik op dat moment niet eens zo sterk, omdat ik simpel gezegd hard aan het werk ben. Ik sta er alleen, maar vlakbij me, onzichtbaar voor het publiek, staan alle medespelers in de coulissen, omdat meteen na de aria het podium weer vol staat.”
Op een ander moment ervaart Judith wel het diepe gevoel van buitengesloten zijn van de gravin. “In de scène waar de graaf op een stoel gaat staan en weer zijn gebruikelijke ‘ik ben de leuke jongen’-toon aanslaat, loop ik weg en draai ik me om. En dan kijk ik van een afstand naar het spektakel. Voor mij is dat echt een dramatisch moment. Bij één van de laatste repetities voelde ik dat heel sterk.”
Vanavond, vrijdag 6 april, is de grote première in de Opéra Royal de Wallonie in Luik, waar de productie vijfmaal te zien zal zijn. De uitvoering van dinsdagavond 10 april wordt vanaf 20.00 uur live gestreamd op Culturebox.
Meteen na de zomer staat er, dicht bij huis, weer een Mozart-rol op het programma van Judith van Wanroij. Samen met Rosanne van Sandwijk en Helena Rasker zingt ze vanaf 4 september de Drei Damen in Die Zauberflöte bij De Nationale Opera.
Zie voor meer informatie over Le nozze di Figaro de website van de Opera Royal de Wallonie.