AchtergrondBinnenkortFeatured

Ekaterina Levental zingt La voix humaine

Zangeres Ekaterina Levental en theatermaker Chris Koolmees brengen op 7 juni een nieuwe productie van La voix humaine in première tijdens het Oranjewoud Festival. Aan François van den Anker vertelden de twee over hun benadering en hun inspiratie voor het stuk van Poulenc en Cocteau.

Ekaterina Levental wil Elle in La voix humaine niet te concreet maken. (© Chris Koolmees)

Ze gaan onvermoeibaar door, sopraan/harpiste Ekaterina Levental en collega-theatermaker en partner Chris Koolmees. Naast de rollen die Ekaterina in producties van onder meer De Nationale Opera en Holland Opera speelt, ontwikkelt ze samen met Koolmees muziektheaterproducties, die in theaters in binnen- en buitenland opgevoerd worden. Ze maakten de laatste jaren voorstellingen als Un Ballet Réaliste/Les Trois Sirènes, De Weg, Pierrot Lunaire 2.0 en De Grens. Ze opereren los van grote gezelschappen, gaan slim om met technische middelen en productiebudgetten en kunnen snel reageren op verzoeken om één van hun voorstellingen te komen spelen.

Hun nieuwe productie is een klassieker waar ze met hoorbaar enthousiasme mee aan de slag zijn gegaan: La voix humaine, een monodrama dat Francis Poulenc in 1958 componeerde op een toneelstuk van Jean Cocteau. Hoofdpersoon is Elle, een vrouw die in een telefoongesprek een laatste poging doet om de breuk met haar ex ongedaan te maken.

Het stuk past goed bij één van de thema’s van het Oranjewoud Festival, dat dit jaar ingekaderd zit in Leeuwarden Culturele Hoofdstad 2018. Festivalleider Yoram Ish-Hurwitz benaderde het duo met het thema ‘Kroniek van een digitaal tijdperk’, over de verhouding tussen moderne technologie en analoge kunst. Dat bracht hen op het idee om een eigentijdse La voix humaine te maken. “Ik vond het meteen interessant”, vertelt Chris Koolmees, “want het past bij mijn andere werk als vormgever, scenograaf en regisseur. Daarnaast heeft Ekaterina al lang de wens om La voix humaine te doen.”

“Poulencs stuk gaat over de techniek, de telefoon die de verbinding geeft, maar waarbij het risico bestaat dat de ander de verbinding zomaar verbreekt. En dan ben je meteen alles kwijt”, vertelt Koolmees. Levental citeert ter illustratie een tekstfragment uit haar rol: “Un regard pouvait changer tout. Mais avec cet appareil, ce qui est fini est fini…” Een blik kan alles veranderen, maar met dit apparaat is het: wat weg is, is weg.

“De relatie van Elle met de techniek speelt een grote rol”, zegt Koolmees. “In onze tijd gebruiken we media – de schermen van telefoons en computers – en steeds is het de vraag of we wel of niet verbonden zijn. Daarnaast speelt de vraag naar het virtuele: wat is echt en wat niet? Ook dat zit in de tekst van het stuk. Bestaat die man wel of draait Elle door en verzint ze die figuur aan de andere kant van de verbinding, die het publiek niet hoort of ziet? Je kunt online verschillende identiteiten aannemen, een avatar kiezen en je daarachter verstoppen. In het stuk doen de twee dat ook. Ze spelen spelletjes met elkaar, via de telefoon.”

“Alles komt uit een laptop”

Chris Koolmees, die interactieve en multimediale projecten maakt en tentoonstellingen vormgeeft, wilde niet teruggrijpen op de bekende beelden die je in ensceneringen van La voix humaine vaak ziet. “De zwarte telefoonhoorn die in veel producties wordt gebruikt vond ik een beetje oudbakken, net als de ‘romantiek’ van die vrouw, de totale afhankelijkheid. Dat is wel wat gedateerd. We hebben de afhankelijkheid van Elle vertaald in de afhankelijkheid van contact met de buitenwereld, en daarbij moderne media als vorm gebruikt.”

Voor de productie ontwikkelde Koolmees niet zomaar een decor en een lichtplan. Het werd een applicatie, waarmee licht, video en ondertiteling vooraf geprogrammeerd zijn. “Alle techniek komt uit een laptop”, legt hij uit. “De enscenering wordt zo een geprogrammeerde werkelijkheid in zichzelf. Eén waarvan de toeschouwers deel uitmaken.”

“Ik wil eigenlijk alle aspecten van elke vrouw in de rol stoppen”

Sopraan Ekanterina Levental vertelt hoe ze gewerkt heeft aan de voorstelling. ”Ik begon bij de tekst, die Poulenc overnam uit het oorspronkelijke toneelstuk van Cocteau. Het meeste werk was om die tekst te voorzien van de subtext, de onderliggende betekenis van wat de vrouw zegt. Ze zegt soms simpele dingen, maar daaronder zit een enorme lading. Hoe meer ik dat kon ontrafelen, hoe dichter ik bij de muziek kwam.”

“Elle doet er alles aan om het drama van alleen achtergelaten worden te ontlopen. Ze ontkent, smeekt, koestert: ze doet álles om die realiteit niet aan te hoeven gaan. Ze zegt bijvoorbeeld ergens: ‘Écoute, mon amour. Je ne t’ai jamais menti.’ Ze heeft de man nooit bedrogen. Een keerpunt in het verhaal is als blijkt dat de man liegt.”

“Je ziet een vrouw die echt wat te bieden heeft, die geen lost case is, maar wel volledig ontrafelt voor je ogen.” (© Chris Koolmees)

“Het uitpluizen van elke zin was veel werk. Chris en ik zijn het stuk eerst gaan bekijken als toneeltekst. We hebben het eerst gespeeld en pas toen de muziek toegevoegd. Voor mij als zangeres is dit stuk uitermate uitdagend vanwege het acteren. Haar rol zingen kan pas echt goed gaan als je dicht bij die vrouw komt, als je weet wie ze is.”

“In onze enscenering is Elle een vrouw aan het einde van haar krachten. Ze is een camgirl, die haar werk doet voor de webcam. Verder wil ik haar niet te concreet maken. Ik wil eigenlijk alle aspecten van elke vrouw in de rol stoppen. Ik wil me zo weinig mogelijk beperken tot één beeld.” Regisseur Koolmees vult aan: “Door de manier waarop Ekaterina het karakter Elle speelt, is ze eigenlijk Ekaterina Levental, die zich in die situatie bevindt.”

“Die vrouwen zijn heel bewust, eigenzinnig en toch ook afhankelijk”

Waar de inspiratie voor de invulling van de rol vandaan komt, blijkt als het gaat over de kleding van Elle in de nieuwe productie: een onderjurk en een bontjas. “Zoals vaker gingen we aan de hand van de tekst letterlijk de markt op”, vertelt Koolmees. “We slagen altijd heel goed in Molenbeek in Brussel. De zilveren jurk die in De Grens wordt gedragen komt daarvandaan.”

Ekaterina vertelt hoe ze een week lang in Brussel-Noord logeerde voor een voorstelling. “Iedere avond als ik terug wandelde van het theater maakte ik wat mee in de prostitutiewijk. Ik kende dat niet van zo dichtbij. In Nederland is de prostitutie keurig afgebakend, maar in Brussel gebeurt alles op straat.”

Chris kwam op bezoek en beschrijft wat hij zag: “Als je het Noordstation uitkomt, ga je door een haag van vluchtelingen en vervolgens sta je midden tussen de straatprostitutie. Die vrouwen zijn heel bewust, eigenzinnig en toch ook afhankelijk. Er lijkt, als je ze ziet staan, niks aan de hand, maar je weet wat erachter zit.”

De man aan de andere kant van de – in deze voorstelling – videoverbinding blijft voor het publiek onhoorbaar en onzichtbaar. Ekaterina heeft voor haar rol niet echt een beeld nodig van haar ‘tegenspeler’. “Ik probeer vooral bij mezelf te luisteren, ik zie geen gezicht voor me. Ik put uit mijn eigen ervaringen met de liefde en liefdesverdriet. Dit stuk werkt met name omdat je die ander niet ziet en het publiek niet weet of hij er wel is. Voortdurend speelt de vraag: is er nog connectie? Dat vraagt ze ook vaak aan hem in het gesprek: ‘Ben je er nog, hoor je me nog?’”

“We kunnen de voorstelling vrijwel overal neerzetten”

Na de première op het Oranjewoud Festival zijn er nog enkele voorstellingen gepland, maar in de werkwijze van de zangeres en de regisseur wordt er eerst uitgebreid gewerkt aan de voorstelling – die zonder subsidie tot stand komt – en volgt dan de verkoop aan theaters en festivals. Chris Koolmees maakte zijn ontwerp schaalbaar en het stuk kan ook zonder pianist gespeeld worden.

“Yoram Ish-Hurwitz speelt tijdens de première live piano, maar er is van zijn aandeel ook een opname voor uitvoeringen op andere locaties. We kunnen de voorstelling vrijwel overal neerzetten, ook op minder voor de hand liggende plekken. Dat geldt trouwens ook voor De Weg, De Grens en Pierrot Lunaire 2.0, dat we komend seizoen gaan hernemen met het New European Ensemble.”

Van La voix humaine zijn al wat proefvoorstellingen gegeven en die werkten uitstekend. Mensen zaten met tranen in hun ogen, zag Chris vanaf zijn regieplek in de zaal. “Je ziet een vrouw die echt wat te bieden heeft, die geen lost case is, maar wel volledig ontrafelt voor je ogen.”

La voix humaine gaat op 7 juni in première tijdens het Oranjewoud Festival en is ook te zien tijdens Heimland in Diepenheim. Zie voor meer informatie ook de website van Ekaterina Levental.

Hieronder de promovideo van de productie:

https://www.youtube.com/watch?v=nQAy1ka9g_g

Vorig artikel

Hoffmann bij DNO: sfeerloos en warrig

Volgend artikel

Cité de l’Opera: Fabio, Aylin en Klaus

De auteur

François van den Anker

François van den Anker

François van den Anker is muziekjournalist. Hij doet verslag van de wereld van opera en lied met interviews, reportages en podcasts.