De Vaal en De Vries zingen Alberti en Jordaan
Dit weekend is de operarevue Willy & Johnny te zien tijdens Opera aan Zee in Noordwijk. De twee karakters in het verhaal, beiden in de jaren tachtig overleden, waren in hun tijd razend populair. Willem de Vries en Jeroen de Vaal brengen de Jordaan-zangers tot leven in een voorstelling die ze met begeleider Jeroen Sarphati maakten. We schoven aan bij een repetitie.
De drie mannen uit de klassieke wereld zitten aan tafel. Alle drie beschikken ze over fraaie cv’s vol opera, lied, oratorium en muziektheater. Het energieniveau is hoog en bijna uitgelaten vertellen ze over hun nieuwe voorstelling. Hun operarevue gaat over twee legendarische Amsterdamse zangers, beiden geboren onder de Westertoren. Het zijn de volle neven Willy Alberti en Johnny Jordaan, kameraden in de muziek, maar met heel verschillende levens.
Op tafel ligt de lp Bedankt, lieve mensen van Johnny Jordaan, uit de collectie van bariton Willem de Vries. Zijn collega, tenor Jeroen de Vaal, legt er een cd naast met de grootste successen van Willy Alberti. De Vaal is nog maar kort betrokken bij het project, dat mede door Marcel Reijans werd geïnitieerd. Die moest tijdens de voorbereidingen voor de première afzeggen wegens ziekte.
Jeroen de Vaal, die hem vervangt, leerde in een paar weken de lied- en dialoogteksten. Om in de stemming te komen, heeft hij in de auto op weg naar de repetitie nog even naar de grootste hits van Alberti geluisterd. Pianist Jeroen Sarphati arrangeerde enkele liedjes voor de revue uit het zeer ruime oeuvre van de volkszangers. ‘Het is heerlijk om met deze nostalgie bezig te zijn.’
Levensleed
Als je als serieuze zangers, hoogopgeleid en met een indrukwekkend concert-cv, dit repertoire zingt, verval je dan niet vanzelfsprekend in ironie, is de vraag aan Willem de Vries en Jeroen de Vaal. ‘Het kan zijn dat we wel zo begonnen zijn, maar zeker de liedjes van Willy Alberti moet je heel serieus nemen. In ons programma komt naar voren dat Alberti de artiest was met de mooie liedjes, terwijl Johnny Jordaan meer van de kommer en kwel was, van het levensleed en de carnavalskrakers’, zegt Willem.
‘Maar bij het repeteren ontdekte ik dat een lied als ‘Mijn zoon’, dat ik in de voorstelling als ‘Mijn kind’ breng [Johnny Jordaan had een dochter uit zijn huwelijk met Jannetje de Graaff – red.], eigenlijk echt heel mooi is, net als liedjes als ‘De buurt’ en ‘Romantisch Rome’ van Willy Alberti, die Jeroen zingt. ‘Aan de voet van die ouwe Wester’, dat is een slowfox. Het zijn ‘maar’ tertsjes, maar als je dat zingt, merk je dat de zaal het práchtig vindt. Bij het maken van deze voorstelling realiseerden we ons steeds meer dat je die stukken wel écht moet zingen, met kwaliteit.’
Operatalent
De operarevue speelt zich af in de kleedkamer van een zaal uit het schnabbelcircuit, waar de twee neven elkaar treffen. De één, Willy Alberti, succesvol en met ook klassieke ambities, de ander, Johnny Jordaan, met een persoonlijk leven en een carrière die een veel bochtiger verloop hadden. Willy is net terug van een vakantie met zijn gezin in Rome, terwijl Johnny optreedt op een avond waar zijn liedjes worden afgewisseld met een loterij. ‘De loten zijn verkrijgbaar bij Tante Leen naast de bar’, zegt de door Willem de Vries ingesproken voice-over in de voorstelling.
Beide Jordaan-zangers, wier hits nog altijd te horen zijn, hadden ambities in een meer klassiek getint genre. Johnny Jordaan maakte een plaat met operettenummers in een Nederlandse vertaling en met accordeonbegeleiding. Willy Alberti zong als kind operette en werd beroemd als ‘tenore napolitane’. Hem waren zijn opnamen van echte opera-aria’s het dierbaarst. ‘Zijn uitvoering van Puccini’s ‘E lucevan le stelle’, met Amsterdams accent, is mooi om naar te luisteren’, zegt Jeroen Sarphati.
Was Alberti eigenlijk een groot, wat miskend operatalent? ‘We weten niet hoe hij met die stem in een grote zaal klonk, maar hij heeft die ‘rinkel’, dat metaal, en hij zingt heel eerlijke vocalen’, zegt Willem de Vries. ‘Hij zingt wat directer dan sommige operazangers. Van Fritz Wunderlich wordt gezegd dat hij met een glimlach in zijn stem zong, en dat geldt voor Willy Alberti ook.’
Toch wordt aan die klassieke elementen in de muziek van Alberti maar kort gerefereerd. Wanneer in de voorstelling Jeroen de Vaal als Willy Alberti verwijst naar opera, zegt zijn neef Johnny: ‘Geef mij maar Hollandse liedjes, dat kennen de mensen tenminste verstaan.’ De makers van de operarevue hebben een praktische reden dat er geen opera in het programma zit. ‘Als je dit repertoire zingt, is omschakelen naar een heel andere techniek zo snel niet te doen. Met het duet ‘Mexico’, oorspronkelijk een operettestuk, gaan we toch even die kant op. Maar dit is wat ons betreft een begin. Als we deze productie ooit groter kunnen maken en er bijvoorbeeld weer een pauze mogelijk is, zou zoiets wel denkbaar zijn.’
Willy Alberti en Johnny Jordaan met ‘Oh zwarte zigeuner’:
Een paar dagen voor deze repetitie is er al opgetreden in Ankeveen en nu, ter voorbereiding op de twee voorstellingen in Noordwijk, willen de zangers en de begeleider nog eens door het hele programma gaan. In zijn huisstudio neemt Willem de Vries plaats achter het harmonium uit zijn eigen collectie, dat naast de piano van Jeroen Sarphati te horen is in de voorstelling. De spreekteksten tussen de liedjes gaan in het Amsterdams – Jeroen de Vaal sprak de laatste twee weken thuis vast Amsterdams om te wennen aan dat accent – maar als de heren zingen, is er niet veel nadruk op de taal van de Jordaan.
Het harmonium van Willem begeleidt het eerste lied van Jeroen als Willy Alberti. De originele orkestratie van ‘Romantisch Rome’ door Pi Scheffer vond Willem in het archief van de Stichting Omroep Muziek en diende als basis voor zijn arrangement. Negen arrangementen maakte hij voor de voorstelling, hij schat dat er zo’n 180 uur werk in zit.
Bij de wat meer volkse liedjes mag er een beetje geschmierd worden. Op die momenten verschijnt er een grote glimlach op het gezicht van Willem de Vries en krijgt zijn tegenspeler het lastig om in de plooi te blijven. Het vibrato gaat in een ode aan de Westertoren de hoogte in. Willem verduidelijkt: ‘Ik noemt het de elastiektechniek, die heb ik van Manke Nelis afgekeken.’
Schlager
De drie zijn en blijven klassieke musici, die hun afkomst niet willen verloochenen. Jeroen Sarphati zegt: ‘Als ik alleen dit zou doen, zou ik Hugo Wolf missen. Binnenkort werk ik met studenten aan een programma over Goethe. En dan iets als dit ernaast, ik kan het me niet leuker voorstellen!’
Jeroen de Vaal: ‘Het is muziek die raakt en het is helemaal niet zo makkelijk om te zingen. Ik heb van de week gerepeteerd met het Koor van De Nationale Opera voor FAUST [working title] en dan ben je heel precies aan het werken, heel gecontroleerd. Hier moet ik mijn hart openzetten en géven, zonder te veel controle, en dat gevoel kan ik meenemen naar mijn werk in de opera.’
Willem de Vries noemt de Duitse bariton Hermann Prey. ‘Die stond ’s avonds in een club met een combo en zong ‘Unter einem Regenschirm am Abend’, een echte Schlager. Zo zong hij ook in Die Fledermaus en dat ging goed samen.’
Nu de zangersagenda’s nog leeg zijn en de zalen zitten te springen om kleinschalige producties die geen fortuinen kosten, zien de drie makers van de operarevue Willy & Johnny volop kansen. Hun programma is toegankelijk, de zang is aanstekelijk en het publiek kan… oh nee, meezingen is niet RIVM-conform. Maar meeneuriën mag wel.
De operarevue Willy & Johnny is op vrijdag 4 en zaterdag 5 september te zien tijdens Opera aan Zee in Noordwijk.