Arnhemsche Psalm verrast Ed Spanjaard
De vlaggen hangen weer uit in Arnhem en omliggende plaatsen. Bordeauxrode vlaggen met een blauw logo van het mythische paard Pegasus. Symbool van de Britse luchtlandingsbrigades die op 17 september 1944 neerdaalden aan parachutes en zweefvliegtuigen op de Ginkelse en Renkumse heide. Van daar uit trokken de duizenden militairen op naar de Rijn, richting Arnhem, om de brug over de Rijn te veroveren en de weg vrij te maken voor de opmars naar Duitsland. De operatie Market Garden, bedacht door veldmaarschalk Montgomery en zijn staf, werd een drama.
De Duitse Wehrmacht bleek op de hoogte te zijn en sloeg met een flinke legermacht de Britse en ook Poolse troepen terug. Negenduizend militairen en burgers kwamen om, raakten gewond of werden gevangen genomen tijdens de felle gevechten in en om de stad Arnhem die negen dagen duurden. Het stadscentrum werd vernietigd, de bewoners werden gedwongen te evacueren, en de brug bleef in handen van de Duitsers. ‘A bridge too far’, een brug te ver, zou later het epos heten dat Cornelius Ryan schreef over de Slag om Arnhem.
Zittend in de grote, nieuwe zaal van het concertgebouw Musis Sacrum, kijk ik door de enorme glazen wand achter het concertpodium in de richting van die beroemde brug. Die werd in 1978 vernoemd naar de Engelse luitenant-kolonel John Frost. Met zijn bataljon wist hij de noordkant van de brug te veroveren.
Door het uitblijven van steuntroepen en door de Duitse tegenaanvallen, moesten zij zich overgeven. De zwaargewonde Frost en zijn mannen werden krijgsgevangenen.
Arnhems Requiem
Op het concertpodium voor de glazen achterwand zitten de leden van het Orkest van Gelderland en Overijssel, genaamd Phion, het Brabant Koor, twee zangsolisten, sopraan Nikkie Treurniet en bariton Drew Santini, en declamator Peter Blok. Zij repeteren onder leiding van dirigent Ed Spanjaard een ander epos over de Slag om Arnhem, de zogeheten ‘Arnhemsche Psalm’. Voor de viering in 1955 van tien jaar bevrijding, had de gemeente Arnhem de opdracht gegeven aan de dichter Jan Engelman (1900 – 1972) en de componist Herman Strategier (1912 – 1988) om een gedenkstuk te maken. Het kreeg de titel ‘Arnhemsche Psalm’. Engelman combineerde de tekst van psalm 91 met een realistisch-poëtische beschrijving van wat zich afspeelde tijdens die 17e september en de dagen daarna.
Psalm als troost
De betreffende psalm werd gekozen omdat gewonde Engelse soldaten, die van burgers bescherming kregen, aan hun verzorgers vroegen om die tekst van psalm 91 voor te lezen als troost.
Engelman liet elk van de drie delen van zijn gedicht beginnen en eindigen met verzen uit de psalm. Daartussen plooide hij het eigenlijke verhaal dat acteur Peter Blok inzet:
‘O dag uit duizenden die blonk zoo blauw
naar de wanhopigen, maar niet vergeten
door ’t brein des oorlogs dat rekende en overzag
hoe zij gelegerd waren bij het frontscharnier.
Stil zocht Montgomery het draaibaar pand,
die doortocht voor Verlossing’s driftig stroomen
naar ’t vijandig roofnest, naar Bevrijdings doel.’
Componist Strategier verdeelde de teksten over koor, sopraan, bariton en een vertellende spreekstem in een driedelige opzet. Een kloek werk dat circa een uur in beslag neemt. Na de uitvoering in 1955 in hetzelfde Musis Sacrum, werd het oratorium daar niet meer uitgevoerd. Reden voor het huidige herdenkingscomité de ‘Arnhemsche Psalm’ opnieuw te gebruiken in de herdenkingsmanifestaties aanstaande 17 september.
Ooggetuige
Voor Strategier moet het een opdracht zijn geweest met een emotionele ondergrond. Immers, als geboren en getogen Arnhemmer, was hij niet alleen ooggetuige van het oorlogsgeweld, hij was ook slachtoffer. Als organist verbonden aan de middeleeuwse RK Sint Walburgiskerk zag hij hoe zijn kerk, naast de Rijnbrug gelegen, volkomen verwoest werd, net als het hele historische stadshart met de gotische Eusebiuskerk als middelpunt. Strategier verklaarde na de première ‘dat het werk zou kunnen dienen als een epos over de ondergang van elke stad, waar ook ter wereld. De tekst vraagt als het ware om muziek. De dramatische gebeurtenissen zijn nergens sensationeel in de verkeerde zin geschreven, hetgeen bij een dergelijk onderwerp toch licht gebeuren kan.’
Nog een citaat, uit het tweede deel:
‘Van boom tot boom, van huis tot huis gedreven,
door straat en loopgraaf, in doorzeefd struweel,
zoekt ieder zijn beschutting, knielend achter puin,
in stof verstikt, verdoofd door ’t hoog en waaiend’ fluiten
van gloeiend lood dat regent uit de lucht, –
en wacht, in kelders biddend, op den ondergang.’
Ingehouden dramatiek
In zijn muziek voegde de componist zich in eenzelfde sfeer, zo ervaar ik bij het luisteren naar de repetitie. Met ingehouden dramatiek kleuren de noten het verhaal dat Engelman in een statig, en voor onze oren, wat verouderd Nederlands opschreef. Verrassend genoeg klinkt de muzikale laag helemaal niet gedateerd. Sterker nog: deze muziek past prima in het huidige klimaat van componeren, waarin de tonaliteit weer alle ruimte heeft, in tegenstelling tot de cultuur van de jaren zestig tot en met negentig van de twintigste eeuw.
‘Toen werden componisten van de oudere generatie als Hendrik Andriessen, Willem Pijper, Hans Henkemans en uiteraard ook Strategier als conservatief bij het vuilnis gezet door de jonge garde rond Peter Schat, Reinbert de Leeuw en Louis Andriessen’, zo omschrijft dirigent Spanjaard de situatie tijdens een gesprek over de waarde en de kwaliteit nu van Strategiers compositie.
Ingegraven
‘Ik heb mij enorm verdiept in zijn muziek nadat ik was gevraagd om de uitvoering van ‘Arnhemsche Psalm’ te dirigeren. Strategier kende ik alleen van het schoolorkest waar ik op het gymnasium in meespeelde als contrabassist en wij een stuk van hem uitvoerden. Uit zijn werken spreekt een vriendelijke buitenkant. Hij schreef naar eigen zeggen muziek om luisteraars te plezieren. De tekst van Engelman is bovendien niet zo doorzichtig om het drama recht te doen. Ik heb mij daarom als het ware ingegraven in de partituur.’
Spanjaard, een zeer ervaren pianist, nam het piano uittreksel als uitgangspunt voor zijn zoektocht. ‘Ik wilde als speler onder mijn handen voelen waar het stuk dramatisch heengaat, welke kleuren er in zitten. Zo heb ik de verrassende kwaliteit ontdekt. Ik heb heel veel opera gedirigeerd, dat heeft mij geholpen om de aard van de compositie ter ervaren. In het eerste deel ontvouwt zich een heel mooie melodie, fraai geëxposeerd in het orkest na de koorinleiding. Voor mij is dat het verzoeningsthema. Het komt ook voor in het tweede, geagiteerde, dreigende deel met een duidelijk strijdmotief. En het weeklagende, golvende derde deel eindigt er mee. Het verzoeningsmotief overkoepelt het werk.’
‘Je merkt dat Strategier en Engelman vredelievende mensen waren. Komende Kerstmis dirigeer ik een kerstconcert met onder andere een lied dat Claude Debussy schreef’, zowel muziek als tekst, tijdens de Eerste Wereldoorlog: ‘Noël des enfants qui n’ont plus une maison’.. ‘Punissez les’, Straf ze, klinkt het fel en hatelijk. In ‘Arnhemsche Psalm’ ontbreekt haat. Het is een loflied op de vrede.’
Geen brave muziek
Voor Ed Spanjaard wordt door het karakter van de muziek de archaïsch-poëtische tekst die op zich niet zo simpel is om direct te begrijpen, makkelijker om op te nemen. ‘Strategier past middelen toe om de expressie te kleuren door accenten aan te brengen, door instrumentale combinaties. Er zitten spectaculaire momenten in zoals een ritmisch opvallende fanfare in de trompetten. Het is bepaald geen brave muziek. De koordelen zijn zeer goed. Je kunt horen aan de polyfone zettingen dat Strategier als kerkmusicus heel veel voor koor heeft geschreven. ’
Tijdens de repetitie zet Spanjaard alles op alles om de expressiviteit op maximaal peil te brengen. Enkele malen raadpleegt hij zijn assistent Henri Aavyk, een jonge Estse directie-leerling van hem, over het effect van een passage.
Spanjaard had in de voorbereiding vorige week de wind niet mee doordat een flink aantal musici uitviel vanwege corona-klachten. ‘Ik heb nu in het orkest enkele musici die als vervangers de partijen voor het eerst spelen. Maar ze kennen mij en ik ken het orkest goed, want ik heb Phion vaker gedirigeerd’. Eerder dit jaar leidde hij Phion bij de Nederlandse Reisopera in een uiterst geslaagde Nederlandstalige versie van Smetana’s ‘Verkaufte Braut’, getiteld ‘Bruid te koop’. Ook met het Brabant Koor zegt Spanjaard zeer vertrouwd te zijn.
Mooie partijen schreef Strategier voor de zangsolisten. Sopraan Nikkie Treurniet noemt het zingen van teksten in het Nederlands een uitdaging, vooral door de ouderwetse woorden en zinswendingen die Engelman neerschreef. Maar tijdens de repetitie vloeiden zij op natuurlijke wijze uit haar grote, heldere stemorgaan.
Het concert in de Parkzaal van Musis Sacrum aan het Velperplein te Arnhem op 17 september begint om 20 uur. Op het programma ook een requiem voor koor en klein instrumentaal ensemble, dat Herman Strategier kort na de oorlog schreef ter nagedachtenis aan zijn in Duitsland omgekomen broer Jan. Er zijn nog kaarten verkrijgbaar.
Verder lezen, luisteren en kijken
10 jaar geleden schreef Jordi Kooiman een artikel over Ed Spanjaard.
Nikki Treurniet werd in januari 2022 door François van den Anker geïnterviewd in een leuke podcast.