Strijkkwartetten vol opera
Het beroemde Italiaanse strijkkwartet Quartetto di Cremona geeft in Edesche Concertzaal en recital dat ook voor alle operaliefhebbers een bezoek waard is, zonder dat er ook maar één noot gezongen zal worden.
Op het programma staan drie strijkkwartetten die meer of minder met opera verbonden zijn; het Rosamunde kwartet van Franz Schubert, het Strijkkwartet in E mineur van Giuseppe Verdi en Crisantemi van Giacomo Puccini.
De beroemde melodie uit het langzame deel van het Rosamunde kwartet komt rechtstreeks uit Schuberts incidentele muziek voor het toneelstuk Rosamunde. De muziek van Schubert was vooral instrumentaal maar er waren ook enkele scenes die hij voor vocalisten geschreven had. Daarbij was heel van Schuberts muziek vocaal van oorsprong of vocaal geïnspireerd. Het kwartet Rosamunde, in A mineur, D 804, is ondanks enkele vrolijke passages een droefgeestig werk. Dat is op zich ook niet zo vreemd want Schubert componeerde het tussen 1822 en 1823, een periode waarin hij door een huidaandoening en financiële perikelen verre van gelukkig was. Hij schreef in zijn dagboek: ‘Alles wat ik tot nu toe gemaakt heb, is een product van mijn muzikaliteit en mijn treurige bestaan.’ Met name het tweede deel, het andante , bevat enkele variaties over een thema uit de toneelmuziek Rosamunde.
De toneelmuziek Rosamunde D 797 was gebaseerd op een verhaal van prinses Helmina von Chézy. Van origine heette het stuk Die Zauberharfe, maar ten tijde van de premiere in 1823 in Wenen was de titel veranderd in Rosamunde, Fürstin von Zyprus. Het toneelstuk was een flop en de pers had er weinig goede woorden voor over, maar de muziek van Schubert kwam er beter vanaf. Toch wordt de muziek niet veel ´los´ uitgevoerd, hoewel de ouverture nog wel op lessenaars van orkesten staat. De kwartet-versie is echter naast Der Tod und das Mädchen en het Forellen-kwintet, een van de meest geliefde kamermuziekstukken van Schubert.
Verdi´s kamermuziek
Van de operacomponist Verdi is het zeer verrassend om een strijkkwartet te horen, maar de ingrediënten zijn Verdi op het hoogtepunt van zijn compositorische kunnen. Zijn enige strijkkwartet, of eigenlijk zijn enige instrumentale kamermuziekwerk, schreef hij kort voor zijn Messa da Requiem(1874), tussen voorstellingen van Don Carlos en repetities van Aida door in 1873. Sopraan Teresa Stolz was door ziekte geveld en omdat beide opera´s de diensten van ´La Stolz´in hoofdrollen vereisten, had Verdi tijd over.
Hij schreef het kwartet en er vond een zeer bescheiden en onopvallende uitvoering plaats in het Hotel delle Croce in Napels, door vier orkestmusici. Verdi was wat onzeker over het resultaat. Hij schreef: ´Ik weet niet of het mooi of lelijk is, maar het ís een strijkkwartet´. Er waren slechts zeven of acht genodigden bij die eerste uitvoering, maar die waren zeer enthousiast en ook bij een latere uitvoering Londen, waar rond de honderd gasten aanwezig waren, was het een groot succes en werd het met een encore beloond. Pas toen besloot Verdi, dat zijn uitgever het werk mocht publiceren. Nadien is er ook een versie voor strijkorkest gemaakt door Arturo Toscanini. In het kwartet zijn, al dan niet met wat fantasie, verwijzingen naar Aida en zelfs naar de latere grote fuga uit Falstaff te horen.
Chrysanten
Verdi´s opvolger als dé grote operacomponist van Italië en de wereld, Giacomo Puccini, schreef meer kamermuziekwerken dan Vedri maar ook geen enorme hoeveelheid. Eigenlijk is er maar één echt kwartet, in D groot geschreven tussen 1881-1883, niet veel later dus dan het kwartet van Verdi. Dat werk is geen echt repertoire stuk geworden, maar Crisantemi daarentegen wel. Het korte werk, van ongeveer zeven minuten, componeerde Puccini in 189o.
Volgens de componist zelf schreef hij Crisantemi op één avond. Hij schreef het als een elegie voor de Hertog van Aosta, Amedeo di Vavoia. Chrystanten, Cristantemi, zijn traditionele begravenisbloemen in Italië. Op de titelpagina staat: Alla memoria di Amedeo di Savoia Duca d’Aosta. Het werk is daarom ook zeer melancholisch en in bepaalde passages vrij dramatisch.
Puccini heeft Crisantemi later opnieuw gebruikt in het intermezzo van zijn opera Manon Lescaut uit 1893. Voorafgaand aan de dramatische vierde akte, waarin Manon sterft aan uitputting in de woestijn, klinkt het intermezzo en ook in de akte zelf wordt thematisch materiaal uit het kwartet Crisantemi hergebruikt.
De versie voor strijkorkest is populair als intermezzo in operaconcerten, maar het originele werk voor kwartet, dat het Quatretto di Cremona zal uitvoeren, is veel minder vaak te horen.
Hoewel er dus geen noot gezongen gaat worden, zal het concert van het Quartetto di Cremona in de Edensche Cocnertzaal op 8 oktober aanstaand, vele operaharten sneller doen kloppen.
Aanvang is om 20.00 uur.