AchtergrondBinnenkortFeaturedInterviews

Marcel Reijans: ‘altijd werk als tenor .’

Op hangertjes aan het rek in zijn kleedkamer hangen zijn grijs-zwarte vale kleren: een jasje, een overhemd en een broek. Niet bepaald keizerlijk. Toch zingt tenor Marcel Reijans in die outfit de rol van de keizer in de productie van ‘Turandot bij De Nationale Opera. Hij is zelfs zo goed als onzichtbaar voor het publiek. ‘Ik ben net als Turandot een waanvoorstelling. Ik sta in de achterste rij van het operakoor dat dezelfde kostuums draagt. Zo wilde de regie het, net zoals prinses Turandot buiten beeld haar rol zingt, op een plek halverwege in de toneeltoren.’

Marcel Reijans als Keizer en leden van het Opera Koor in Turandot bij het slotapplaus in De Nationale Opera. Foto © Lodie Lamie.

Volgens de aanwijzing van Giacomo Puccini moet de keizer met een zachte, oud klinkende stem worden gezongen. ‘Dat wilden dirigent Lorenzo Viotti en regisseur Barrie Kosky niet. Zij wilden niet dat de keizer karikaturaal zou worden neergezet. Ze vroegen mij te zingen met een normaal tenorgeluid. Kosky zei zelfs: ‘Het moet Schumannesk klinken, met een zekere lichtheid, geen Wagneriaans geluid. De keizer is een man van vlees en bloed. Er moet mildheid uit klinken; hij is moe van alles wat er gebeurt met telkens weer een onthoofding.’

Nooit (te) zware rollen

Reijans was verrast over die invulling van zijn 21ste rol die hij bij De Nationale Opera doet. ‘Ik loop nu zo’n dertig jaar mee in het operavak, heb zo’n tachtig rollen gezongen in binnen- en buitenland, maar deze rol van de keizer niet. Ik kende ‘Turandot’ wel. De rol van Calaf heb ik één keer gezongen bij een uitvoering met een amateurkoor. Een zware partij die op het randje ligt van wat ik kon en kan. Ik heb mijn stem nooit extreem geweld aan gedaan. Nooit zware rollen als Tristan of Otello. Ik heb wel een hartenwens: ik zou graag de Florestan uit Beethovens ‘Fidelio’ nog een keer willen doen. Lyrische rollen liggen mij het best.’

Marcel Reijans als Florestan in Fidelio bij Opera Compact. Foto:© Sanne Linssen

Met zingen begon Reijans in het studentenkoor Alphons Diepenbrock toen hij in Nijmegen studeerde. Geen zang, maar politicologie. ‘Ik was erg geboeid door alles wat er in de politiek en in de maatschappij in Nederland gebeurde. Vraagstukken als kernwapens, abortus, noem maar op hadden mijn belangstelling. De muziek kwam er gaandeweg bij. De dirigent van het koor raadde mij aan zanglessen te nemen. Ik kwam terecht bij Nelly van der Spek, destijds een bekende sopraan. In haar lessen begon het vuur in mij te ontbranden.’

Naar Amerika

‘Ik heb wel eerst mijn studie afgerond. Toen was mijn stem volgroeid en ben ik naar het conservatorium in Amsterdam gegaan, in 1990, waar ik vier jaar studeerde. In mijn studietijd deed ik mijn eerste operarol, de titelrol in ‘Candide’ van Leonard Bernstein. Dat was bij de Reisopera. Met het geld dat ik daarmee verdiende, heb ik het eerste jaar betaald van mijn studie in Amerika. Ik wilde mijn horizon verleggen en aan een toonaangevend instituten mijzelf verder ontwikkelen. Dat was aan het Curtis Institute in Philadelphia. Het tweede jaar daar kon ik betalen uit een beurs die ik via de Nederlandse Muziekprijs kreeg. In 1996 behaalde ik mijn master-graad.’

Marcel Reijans. Foto:© Rudi Wells

’Na terugkeer ging de bal rollen; ik kreeg bij DNO in 1998 mijn eerste rol, de officier Tjsekalinski in ‘Pique Dame’. Later kwam er Narraboth bij in ‘Salome’ in de regie van Nikolaus Lehnhoff, met Stefan Soltesz als dirigent. Vocaal een fijne partij om te zingen. En ik houd erg van de muziek van Richard Strauss. Ik verheug mij dan ook op mijn volgende optreden bij DNO, in ‘Der Rosenkavalier’, als Valzacchi.’

Gevraagd naar de mooiste herinnering bij DNO noemt Reijans de rol van Chevalier de la Force uit ‘Les dialogues des Carmelites’, in de regie van Robert Carsen. Ook in de samenwerking met dirigent Hartmut Haenchen beleefde hij mooie momenten. ‘Ik heb bij hem twee keer Froh gezongen in de ‘Rheingold’- productie die Pierre Audi regisseerde. En ‘Alceste’ was een iconische productie.

 

Marcel Reijns linksachter in het blauw, als Froh in Das Rheingold bij DNO. Foto: ©Marco Borggreve

Frommermann

Een heel ander chapiter in zijn zangerscarrière is het ensemble Frommermann met close harmony repertoire uit de twintiger en dertiger jaren, ontstaan in Amerika.  Die zangcultuur werd overgenomen door een groep Duitse zangers onder de naam Comedian Harmonists, geleid door oprichter Harry Frommermann. In 2005 richtte Reijans zelf een Nederlands ensemble op met dat repertoire en koos de naam ‘Frommermann’.  Hoe kwam hij als klassiek zanger terecht in die wereld van amusementszang?

‘Ik ben opgegroeid in Limburg. We keken er veel naar Duitse tv-zenders. Daar waren de Comedian Harmonists regelmatig te horen en te zien. Als kind werd ik erdoor geboeid. Toen is het zaadje geplant. Het is een soort jeugdliefde die ik later dus omzette in de vorming van een eigen groep met vijf andere enthousiastelingen om die virtuoze liederen uit te voeren. Het is entertainment van de bovenste plank. Ik ben acht jaar bij Frommermann gebleven als zanger, en als artistiek en zakelijk leider. Het was een reuze succes, en nog steeds.’

Marcel Reijans uiterst rechts met leden van Frommermann. Foto:© Roald Knapp

Reijans noemt het een gewone zaak dat hij ook die lichte kant in de muziek beoefende. ‘Ik noem mijzelf geen operazanger, maar een allround zanger. Ik heb heel veel oratoria gezongen, en vroeger ook wel liedprogramma’s. Alleen musical is nog niet op mijn pad gekomen. Maar als ik gevraagd zou worden, waarom niet.’

Les geven

Naast het solo-zingen groeide een andere activiteit: les geven. ‘In de eerste twintig jaar van mijn zangersleven heb ik alleen maar rondgereisd en gezongen. Het lesgeven is inmiddels uitgegroeid naar een baan als hoofdvakleider aan Codarts zoals het Rotterdams conservatorium heet.’ Hij ziet met lede ogen dat er veel meer vrouwen dan mannen zich aanmelden voor een zangstudie. Reijans: ‘Ik zeg altijd: heb je een tenorstem, ga zang studeren. Je hebt altijd werk als tenor.’

Als hij op 30 december voor het laatst zijn zwart-grijze keizerspak op de hangertjes heeft gehangen, wacht hem een volgende rol bij De Nationale Opera. Op 13 april volgt de première van ‘Der Rosenkavalier’ met de voor Reijans nieuwe partij van de spion Valzacchi. Hij kijkt er naar uit. ‘Ik word zestig jaar, maar ik wil blijven zingen zolang mijn stem het doet.’

Verder lezen, luisteren en kijken

Franz Straatman schreef een niet in alle opzichten lovende recensie van Turandot bij De Nationale Opera.

In 2016 won Marcel Reijans de Schaunard Award van Place de l’Opera.

François van den Anker sprak in 2016 met Marcel Reijans (en Henk Neven) over het lesgeven aan Codarts.

Video van Marcel Reijans als Narraboth in Salome van Richard Strauss in Baden-Baden.

Woensdag 28 en vrijdag 30 december zijn de laatste twee voorstellingen van Turandot bij De Nationale Opera. Ze zijn welliswaar officieel uitverkocht maar er is altijd kans op een last minute kaartje.

 

 

Vorig artikel

Opera Vlaanderen verknipt Ernani

Volgend artikel

Geslaagde Maagd van Orléans in Düsseldorf

De auteur

Franz Straatman

Franz Straatman