Sprankelende Candide bij Vlaamse Opera
Een herneming van Candide door de Vlaamse Opera in Antwerpen, dat is net wat de door een lang seizoen vermoeide operaliefhebber nodig heeft. Regisseur Nigel Lowery maakt het zijn publiek niet moeilijk: het blijft licht, met humor en ironie, en er wordt meer dan uitstekend gezongen.
Het seizoen loopt ten einde, de discussies over exuberante uitvoeringen van saaie opera’s en saaie opvoeringen van exuberante werken kunnen op het strand worden voortgezet. Het mag weer even lichter en in die sfeer is de keuze van de Vlaamse Opera in Antwerpen een hele goede: een herneming van Candide. De productie van regisseur Nigel Lowery uit 2009 staat de komende weken weer op de planken in Antwerpen.
Of Leonard Bernstein de ‘comic operetta’ Candide – hij verzon zelf een nieuw genre voor op het titelblad van de partituur – nu schreef omdat hij zin had het genre opera te parodiëren of vanwege het inspirerende libretto, blijft de vraag.
Het leven en werk van Bernstein speelde zich altijd af in een spanningsveld tussen ‘low’ en ‘high art’, tussen jazz en klassiek, tussen musical en opera, tussen dirigeren en presenteren, tussen entertainer zijn en een gewaardeerd en erkend serieus componist. Daarnaast was hij een door sommigen als naïef bestempelde activist, die zich in de warme belangstelling van de FBI mocht verheugen, lang voordat er emails en WhatsApps waren die je gewoon kon onderscheppen.
Hij zocht voor Candide samenwerking met de links-intellectuele schrijfster Lillian Hellman, wier partner Dashiell Hammett zelfs in de bak belandde vanwege zijn communistische sympathieën. Later werd ook schrijfster Dorothy Parker, één van de kernleden van de Round Table in het New Yorkse Algonquin Hotel, bij het project gehaald. Maar uiteindelijk bepaalden de songteksten van Richard Wilbur grotendeels de versie van Candide die op 1 december 1956 in première ging.
Net als in de vorige serie in 2009 zingt tenor Michael Spyres in Antwerpen de titelrol. Spyres maakt als tenor een succesvolle ontwikkeling door en is steeds vaker te vinden op grote operapodia, van de zomer zelfs in Rossini-mekka Pesaro.
Zijn Candide was geweldig. In de regie van Lowery was hij een in chinos en collegeblazer gestoken jongeman, een tikje nerdy, met een grote bril. Absoluut hoogtepunt – het enige dat kippenvel opriep – was zijn solo ‘Nothing more than this’. Het is een musicalachtig lied, maar waar ze in de musical soms enorm moeten stuwen en belten, scheerde Spyres moeiteloos door alle hoogtes en laagtes.
Vergeleken met zijn Rossini-rollen zal Candide geen enorm grote uitdaging voor hem zijn, maar in elke noot die hij tijdens de avond zong, hoorde je zijn kwaliteit. In de agenda op zijn website staat een veelbelovend zinnetje over Il viaggio a Reims in Amsterdam, in de komende jaren.
Tegenspeelster Leah Partridge, een Amerikaanse sopraan die geregeld in Europa te horen is, liet als Cunegonde in haar sleutelaria ‘Glitter and be Gay’ horen dat ze kan zingen én doseren. Haar sopraan is warm, net een fractie minder slank en flexibel dan die van Damrau en Dessay, maar dat compenseert ze met haar volle klank. Ze liep door de voorstelling in een zilverkleurige glitterjurk en zag eruit als Patsy uit Abfab, maar dan zonder sigaretten en Stolly.
De arme Carole Wilson zag er als the Old lady niet uit, maar vocaal en qua spel deed ze het uitstekend. Dat gold ook voor Chris Merritt als de Governor.
Dirigent Yannis Pouspourikas, vanaf volgend seizoen muzikaal leider bij het Aalto Theater in Essen, leidde vaardig het orkest van de Vlaamse Opera. Hij vond meestal de juiste balans tussen het kopergeschetter waar Amerikaanse componisten zo van lijken te houden en de meer fluwelen, lyrische passages. Het koor, met een groot aandeel in zang en spel, leverde Amsterdamse kwaliteit.
De regie van Nigel Lowery was absoluut onderhoudend. Hij deed geen moeite het stuk extra impact te geven en koos voor een wat Brechtiaanse benadering, met nadrukkelijke decorwisselingen. Soms was het een beetje Monty Python, soms neigde het naar schoolmusical.
De aanpassingen naar de lokale taal en omstandigheden – de hoerenbuurt heet op het decor Schippersstraat – hadden voor mij niet gehoeven, maar de 31 nummers die Candide kent kwamen in rap tempo voorbij. Het lukte Lowery soms om daar meer samenhang in te brengen dan er door de schrijvers in gestopt is. En net als in zijn regie van Platée voor De Nederlandse Opera was het voortdurend verrassend en speels.
Wie van opera houdt en denkt dat musical geen aantrekkelijk genre is, kan met deze Candide op een aangename manier van zijn geloof vallen. En de musicalliefhebber die een voorzichtige teen in de vijver van opera wil steken, staat een aangename avond te wachten.
Candide is nog tot en met 30 juni te zien in Antwerpen. Zie voor meer informatie de website van de Vlaamse Opera.
3Reacties
Bovenstaande tekst is mij ontijdig ontglipt. Ik verzoek de redactie die te verwijderen. Ik herschrijf.
Na mijn afscheid van dit discussieforum kom ik, vooralsnog eenmalig, terug, niet om mij opnieuw in discussies te begeven, maar vanwege het navolgende. Chris Merritt, fantastische heroïsche (belcanto)tenor, later karaktertenor, verkeert blijkbaar in grote problemen: https://www.gofundme.com/rgh4zg. Alhoewel ik de door hem kennelijk gewenste doorstart van zijn carrière, gelet op zijn vocale conditie, niet bepaald zie zitten, verdient hij m.i., op grond van zijn grote verdiensten in het verleden, (financiële) ondersteuning. Bij dezen roep ik u daartoe op. Velen zijn u reeds voorgegaan.
Ter aanvulling op het bovenstaande raad ik u aan, behalve naar de cabaletta uit “Zelmira”, te kijken en te luisteren naar deze passage uit “I puritani”, waarin Merritt bv., de overigens ook zeer door mij bewonderde, Juan Diego Flórez, mijlenver achter zich laat: https://www.youtube.com/watch?v=kRLYBC4-eJM.
“Chris Merritt, fantastische heroïsche (belcanto)tenor, later karaktertenor, verkeert blijkbaar in grote problemen: https://www.gofundme.com/rgh4zg. Alhoewel ik de door hem kennelijk gewenste doorstart van zijn carrière, gelet op zijn vocale conditie, niet bepaald zie zitten, verdient hij m.i., op grond van zijn grote verdiensten in het verleden, (financiële) ondersteuning. Bij dezen roep ik u daartoe op. Velen zijn u reeds voorgegaan”.
Dit circuleerde afgelopen voorjaar/zomer al rond. Ik hoop voor Chris Merrit dat hij genoeg hulp heeft gekregen om zichzelf uit dat gat te trekken, want ik ben het met Dhr.de Haan eens.
(nb.zelf ook gedoneerd aan collega in nood)