Macbeth: hoogtepunt van het jaar in Zürich?
Teodor Currentzis dirigeert bij het Opernhaus Zürich een muzikaal fenomenale Macbeth, geënsceneerd door sterregisseur Barrie Kosky. Een uitvoering onder hoogspanning, met Tatiana Serjan en Markus Brück als het verdorven echtpaar.
We zien een aardedonkere bühne, waarop vier concentrische lichtstralen een eindeloos lange tunnel vormen (de nieuwe Gotthard-basistunnel, ’s werelds langste tunnel?). Rekwisieten ontbreken volledig, op twee stoelen en dode raven na. Verder zien we een ovalen lamp, die naar beneden komt zakken en een smalle lichtcirkel tekent. Veel meer is er in deze nieuwe productie in Zürich niet te zien (decor: Klaus Grünberg).
Het is Barrie Kosky’s tweede productie in Zürich en zijn eerste ervaring met Macbeth, Verdi’s eerste Shakespeare-opera. De Australische sterregisseur, intendant van de Komische Oper Berlin, geeft blijk van moed door zijn regie optisch tot zo’n licht-donkercontrast te reduceren. Daarbij is hij duidelijk geïnspireerd door het Japanse Nôh-theater. Iets wat de kostuums van Klaus Bruns onderstrepen.
Het hele verhaal speelt zich af in de hoofden van de beide protagonisten. De heksen, het volk, de verschijningen, eigenlijk alle figuren uit de opera bestaan enkel in de gedachten van Lady en Macbeth. Het koor klinkt vrijwel onzichtbaar vanuit het donker, terwijl een groep naakte figuranten (mannen met borsten, vrouwen met penissen) de heksen uitbeelden. Er zijn geen politieke interpretaties en er is geen groot, extravagant heksenballet. Het komt enkel en alleen aan op de protagonisten en hun mentale ontsporing.
Denk nu niet: saaier en luier kan een regieconcept niet zijn. Allesbehalve! De ware kracht van dit minimale visuele concept wordt duidelijk in combinatie met de tot in het extreme opgevoerde muzikale spanning die uit de orkestbak tevoorschijn komt. In die bak wordt onder de hand van Teodor Currentzis een haast demonisch wonder verricht.
Wat Currentzis doet, is ongrijpbaar magisch. De muziek ademt als een wild dier, een onberekenbaar wezen, zwart en glanzend als een panter. De muziek is vertrouwd – ik heb het al duizendmaal gehoord – maar toch klinkt het anders. Ongewoon nieuw. Onder stroom. Fascinerend. Gevaarlijk. Als een panter die je nooit zou durven aanraken…
Het is de eerste keer dat ik Currentzis live meemaak. Ik geef toe dat ik vooraf mijn twijfels had over deze Griekse dandypunk met zijn zwarte Dr. Martens met rode veters en zijn pubertale gothic-trekjes, die in het verre Russische Perm als muzikaal directeur van zich doet spreken. Maar al snel blijkt dat hij over een enorm muzikaal inzicht beschikt en een sterke hang naar perfectie heeft. Hij kiest adembenemende tempi en creëert vlammende ensembles. Hij richt je oor op microscopische details als de tremoli of pizzicati in de strijkers. En in ‘Patria oppressa’ schept hij een sensationele lijn en balans in de koorzang.
In zijn directie laat Currentzis geen enkele ruimte voor pauzes. Het klinkt misschien wat banaal, maar je hoort in zijn directie iets van het oude Griekse vuur, de geest van de tragedieën. Zoals men graag van Maria Callas zei: iedere noot, elke maat, de hele opera klinkt als één groot hoogtepunt.
Bij een regisseur die van de gezichtsuitdrukkingen en lichaamstaal van zijn zangers erg veel vraagt en bij een dirigent die op zulke muzikale hoogten zweeft, hebben de zangers geen gemakkelijke taak. Tatiana Serjan en Markus Brück zijn echter een ideale bezetting voor de titelrollen.
Vooral Markus Brück, Kammersänger van de Deutsche Oper Berlin, springt eruit. Hij maakt als Macbeth zijn huis- en roldebuut. De rol lijkt hem vocaal niet weinig moeite te kosten, maar dat draagt juist bij aan zijn levensechte en authentieke vertolking. In zijn interpretatie is Macbeth geen monster, maar een fragiel mens.
Door zijn stemgeluid intelligent te doseren, voert Brück de intensiteit van zijn vertolking steeds verder op, met als hoogtepunt zijn stervensaria in de finale. Die zingt hij voor op het toneel, voor een gesloten doek. Bloter gaat het niet! Een vuurproef die de veelzijdige bariton met glans doorstaat. Niet voor niets is hij al meer dan vijftien jaar geliefd bij een breed publiek in Berlijn.
Tatiana Serjan heeft alles in huis wat nodig is voor de interpretatie van Lady Macbeth, van een volle laagte tot de zo gevreesde ‘piano acuto’ aan het einde van de slaapwandelscène. Een goede Lady is mijns inziens geen Zuid-Italiaanse verismodiva, die meer interesse heeft in effecten dan in echte expressie. Maar zo is Serjan niet. Snijdend precies en gecontroleerd zingt ze, de hele avond door. Echt klasse!
Tussen twee van zulke grote en intense protagonisten steken de zangers uit het Zürcher huisensemble – Pavol Breslik als Macduff en Wenwei Zhang als Banco – wat bleek af. Die terughoudendheid past echter wel bij het concept.
Ik sluit me van harte aan bij wat de Tages-Anzeiger in haar recensie over deze productie schreef: “Wer sie verpasst, ist selber schuld.”
Zie voor meer informatie de website van het Opernhaus Zürch.