Juan Diego Flórez zingt Meyerbeer in Berlijn
De Deutsche Oper Berlin vervolgt zijn Meyerbeer-cyclus met de waarschijnlijk beroemdste grand opéra: het historische spektakel Les Huguenots uit 1836. Stertenor Juan Diego Flórez zorgt met zijn roldebuut als Raoul voor internationale aandacht.
De opera’s van Giacomo Meyerbeer excelleren altijd op twee niveaus: de virtuositeit van de zangers en de overweldigende effecten van het decor. Om bij het eerste te beginnen: voor dit derde deel van de Meyerbeer-cyclus (na een concertante Dinorah en een scenische Vasco da Gama) heeft de casting director van de Deutsche Oper een ronduit perfecte zangersgroep geëngageerd.
Natuurlijk gaat de meeste aandacht uit naar Juan Diego Flórez, die optisch de ideale persoon is voor de jonge, verliefde, protestantse edelman Raoul en met de extreme hoogte van zijn partij geen enkele moeite heeft. Zijn ‘blanke’ Rossini-tenor beschikt weliswaar niet over de verleidelijke ‘Schmelz’ die de lyrische passages memorabel zouden maken, maar Flórez is hoe dan ook een interessante en aantrekkelijke zangerspersoonlijkheid, die ervoor verantwoordelijk was dat zo’n tweehonderd journalisten uit de hele wereld naar Berlijn reisden voor deze première.
Flórez wordt omgeven door uitmuntende collega’s. Eerst verbluft Patrizia Ciofi als Marguerite de Valois met dromerig-melancholisch coloraturenvuurwerk in de tweede akte (deels ook met veel zelfironie), vervolgens eist de jonge Olesya Golovneva de show op als de katholieke Valentine, die zich van haar moordende geloofsgenoten afkeert en zich te midden van de beruchte ‘massacre de la Saint-Barthélemy’ van 1572 tot het protestantisme bekeert, om samen met haar geliefde Raoul te sterven.
Golovneva is een ongewone bezetting voor de rol, aangezien ze geen dramatisch-donkere sopraan is, maar eerder een lichte Gilda-stem heeft. Het accentueert haar meisjesachtigheid. Daarvoor mist haar middenregister wellicht wat gewicht, maar haar hoge noten hebben een elektriserende werking.
Vocale glans komt ook van Irene Roberts als de page Urbain (eveneens met geweldige hoogte), Derek Welton als de autoritaire Comte de Saint-Bris en Marc Barrad als een haast offenbachiaanse Conte de Nevers. Ook Ante Jerkunica hoort in het rijtje thuis als Marcel, al weet hij in de vijfde akte niet meer te variëren met zijn opulente basstem, maar enkel nog forte te zingen. Niettemin: imposant.
Even indrukwekkend is de muzikale directie van de jonge Italiaan en Rossini-specialist Michele Mariotti, die een nagenoeg vlekkeloze versie van Les Huguenots biedt, waarin hij alle instrumentale karakteristieken van Meyerbeer uitwerkt en met grote overgave en passie de subtiliteiten van de partituur overbrengt. Het orkest en koor (instudering: Raymond Hughes) zijn een sensatie, vooral in de dramatische knooppunten. Groot applaus voor zowel solisten als dirigent.
Zulk applaus krijgen regisseur David Alden en zijn team niet. Boegeroep is vooral hun deel. Niet omdat de productie met kostuums van Constance Hoffmann en een decor van Giles Cadle er zo verschrikkelijk uitziet (bij de Deutsche Oper is men wel erger gewend), maar omdat Alden bij deze grootse, historische opera niets ingevallen lijkt te zijn.
Alden laat de zangers meestal gewoon op hun plek staan – verder gebeurt er niets. Dat is bij de ‘action opera’ van Meyerbeer en zijn librettist Eugène Scribe dodelijk saai. Meyerbeer componeerde overweldigende scènes, waar iets moet gebeuren, zoals in een moderne Hollywood-blockbuster.
Bij Alden is de handeling historisch niet duidelijk te plaatsen en hij regisseert de personages niet zo dat het tot pakkende interactieve situaties leidt. Ook bij de grote visuele momenten (zoals het zegenen van de zwaarden in de vierde akte) of bij de botsing tussen katholieken en protestanten voor de kerk in de derde akte (met ballet) gebeurt niets. Bij Alden zit iedereen in de kerk, in lange banken. Alles bij elkaar is het te weinig voor een spannende Meyerbeer.
In tegenstelling tot de beroemde Berlijnse Huguenots-enscenering van John Dew uit 1987, die op dvd beschikbaar is, zullen van deze productie weinig beelden blijven hangen. Ook haalt Flórez het niet bij Richard Leech. Maar al met al is deze nieuwe enscenering een muzikaal hoogtepunt, waarbij Aldens non-regie tenminste niet bijzonder stoort.
Er zijn tot en met februari 2017 nog zeven voorstellingen. Zie voor meer informatie de website van de Deutsche Oper Berlin.