Recensies
Place de l’Opera volgt alle operaproducties in Nederland op de voet, met daarnaast ruim aandacht voor producties over de grens. Lees hier al onze recensies, evenals onze besprekingen van nieuwe cd’s en dvd’s.
The Mad King: bonte show rond gekke koning
De Engelse koning George III, regerend van 1760 tot aan zijn dood in 1820, is de geschiedenis ingegaan als ‘de gekke koning’. De tragiek van zijn gekte verwerkte de Britse componist Peter Maxwell Davies in een monodrama, getiteld Eight Songs for a Mad King. Schrijnende muziek in een sober theaterstuk van bijna dertig minuten, dat in The Mad King van OPERA2DAY tot een bonte show van ruim een uur is uitvergroot.
Topuitvoering van Rossini’s mis door DNO
De Nationale Opera weet in coronatijd creatief om te gaan met haar kroonjuweel, het operakoor. Na het ontroerend mooie a-capellaconcert onder leiding van Lorenzo Viotti biedt DNO nu een gratis stream aan met de grootse ‘kleine plechtige mis’ van Gioacchino Rossini, in samenwerking met het Nederlands Philharmonisch Orkest.
Gonzalez Toro leidt gepolijste Orfeo
De nieuwe studio-opname van Monteverdi’s Orfeo op het Franse label naïve draait helemaal om Emiliano Gonzalez Toro. De tenor zingt niet alleen de hoofdrol, maar dirigeert ook zijn eigen ensemble I Gemelli. Het resultaat is zeer goed verzorgd, maar ook een beetje saai.
MacMillan schuwt harde kanten niet in kerstoratorium
Ongeveer op het moment dat de NTR ZaterdagMatinee in het Concertgebouw het kerstoratorium van James MacMillan lanceerde, legde de hemel een laagje sneeuw over Amsterdam en omstreken. Hoe romantisch bij de wereldpremière van zo’n werk. Maar in zijn compositie was voor de zoete, idyllische sfeer waar kerstvieringen mee worden omgeven nauwelijks plaats. MacMillan schuwde de harde kanten van het geboorteverhaal niet.
Alex Ross’ Wagnerism: zu viel, zu viel
Het nieuwe boek Wagnerism van Alex Ross is vooral een parade van personen en bewegingen die vanaf midden negentiende eeuw kortere of langere tijd een rol speelden in het culturele en politieke speelveld. Goedbeschouwd blijft de tekst steken in een eindeloze opsomming. ‘Zu viel, zu viel’, zou Tannhäuser verzuchten.