Joseph Calleja: een tenor uit duizenden
Joseph Calleja’s vorige album droeg de naam ‘The Golden Voice’. Dat gewaagde etiket staaft hij nu, vijf jaar rijper, met een nieuwe cd. Zijn stem is er inderdaad eentje van goud. Een unieke, wonderschone verschijning in het gelid van operatenoren van vandaag.
The Maltese Tenor is het derde soloalbum van Joseph Calleja. Eerder nam hij bij Decca Tenor Arias en The Golden Voice op. Dat laatste album dateert alweer van vijf jaar geleden.
Calleja koos er bewust voor om een aantal jaren buiten de studiodeuren te blijven, vertelt hij in een interview bij de cd. De tenor begon zijn carrière op bijzonder jonge leeftijd en schoot meteen als een pijl omhoog. Na zijn vorige cd wilde hij eerst tijd nemen om zich vocaal verder te ontwikkelen.
Het resultaat is buitengewoon fraai. The Golden Voice vond ik al prachtig, maar nu, met The Maltese Tenor, ben ik er werkelijk van doordrongen geraakt wat een uniek, wonderschoon instrument er in de keel van deze tenor schuilgaat.
Het is een geluid uit duizenden, een stem die terecht met grootheden van weleer vergeleken wordt. Zijn timbre is van fluweel en maakt een ‘antieke’ indruk, iets wat nog versterkt wordt door zijn lichte vibrato. Het klinkt alles bijzonder puur en elegant.
Het is vooral deze stem die dit album bijzonder maakt, want in de repertoirekeuze slaat Calleja veel bekende wegen in. ‘Che gelida manina’, ‘E lucevan le stelle’, ‘Salut! Demeure chaste et pure’, ‘Ah! Fuyez, douce image’: het is allemaal al uit den treuren opgenomen. De fragmenten uit Luisa Miller, Les Pêcheurs de perles en Mefistofele zijn iets minder gangbaar, maar evenmin heel verrassend.
Vooral in het Franse repertoire op de cd vind ik Calleja voortreffelijk. Zijn zang heeft iets egaals en stijlvols dat ik erg goed samen vind gaan met de lyrische melodieën van Gounod, Massenet en Bizet. De nasale tint die af en toe in zijn stem doorschemert, draagt daar wellicht ook aan bij.
In ‘Salut! Demeure chaste et pure’ uit Faust kleurt hij bijvoorbeeld geweldig bij de romantische orkestklanken. Zijn zang smelt zich als het ware een weg door de orkestbegeleiding heen. Met als climax een hoge c waar hij een waanzinnig decrescendo op maakt. Bravo!
Ook in een aria uit Manon en een duet uit Les Pêcheurs de perles komen de melodieën verfijnd uit zijn mond gestroomd. Zo soepel en zo rijk aan klank: het sleept je volledig mee.
In het echt dramatische werk zoals de aria’s uit Tosca of enkele aria’s van Verdi zingt Calleja mij soms iets té egaal. Hij klinkt dan haast te fraai om de scherpte en rauwheid van het drama te laten horen. Maar het is maar een kanttekening, want ook in dat repertoire is en blijft hij een lust voor het oor.
In een duet uit La bohème en het duet uit Les Pêcheurs de perles wordt Calleja overigens uitstekend bijgestaan door sopraan Aleksandra Kurzak. Zij maakt in augustus haar solodebuut bij Decca. Iets om naar uit te zien.
Uitstekend bijgestaan wordt Calleja ook door het Orchestre de la Suisse Romande. Onder leiding van Marco Armiliato geeft het orkest de aria’s warm en klankrijk vorm.
Reden genoeg dus om het album aan te schaffen. The Maltese Tenor is niet zomaar een tenor.
Hieronder de trailer:
5Reacties
Joseph Calleja as Malta’s Musical Ambassador:
http://www.imagediplomacy.com/malta.html
ben blij deze man 2x te hebben gehoord hier in Nederland.
Bij de Nationale Reisopera JA JA in Maria Stuarda en
later ook bij de nederlandse opera in Rigoletto,
in het muziektheater.
Zal waarschijnlijk wel de enige keren blijven.
Ben bang dat Vottorio Grigolo ooko nooit in Nederland zal zingen ook missen we Frattolini.
Sorry ik bedoel dus de tenor:
Giuseppe Filanoti !!!!!!!
@Chris – waarschijnlijk gaan wij ook Charles Castronuovo missen en Stephen Costello, maar misschien ook niet? We hebben ook het geluk gehad om John Osborn hier een paar keer te mogen horen.
Ooit heb ik Calleja geinterviewd:
http://www.operamagazine.nl/achtergrond/4028/calleja-pavarotti-is-voor-mij-nummer-een/
Basia bedankt .Heel leuk intervieuw,
had het niet gelezen.