Carsen introduceert Rigolettto in Aix
De Canadese regisseur Robert Carsen keerde deze zomer na een lange afwezigheid terug naar Aix-en-Provence, om er Rigoletto in beeld te brengen, een opera die nooit eerder op het bekende operafestival te zien was. Ster in zijn ‘circusversie’ van Verdi’s werk: George Gagnidze.
Carsen situeert het verhaal van Giuseppe Verdi’s opera in een circus. Al tijdens de eerste maten van het voorspel komt een clown (Rigoletto) voor het gesloten doek staan. Hij lacht luid, maar zijn lach verandert in gehuil. Daarmee wordt het hele verhaal samengevat.
Het doek gaat op en we zijn in het circus. Het decor met zijn grote, rode tribune doet denken aan dat van de Carmen die Carsen in Amsterdam ensceneerde. In het circus gaat het feest – of beter: de slemppartij – van de hertog van Mantua door. Een scheut bloot mag niet ontbreken, een dompteur voert een nummertje op met stripteaseuses en Rigoletto aarzelt niet de hertog aan te moedigen in zijn allesbehalve vrouwvriendelijk gedrag.
Na afloop wandelt Rigoletto naar huis, doet zijn clownspak uit en ontmoet de huurmoordenaar Sparafucile, die hier de messenwerper uit het circus is. Rigoletto’s huis blijkt een woonwagen te zijn, duidelijk te klein, waardoor voelbaar wordt hoe Gilda door haar vader beklemmend overbeschermd wordt.
Tijdens de voorstelling verandert Rigoletto een paar keer van clown in vader. Het drama ontketent zich als de duidelijke scheiding tussen die twee werelden vervaagt en de wereld van het hof (circus) binnendringt in het leven van de vader.
Gilda zit op wolkjes als ze haar hart verliest aan de hertog. Carsen laat de Russische Irina Lungu zwevend in de lucht op de trapeze zingen over haar (ge)liefde. Haar sopraan en de fluiten fonkelen als sterren aan de Provençaalse hemel.
De hovelingen, die niet weten dat Gilda Rigoletto’s dochter is, ontvoeren haar, tot grote vreugde van de hertog. Carsen maakt gebruik van de ‘looks’ van de Mexicaanse tenor Arturo Chacón-Cruz, die zich al zingend uitkleedt om ‘het’ met Gilda te gaan doen. Dat hij zijn figuur mee heeft kan niet verhelen dat hij in de hoogte de stralende, verleidelijke zon in zijn stem mist.
Het hoogtepunt van de avond komt als Rigoletto Gilda gaat zoeken en de hovelingen duidelijk maakt dat zij zijn dochter is. Woedend gaat hij samen met het superb spelende London Symphony Orchestra onder Gianandrea Noseda tekeer tegen het ‘vil razza dannata’, om vervolgens met de Engelse hoorn en de fagot te huilen en tot slot hen te smeken zijn dochter terug te geven. Zijn smeekbede wordt bijna een trio voor bariton, cello en Engelse hoorn.
De Georgische bariton George Gagnidze heeft deze rol al ontelbare keren gespeeld. In de hoogte klinkt hij soms wat geknepen, maar hij ‘is’ gewoon Rigoletto. Als hij zijn dochter uiteindelijk terugkrijgt, troost hij haar, om vervolgens om wraak te schreeuwen. Maar Gilda klemt de kamerjas van de hertog stevig in haar armen. Zij is niet uit op wraak.
Het derde bedrijf, in het café van Sparafucile, speelt zich af tussen de touwen en ladders van de trapezisten. De afloop is bekend: Sparafucile – de in het oog te houden Hongaarse bas Gábor Bretz – steekt niet de hertog maar Gilda neer, die zichzelf opoffert om hem te redden, en stopt haar in een zak. Rigoletto is apetrots dat hij eindelijk wraak heeft kunnen nemen en wil de zak in de rivier gooien. Tot hij op de achtergrond de stem hoort van de hertog, de zak opent en er zijn stervende dochter in vindt. Uit de nok van het circus rolt een trapeziste naar beneden…
Deze productie is in december in Straatsburg te zien, hoewel anders bezet. In mei komt die in dezelfde bezetting naar De Munt. Vaut le voyage!