AchtergrondBuitenlandFeaturedOperarecensie

Bad Wildbad eert Rossini-tenor Nourrit

In het kleine Duitse plaatsje Bad Wildbad is het goed toeven. Iedere zomer staat het kuuroord bol van de belcantomuziek tijdens het inmiddels internationaal bekende Rossini-festival. Het festival gaat dit jaar op 17 juli van start, maar afgelopen weekend waren er al vier concerten ter ere van de heropening van het Königliches Kurtheater. Ster van die concerten was Michael Spyres, die een hommage aan Adolphe Nourrit gaf.

Het Königliches Kurtheater in Bad Wildbad (foto: Elias Glatzle).
Het Königliches Kurtheater in Bad Wildbad (foto: Elias Glatzle).

Het Königliches Kurtheater staat pal naast het reguliere festivalgebouw. Het is een charmant theatertje, gebouwd in 1864 en net groot genoeg voor 150 bezoekers.

In het theater stond dit weekend een bijzonder concert op het programma, verspreid over twee dagen (11 en 13 juli). Het was een hommage aan stertenor Adolphe Nourrit (1802-1839), die beroemd werd door zijn optredens in de premières van alle Franstalige opera’s van Rossini. De in Montpellier geboren zanger vierde vele triomfen met Rossini’s muziek, in het bijzonder als Arnold in Guillaume Tell. Later zong hij ook in de premières van opera’s van anderen, waaronder La Juive, La Muette de Portici, Robert le Diable en Les Huguenots.

Nourrits sterstatus was zo groot dat hij zich onbekommerd kon bemoeien met de composities die hij vertolkte. Zo schreef hij de tekst van de beroemde aria ‘Rachel, quand du Seigneur’ uit La Juive en moest Meyerbeer zijn beroemde duet uit de vierde akte van Les Huguenots continu herschrijven, totdat Nourrit er tevreden mee was.

In 1836 belandde Nourrit in een stemcrisis, aangewakkerd doordat een ander talent, Gilbert Louis Duprez, in Parijs arriveerde. Hij was de tenor die naar verluidt als eerste de hoge c met zijn borststem zong. Nourrit verliet Parijs en vond zijn weg naar Italië, waar hij samen met Donizetti aan zijn stem werkte. Het resultaat hiervan was echter dat hij zijn hoogte volledig kwijtraakte. Daags na een tegenvallend benefietconcert pleegde hij zelfmoord.

Hoewel er natuurlijk geen opnames van Nourrits stem bestaan, kunnen we ons er wel een voorstelling van maken. Zijn hoge noten zong hij in ieder geval niet in het borstregister… Gezien de muziek die voor hem geschreven werd, was hij niettemin een geraffineerde belcantozanger, met een uiterst flexibele stem, zoet in de hoogte, krachtig en goed geprojecteerd, zonder ‘heldisch’ te zijn. Vergelijkbaar met Nicolai Gedda in zijn hoogtijdagen.

De zeer actieve, nog jonge tenor Michael Spyres stapte voor deze hommage in de voetsporen van zijn illustere voorganger. Op het programma stonden enkel aria’s uit een aantal belangrijke opera’s die Nourrit hielp creëren.

Het eerste concert opende met de openingsaria uit Le Comte Ory van Rossini, die Spyres met verve neerzette. De stem van de Amerikaan is prachtig van klank. Robuust, krachtig in het middenregister en uiterst precies in de coloraturen. Zijn hoogte is wat slanker, maar niet omdat hij daar, zoals Nourrit, zijn borststem gebruikt. Ik kreeg wel het idee dat hij enigszins vermoeid was.

Michael Spyres voor de Virtuosi Brunenses onder David Parry (foto: Dr. Ulrich Köppen).
Michael Spyres voor de Virtuosi Brunenses onder David Parry (foto: Dr. Ulrich Köppen).

Van Rossini klonk behalve Le Comte Ory ook de grote tenoraria uit Guillaume Tell, inclusief het ‘Suivez moi’. Het kleine zaaltje van het Kurtheater had het zwaar te verduren bij dit vocale geweld. Hoogtepunt van de eerste avond was echter de prachtige aria uit La Juive van Halévy, met twee althobo’s in de opening. Ook deze aria werd afgesloten met de meestal geknipte cabaletta. Een waardig eerste eerbetoon aan de grote Nourrit.

Tijdens het tweede concert stonden er aria’s van Cherubini en Auber op het programma, uit opera’s als Ali Baba, Gustave III, La Muette de Portici en Le Philtre. Deze over het algemeen zelden te horen aria’s waren een lust voor het oor. En als deze aria’s representatief zijn voor de rest van Aubers werk verdient hij beslist een grotere plaats op het operapodium. Van Le Philtre (de liefdesdrank) werd ook de ouverture gespeeld: een waar feestje.

De aria ‘Du pauvre seul ami’ uit La Muette was het hoogtepunt van het tweede concert. In deze aria toonde Spyres zich een meester in de belcantozang, met zijn prachtige opbouw en legatolijnen. Na de pauze herhaalde hij de mooie romance van Raoul uit Les Huguenots, die hij naar eigen zeggen niet al te best zong in het eerste concert. Beide keren klonk het zeer goed, maar zoals gezegd wel wat vermoeid, wat hem met name opbrak in de slotnoten.

Het tweede concert sloot af met de aria van Poliuto uit de gelijknamige opera van Donizetti, die deze rol speciaal voor Nourrit schreef (hoewel de tenor hem uiteindelijk nooit zong). De aria was een schril contrast met de rest van het programma. Vanwege het Italiaans, maar ook vanwege de dramatischer muziek en het feit dat Spyres daar hoorbaar minder goed tegen opgewassen was.

Als toegift zong Spyres bij beide concerten een barcarolle uit Stradella van Niedermeyer, wat gelukkig weer veel beter paste bij zijn stem. Als tweede toegift zong Spyres bij het tweede concert nog eenmaal de aria uit Le Comte Ory, omdat de opname van vrijdag nog niet toereikend was voor de cd die volgt op deze concerten.

David Parry dirigeerde het geheel. Hij blonk uit in de ouverture van Stella di Napoli van Giovanni Pacini. Muziek om van te smullen en die naar meer doet verlangen. Hopelijk belandt deze ouverture ook op cd.

Vorig artikel

Dirigent Lorin Maazel (84) overleden

Volgend artikel

Bad Wildbad: kuuroord met tien sterren

De auteur

Lennaert van Anken

Lennaert van Anken

1 Reactie

  1. rvandusschoten
    19 juli 2014 at 17:30

    Dat is erg, wanneer je Door verlies van succes je leven beëindigd op 37 jarige leeftijd. Langdurig succes is blijkbaar verslavend. Jammer dat er geen geluidsopnames zijn. Hij moet fantastische hebben gezongen.