BuitenlandFeaturedOperarecensie

Bartoli en Loy vieren succes met Ariodante

Christof Loys productie van Ariodante ging eerder dit jaar in première tijdens de Pfingstfestspiele in Salzburg en oogstte veel succes. Deze zomer werd de uitbundige productie hernomen.

Cecilia Bartoli als Ariodante. (© Salzburger Festspiele / Monika Rittershaus)

Wat de toeschouwer te zien krijgt, is grotendeels een rechttoe rechtaan weergave van Händels opera. Maar wel met een merkwaardige twist. Regisseur Christof Loy en prima donna Cecilia Bartoli – tevens intendant van de Pfingstfestspiele – hebben als subplot de ‘genderproblematiek’ ingebracht. Ter verduidelijking wordt dit tot tweemaal toe via een voice-over voor de toeschouwer verduidelijkt.

Op zich biedt barokopera hiervoor wel een aanknopingspunt, met zijn geschiedenis van castraten die zowel mannen als vrouwen vertolkten en later countertenoren en vrouwen in broekrollen. De scheidslijn tussen mannen en vrouwen is bijna nergens zo vaag als in dit operagenre.

In deze productie is Ariodante, vertolkt door Bartoli, aanvankelijk een man (die natuurlijk zingt met een vrouwenstem). Hij is een ridder die zich bewezen heeft op het slagveld, niets mannelijks is hem vreemd, hoewel de voice-over daarover al enige twijfel probeert te zaaien.

Als Ariodante het slachtoffer wordt van bedrog en hij zich door zijn aanstaande Ginevra verraden voelt, begint de verandering, mooi in beeld gebracht doordat Ariodante Ginevra’s jurk over zijn mannenkleren aantrekt. Op dat moment wordt tegelijkertijd het hedendaagse fenomeen Conchita Wurst op de hak genomen, aangezien Ariodante een baard draagt en we nu dus kijken naar een baardige man in een lange jurk. Ik vermoed dat dit detail uit de koker van Bartoli komt.

Sandrine Piau en Rolando Villazón in Ariodante. (© Salzburger Festspiele / Monika Rittershaus)

An het einde van de opera verliest Ariodante zijn baard en verschijnt Bartoli in een gedecolleteerde jurk. De transformatie lijkt compleet. Toch is Ariodante bepaalde mannelijke trekjes nog niet kwijt. Hij loopt als een man, zit wijdbeens en rookt een sigaar. Bartoli laat zien hoe gemakkelijk dit alles haar afgaat door rustig door te zingen als die sigaar nog in haar mond zit.

Ariodante heeft een wat merkwaardige verhaallijn. Net als in Arabella staat Mr. Right van meet af aan klaar. De opera kent als het ware een happy beginning. Daarna lijkt alles mis te lopen, maar tot slot is er toch een happy ending.

Twee vrouwen verlaten aan het einde het toneel, Ariodante en Ginevra, de overige personages in verstijfde toestand achterlatend. Ginevra is buitengewoon slecht behandeld, zelfs ter dood veroordeeld vanwege onbewezen seks buiten het huwelijk, een typische uitwas van een door mannen gedomineerde maatschappij. Net als de Marschallin zal ze het nu wel even gehad hebben met mannen. Dat haar oorspronkelijke bruidegom Ariodante een vrouw blijkt te zijn, is in dat verband bijna een bonus.

Topcast

Barokopera is niet mijn favoriete genre – te gekunsteld. Met de lengte heb ik als wagneriaan geen problemen, maar wel met het aanhoudende vocale mitrailleurvuur. In mijn beleving laten de zangers hiermee een kunstje zien dat weinig meerwaarde heeft, anders dan ‘showing off’. Zoiets als de 32 fouettés en tournant in het Zwanenmeer. Maar als er ‘normaal’ gezongen wordt, kent het genre prachtige momenten.

Zo ook in Ariodante, als de held/heldin zijn/haar hart uitstort na ogenschijnlijk door Ginevra te zijn bedrogen. De aria ‘Scherza infida’ is zeer ontroerend en werd door Bartoli schitterend ten gehore gebracht. Een ander topstuk is de klaagzang van Ginevra, ‘Il mio crudel martoro’. Kathryn Lewek zong deze aria extreem langzaam, zozeer dat de tijd bij wijlen stil leek te staan. En zo ijl en zacht alsof ze ter plekke dood zou blijven. Feitelijk was dit het mooiste moment van de lange avond.

Sandrine Piau was zeer verdienstelijk als de ongelukkige, goedgelovige Dalinda, die ook na Polinesso’s dood, de man die haar zozeer misbruikt en verraden had, nog moeite had zich van hem los te maken en Ariodantes broer Lurchiano als echtgenoot te accepteren.

Tot viermaal toe vraagt Lurchiano, vertolkt door Rolando Villazón, of ze nog van Polinesso houdt en steeds geeft ze een ontwijkend antwoord. Het doet denken aan Donna Anna en haar Ottavio (‘geef me een jaar om eroverheen te komen, daarna zien we wel weer’). Mooi om Villazón weer eens te zien optreden. Hij was goed bij stem, al lijkt zijn tenor wel een wat baritonaal timbre te gaan vertonen.

Scène uit Ariodante. (© Salzburger Festspiele / Monika Rittershaus)

Countertenor Christophe Dumaux excelleerde als de vileine Polinesso. Opvallend hoe hij vanuit de hoogte kan afdalen naar een tenoraal stemgeluid, zonder dat er een registerwisseling hoorbaar is. Acterend zette hij het onaangename karakter van zijn personage sterk aan, wat hem tot de absolute bad guy van de voorstelling maakte.

Laten we niet vergeten dat ook Ginevra’s vader, de koning van Schotland, niet echt onze sympathie verdient. Zonder enig bewijs accepteert hij de beschuldiging dat Ginevra zich oneerbaar heeft gedragen, weigert haar te zien of aan te horen en veroordeelt haar tot de dood. Nathan Berg liet in de rol horen dat ook een bas in staat is tot vocale mitrailleursalvo’s, hoewel hem dat de nodige moeite kostte. In de lange lijnen was zijn zang alleszins op het niveau van zijn collega’s.

Balletscènes

Cecilia Bartoli formeerde recent haar eigen orkest, samengesteld uit musici die ze in de loop van haar carrière heeft leren kennen. Het ensemble gaat door het leven als Les Musiciens du Prince. Men speelt op originele instrumenten uit de barokperiode, wat met name goed te horen is bij de houtblazers, die wat brutaler lijken te klinken als gebruikelijk. Gianluca Capuano gaf leiding aan het geheel en had zodoende een belangrijke bijdrage in het welslagen van de avond.

In een min of meer librettogetrouwe enscenering kan een ballet niet ontbreken. Acht dansers namen de balletscènes in de eerste en derde akte op briljante wijze voor hun rekening en kwamen tussentijds nog regelmatig in beeld als figuranten, die het tempo in de handeling een impuls gaven.

Deze Ariodante was beslist de moeite waard, zowel muzikaal als scenisch. En voor wie dat gendergedoe geen meerwaarde heeft: laat het tot troost zijn dat het gemakkelijk genegeerd kon worden.

Vorig artikel

Hollands Diep brengt Julia & Romeo

Volgend artikel

Carmina Burana klinkt beschaafd

De auteur

Peter Franken

Peter Franken

2Reacties

  1. Gert-Jan
    29 augustus 2017 at 14:37

    Weet iemand of deze productie op DVD wordt uitgebracht of zal worden uitgezonden?

  2. Maarten-Jan Dongelmans
    29 augustus 2017 at 16:18

    Als de productie verschijnt (en waarom niet?) zal dat vermoedelijk bij Universal Music zijn. La Bartoli staat daar immers onder contract. Meestal zit er tussen uitvoeringen en release ruim een half jaar.