Tosca, of de ondergang van Scarpia
Niet Tosca maar Scarpia staat centraal in Harry Fehrs nieuwe enscenering van Puccini’s klassieker bij de Nederlandse Reisopera. Van meet af aan observeert en controleert de Romeinse politiechef de gang van zaken. Tot Tosca hem verrast: ook zij is bereid om te doden.
Het doek gaat open en we zien een hedendaags politiebureau in Rome, met rechts de ergonomische bureautafel van chef Scarpia. Nog voor Puccini’s partituur opengeslagen wordt, beveelt hij één van zijn werknemers om de surveillancebeelden te laten zien die die middag in de Sant’Andrea gemaakt zijn. Op een collage van projectieschermen verschijnen opnames uit de kathedraal, waarna dirigent David Parry de eerste akkoorden inzet.
Scarpia volgt op de schermen hoe de eerste akte zich ontrolt. Tegelijkertijd spelen de hoofdrolspelers – quasisynchroon met de videobeelden – de akte live uit op het voortoneel. Ze lijken weliswaar in het politiebureau te staan, maar zijn in feite hologrammen uit het surveillancemateriaal. Twee scènes op twee afzonderlijke tijdstippen versmelten op hetzelfde toneelvlak. Origineel en inventief, maar wel even wennen.
Onmiskenbaar is de hartstochtelijke liefde tussen Cavaradossi (Noah Stewart) en Tosca (Kari Postma). Zelfs tussen de saaie aktedozen en het hedendaagse kantoorinterieur van de Polizia di Stato komt die voor het voetlicht. Ze houden zielsveel van elkaar, maar Tosca is zo jaloers als wat. Dat leidt tot het nodige gesoebat, tot Tosca zich weer kalmeert en met de nodige liefkozingen vertrekt.
Stewart is met zijn atletische gestalte en vitale uitstraling een geknipte held, maar is door ontwerper Yannis Thavoris uitgedost als een simpele schilder. Alsof hij een wandje komt witten, in plaats van Maria Magdalena te portretteren. Zijn zang heeft heroïsche spranken, maar door zijn dikke, egale legato en zijn softe topnoten mist hij de nuances in Puccini’s zanglijnen – weinig geholpen door de ietwat lome tempi van David Parry. Kari Postma heeft als Tosca meer vocaal reliëf, maar wijdt daarbij te weinig zorg aan haar dictie.
Scarpia (de sterke Phillip Rhodes) heeft alles achter zijn beeldschermen kunnen terugzien en dus is het geen wonder dat hij in de tweede akte zijn oppositie schaakmat zet. Cavaradossi is gevangengenomen, Tosca wordt voor het blok gezet en zwicht uiteindelijk, de voortvluchtige Angelotti wordt gevonden en pleegt daarop zelfmoord. Alles lijkt in het voordeel van Scarpia beslecht te worden.
De tweede akte is uiterst spannend. De handeling vindt daadwerkelijk plaats in het politiebureau, wat verwarring en afleiding voorkomt. Alles draait om de confrontatie tussen Tosca en Scarpia, waarbij het cantateconcert van Tosca (normaliter achter de coulissen) als livestream weergegeven wordt en de marteling van Cavaradossi slim vormgegeven wordt in een typisch verhoringslokaaltje rechts in het decor. Cavaradossi wordt opgesloten met een stel akelige, nazistische ondervragers. De jaloezieën gaan dicht. Je fantasie doet de rest. Het duivelse dilemma van Tosca wordt navoelbaar en je begrijpt haar uiteindelijke bereidwilligheid om haar lichaam te geven voor Cavaradossi’s leven.
Fehrs benadering wringt wel enigszins. In het hedendaagse Rome zou een politiek activist nooit aan marteling onderworpen worden – mag ik hopen. Laat staan dat hij vervolgens, als vanzelfsprekend, voor een executiepeloton wordt gezet.
Storender is dat Scarpia in de actuele setting mijns inziens te gewoontjes is. Hij is een functionaris, een ambtenaar. Weliswaar corrupt en zelfingenomen, maar niet iemand van wie je aanneemt dat “heel Rome voor hem beeft”, zoals Tosca later zingt. De afwezigheid van de historische context ontneemt enigszins de angel uit het verhaal, ondanks dat Phillip Rhodes vocaal en theatraal veel geeft om zijn kwaadaardigheid te laten blijken.
Het blijft niettemin spannend. De moord op Scarpia wordt bloedstollend weergegeven en die zindering blijft hangen als na een overbodige pauze de laatste akte wordt ingezet. Tosca en Cavaradossi beleven, wederom als hologrammen uit de projectievideo, hun laatste momenten. Het decor blijft het politiebureau, met Scarpia dood in zijn bureaustoel. Uiteindelijk wordt hij gevonden, vrijwel gelijktijdig met Tosca’s ontdekking dat Cavaradossi werkelijk geëxecuteerd is.
De tragische climax is enerverend als altijd. Puccini kan nooit stuk, wat voor concept een regisseur er ook aan verbindt. Parry creëert mooie dramatische momenten, vaak door verstilling en vertraging, en de protagonisten leveren in de finale vlammende zang. Ondanks de mitsen en maren bij de actualisering en sommige muzikale keuzes komt het verhaal direct binnen en overtuigen de zangers in hun rol. Het slot doet wat met je, en dus roep je: bravo!
Tosca is nog tot en met 13 november te zien. Zie voor meer informatie de website van de Nederlandse Reisopera.
9Reacties
Even een opmerking, indien je de totale opera waardeert is het ”Bravi”.
Bij Tosca heb ik altijd het gevoel dat het over drie schreeuwlelijken gaat, die muzikaal rochelend en krijsend aan hun einde komen. Van alle Puccini opera’s is het mijn minst geliefde en na het lezen van Jordi’s verhaal ga ik mij ernstig beraden of ik deze productie nog wel wil zien.
Heb genoten van de royale lyrico spinto van Cavaradossi, de vooral in haar
mezza voce en piano mooie Floria Tosca en – waar ik altijd het meest naar uitzie- een heldenbariton Scarpia met de juiste bite in zijn stem.
In Jordi`s recensie kan ik mij uitstekend vinden. En dankzij deze realiseer ik me dat ik mij ten onrechte wat had zitten ergeren aan het in mijn ogen onvoldoende `kwaadaardige` toneelspel van Scarpia. Minder ingrijpend maar toch een storend detail als gevolg van de -inderdaad inventieve en originele-
actualisering: de handeling die de regisseur slot acte 2 (È morto! Or gli perdono! E avanti tutta……..Roma!) in de plaats meende te moeten stellen van het kruisbeeld en de kaarsen.
@Hans van Verseveld: tegen uw gevoel in toch maar gaan, en: Jordi`s verhaal maar eens goed herlezen!
@Hans van Verseveld
PS
Evt. toelichting: Er wordt niet gebruld. De in het allereerste begin te luide Cavaradossi wijt ik aan premièrespanning of onvoldoende bekendheid met de ideale akoestiek van de zaal.
Wat het -blijkbaar onvermijdelijke- concept van de productie betreft: actualiseringen brengen doorgaans concessies ofte wel verwondingen met zich mee. Deze kunnen variëren van schaafwondjes tot dodelijke verwondingen. Die van deze productie reken ik tot de lichtere gevallen.
Veel genoegen toegewenst!
@Hans van Verseveld, actualisering PS 2: om zo`n executie van Cavaradossi met obligaat oranje overall en zwarte kap kan ik alleen maar glimlachen.
@Hans van Versevelt: Omwille van het niet-sentimentele en de grote dramatiek, heeft ‘Tosca’ bij mij wel altijd tot mijn lievelingsopera’s behoort – samen met iLa fanciulla del West’. Maar dat is natuurlijk persoonlijk…
Zie Opera Gazet voor weer eens een andere mening 🙂
http://operagazet.be/recensies/recensies-2018-2019/nl/enschede-tosca/
” De Tosca van de Reisopera is goed gecast (casting Joseph Fuchs) en helaas geregisseerd op een hobbyistische, op de lachspieren werkende wijze die zich nog het best laat omschrijven in de warrige woorden van de regisseur zelf: “Het voelt als de hedendaagse maatschappij, maar misschien speelt het zich ook wel in de toekomst af.” ”
aldus Opera Gazet
Nu de productie al een half jaar voorbij is, mag wel verklapt worden waar Tosca vanaf springt als we de hele tijd in een politiebureau zijn…. Het scherm waarop gedurende de hele opera de handelingen te zien waren schuift omhoog, en daar is -op het laatste moment- de muur van de Engelenburcht. Al die tijd onder het scherm geweest! Als je het over verrassingen hebt in opera, was dit wel ongeveer het meest duidelijke voorbeeld voor mij van afgelopen seizoen 😀