FeaturedOperarecensie

Mooie muziek in bedaarde Porgy and Bess

De Nationale Opera (DNO) heeft met Porgy and Bess van George Gershwin een unieke operaproductie in huis gehaald. Een toegankelijke voorstelling met een immens koor en een fraai spelend Nederlands Philharmonisch Orkest.

Scène uit Porgy and Bess, met de sterk zingende Eric Owens als Porgy. (© BAUS)

George Gershwin liet testamentair vastleggen dat zijn ‘folk opera’ Porgy and Bess alleen in zijn geheel uitgevoerd mag worden door donkere zangers. Met deze voorwaarde creëerde hij ook een probleem. Het is niet gemakkelijk voor een operahuis om een dergelijke bezetting rond te krijgen. Bij DNO is het gelukt door een coproductie aan te gaan met de English National Opera in London en de Metropolitan Opera in New York. Het Nederlands Philharmonisch Orkest zorgt voor de muziek onder leiding van James Gaffigan en de regie is in handen van James Robinson.

Cocaïne en whiskey

Porgy and Bess is gebaseerd op de roman Porgy van DuBose Heywards. Het libretto is van Gershwins broer Ira. Het verhaal speelt zich af in Catfish Row, een arme ‘donkere’ wijk in de buurt van de havenstad Charleston, South Carolina. Er is veel armoede en drugsgebruik. De vrouwen roddelen, de mannen gokken. Toch is er saamhorigheid. Door het geloof in God en door elkaar te helpen weet de gemeenschap zich staande te houden.

Eén van de hoofdpersonages in dit sociaal drama is de verslaafde Bess, die onderdrukt wordt door haar gewelddadige vriend Crown. De gladde drugsdealer Sportin’ Life voorziet beiden van cocaïne en whiskey. Wanneer Crown in een gokspel de katoenplukker Robbins vermoordt, vlucht hij weg voor de politie. Bess zoekt bescherming bij de verlamde bedelaar Porgy. Bess wordt nu zijn vrouw.

DNO’s Porgy and Bess is een traditionele uitvoering, met een groot koor en een grote cast. (© BAUS)

Als Bess na een picknick op Kittiwah Island Crown weer ontmoet, dwingt hij haar tot seks. Ze weet te ontsnappen, maar na een hevige storm komt Crown Bess weer opeisen. Porgy neemt wraak en doodt Crown. Hij wordt gearresteerd. Sportin’ Life vraagt Bess om met hem mee te gaan naar New York en onder de bedwelmende kracht van cocaïne stemt ze toe. Wanneer Porgy terugkomt uit de gevangenis, ontdekt hij dat Bess vertrokken is. Hij gaat naar New York om haar terug te vinden.

Synthetische scène

DNO’s Porgy and Bess is een traditionele uitvoering, gesitueerd in de jaren twintig van de vorige eeuw. In de eerste scène word je overweldigd door een groots poppenkastachtig decor, bestaand uit kleine, doorzichtige kamerwoningen, die aan elkaar gebouwd zijn.

De jonge moeder Clara (Janai Brugger) zingt haar baby toe met het wereldberoemde ‘Summertime’. Ze zingt over het rustige, veelbelovende leven dat haar kind te wachten staat. Op de achtergrond beweegt het grote koor in slow motion – prachtig neergezet. Een synthetische scène, waarin inhoud, vorm en betekenis mooi samenvallen. Helaas keren dit soort scènes niet vaak terug.

Porgy and Bess: een zwaarmoedig schouwspel. (© BAUS)

Het grote koor, met zijn schattige kindertjes, vormt geregeld een statige groep die zit en zingt en aanschouwt wat er met de hoofdspelers gebeurt. Het is quasirealistisch geënsceneerd. Het kan ook niet anders. Gershwin schreef Porgy and Bess als een opera met een eigen klassiekemuziekidioom. Het is geen musical waarin de songs opgevuld kunnen worden met een dansend ensemble en heftig bewegende decorstukken. Al heb je bij deze bedaarde uitvoering, met zijn gospelachtige scènes, wel het gevoel dat er elk moment een musical kan uitbreken.

Het koor zingt zuiver, maar produceert op momenten een te immens geluid. Dit overstemt soms de – prachtig zingende – solisten.

‘I got plenty o’ nuttin’

Regisseur James Robinson beeldt de vele karakters op een stereotype manier uit. Serena (Latonia Moore), de weduwe van Robbins, speelt met heerlijke expressie een overtuigd christen die iedereen wil behouden voor de zonde. Ze brengt lucht en lichtheid in dit nogal zwaarmoedige schouwspel.

Bas-bariton Nmon Ford nam vlak voor de première de rol van Crown over van Mark S. Doss. Een knappe prestatie! Ford heeft een uitstekende zangstem, al kan hij zijn machovertolking van de duivelse Crown iets temperen. Een heel geloofwaardige engerd is hij niet.

Overtuigender is Eric Owens in de rol van de naïeve Porgy. Hij ontroert met zijn mooie, krachtige bas in de aria ‘I got plenty o’ nuttin’. Ook de fraaie sopraan Adina Aaron (Bess) is bewonderenswaardig. Haar personage maakt allerlei fases door: vrije, liefhebbende vrouw bij Porgy, verslaafde vrouw bij Sportin’ Life.

Met veel zeggingskracht leidt dirigent James Gaffigan het Nederlands Philharmonisch Orkest. Eén van de hoogtepunten is de scène vlak na de storm, waarin het orkest de diepgevoelige melodieën (à la Puccini) speelt als een allesomvattend moment van verdriet en verlies.

Hoewel Porgy and Bess voor de echte klassiekemuziekfan wellicht niet indrukwekkend genoeg is, is het vanwege de mooie, herkenbare muziek en de sterk presterende solisten toch een must see. Wie weet komt de productie nog eens terug in Nederland? De resterende voorstellingen van deze speelreeks zijn al uitverkocht.

Zie voor meer informatie over de productie de website van De Nationale Opera.

Vorig artikel

Bitenc vervangt Treurniet bij Coco Collectief

Volgend artikel

Opera in de media: week 4 van 2019

De auteur

Rudolf Hunnik

Rudolf Hunnik

Rudolf Hunnik is cultuurjournalist, filmprogrammeur en trainer. Hij schrijft voor onder meer de Gooi- en Eemlander, HDC Media, Cultuurpers en Place de l’Opera.

3Reacties

  1. Rudolph Duppen
    18 januari 2019 at 17:28

    Deze uitvoering van Porgy and Bess was een hele zit. Ik stond om 11.30 pas buiten. Waarom DNO deze voorstelling niet om 19.00 of 19.30 laat beginnen is mij een raadsel. Dit probleem hebben we hier vaker besproken. De voorstelling kwam zeer moeizaam op gang.”Summertime” dat vrijwel meteen aan het begin van de opera klinkt en later in verschillende gedaantes nog wordt herhaald, werd zo zacht gezongen dat dit wiegelied op mijn plaats op rij 12, stoel 30 nauwelijks te horen was. De hele eerste scene kwam nauwelijks van de grond en er sprong geen vonk over. Gelukkig veranderde dat daarna snel.De begrafenis scene was diep ontroerend en meeslepend.Zodra Eric Owens en Adina Aaron het toneel betraden werd het boeiender alhoewel beiden niet optimaal bij stem waren.De stem van Eric Owens is waarschijnlijk door het zingen van te veel Wagner minder wendbaar geworden en zijn vibrato is ook nogal geprononceerd. Adina Aaron had haar stem niet helemaal onder controle en hier en daar klonk het wat grof maar dat paste eigenlijk wel bij haar karakter.Beiden acteerden wel zeer levensecht.Frederick Ballantine was uitstekend als Sportin’Life en Nmon Ford die als vervanger op het laatste moment uit New York was overgevlogen acteerde heerlijk maar zijn stem viel volledig weg tegen het einde van de voorstelling. Allerlei kleinere rollen waren uitstekend bezet. Het koor was overdonderend en soms wat ongelijk bij de inzetten. Het orkest was fenomenaal. Ze beheersten het Gershwin idioom volledig. James Gaffigan leidde het geheel met grote expertise.Deze degelijke productie is er op gemaakt om lang mee te gaan. Nergens stond vermeld welke versie er werd gespeeld.Opvallend was dat tijdens de pauze aardig wat bezoekers het gebouw verlieten en dat het ongemanierde première publiek het slotapplaus niet afwachtte.

  2. Mauricio Fernandez
    19 januari 2019 at 11:27

    Wat moet ik beginnen met de zin ‘Gershwin schreef Porgy and Bess als een opera met een eigen klassiekemuziek idioom’???

  3. Jan de Jong
    19 januari 2019 at 20:11

    De recensie is mij wel erg welwillend. Bij vlagen viel er echt te genieten, maar er was toch ook teleurstelling en ergernis: een onevenwichtige productie. Ik had meer verwacht van deze uitvoering.

    Aansluitend bij mijnheer Duppen: “Opvallend was dat tijdens de pauze aardig wat bezoekers het gebouw verlieten en dat het ongemanierde première publiek het slotapplaus niet afwachtte.”

    Bij de premières gaan helaas nogal wat kaarten naar mensen, die niet noodzakelijkerwijs een liefhebber zijn. Bij de premiere-voorstellingen zijn er altijd veel minder mensen bij de inleiding in de Odeon-zaal, wat ik voor het gemak maar even als een graadmeter beschouw.
    Maar in dit geval kan ik me voorstellen dat ook mensen die gewend zijn aan versterkte, musical-achtige uitvoeringen van dit werk, nogal teleurgesteld kunnen zijn, helemaal met de belabberde balans in talrijke passages, waardoor met name de zangers, maar ook het orkest niet goed te horen waren.
    En over het eerder weggaan: als de voorstelling zo laat eindigt, zeker op een doordeweekse dag, snap ik heel goed als er mensen zijn die eerder weg moeten, omdat zij graag hun laatste OV-verbinding willen halen. Bezoekers mogen er vanuit gaan dat het slotapplaus uiterlijk om 23 uur is. Dat was hier niet het geval.
    DNO had deze productie om 19h30 moeten laten beginnen.