FeaturedOperarecensie

Alice Coote ontroert met Engelse liederen

De Britse mezzosopraan Alice Coote gaf gisteren een ontroerend recital in de Kleine Zaal van het Concertgebouw. Ze zong Engelstalige liederen van tien verschillende componisten en wist telkens weer helemaal in de tekst te kruipen. Een zangeres die wat te vertellen heeft.

(Foto: Anne-Marie Le Blé.)
(Foto: Anne-Maria Le Blé.)

Coote had samen met pianist Julius Drake een bijzonder programma samengesteld. Een reeks van dromerige, tedere liederen vol heuvels en hemels, manen en oceanen, liefde en leed. Allemaal in het Engels, allemaal goed bij elkaar passend qua sfeer.

De muziek kwam van de hand van maar liefst tien verschillende componisten. Elgar, Quilter, Stanford, Argento, Lehmann, White, Peel, Warlock, Vaughan Williams en Gurney.

Wat ik zo ontroerend en meeslepend aan het optreden van Coote vond, was dat ze volledig op leek te gaan in de teksten die ze zong. Haar zang was niet gemaakt of gekunsteld, het was oprecht. De woorden leken eerst door haar hart te gaan voor ze over haar lippen kwamen.

Door dat inlevingsvermogen wist Coote telkens weer een spannend verhaal van de liederen te maken. In ‘La belle dame sans merci’ van Charles Villiers Stanford was ik bijvoorbeeld iedere seconde geboeid. Hoe ze in slaap viel, plotseling een nare droom kreeg, weer ontwaakte… ze zette het allemaal zeer sprekend neer.

Haar interpretatie van ‘Sea Pictures’ (vijf liederen van Edward Elgar) pakte ze weer heel anders aan. Daarin hoorde je volop de onheilspellende zee, de golven, de jagende wind. Alleen de eerste zin al: die was van zo’n speciaal gekleurde klank, dat direct al je aandacht gevangen was.

Het meest was ik echter onder de indruk van vier liederen van Dominick Argento, uit ‘Songs from the Diary of Virginia Woolf’. De tekstinterpretatie van Coote was daar voor mij op z’n sterkst. Zo was de telkens repeterende uitroep ‘why’ in Anxiety (‘Why is life so tragic?’) erg doordringend.

Tegen het einde van het concert vond ik dat Coote nu en dan klank verloor. Verrassend genoeg in het lage register, waarin ze verder overigens zeer expressief was. In de hoogte was ze opvallend klankrijk.

De avond kreeg een prachtige staart met het lied ‘Lights Out’ van Ivor Gurney, waarin Coote zong: ‘I have come to the borders of sleep’. Zachtjes en kwetsbaar doofde het concert zo uit. Passender kon niet aan het einde van zo’n ontroerend recital.

Vorig artikel

Kiri Te Kanawa valt op in Met-productie

Volgend artikel

Opera Moldavië waagt zich aan Norma

De auteur

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman

Jordi Kooiman is journalist en muziekliefhebber. Hij richtte in januari 2009 Place de l'Opera op en leidt sindsdien het magazine.

3Reacties

  1. Nora Brouwer
    10 februari 2010 at 12:12

    Ik was er gisteravond bij in de kleine zaal van het concertgebouw en ook mij heeft deze avond diep ontroerd.
    Tekst en muziek vielen wonderschoon samen in dit bijzondere programma. Het prachtige pianospel van Julius Drake en de bijzondere klank van de stem van Alice Coote smolten samen.

  2. Henk
    10 februari 2010 at 12:58

    Dat Alice Coote ontroert heeft verbaast mij niet. Zij ontroerde mij ook al tijdens de ZaterdagMatinee op 30 januari jl. met haar bijdrage aan de Wunderhornlieder van Mahler.

  3. Basia Jaworski
    10 februari 2010 at 13:46

    30 januari heb ik haar voor het eerst live gehoord en heb haar onmiddellijk in mijn hart gesloten.
    Wat ze gisteren heeft gepresteerd grenst met het onmogelijke – zij heeft mij even mijn geliefde Thomas Allen doen vergeten. Het was één van het mooiste _en_ ontroerendste lied recitals in mijn leven.